Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10163

van Fatiha Saïdi (PS) d.d. 22 oktober 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

De uiteenlopende behandeling van dossiers van besneden vrouwen

seksuele verminking
regionale verschillen

Chronologie

22/10/2013Verzending vraag
24/10/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4092

Vraag nr. 5-10163 d.d. 22 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Op mijn schriftelijke vraag nr. 5-9441 van 28/06/2013 hebt u geantwoord dat de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen geen statistieken bijhoudt van de ingeroepen asielmotieven noch van de middelen aangevoerd bij het indienen van een beroep tegen de beslissingen van het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS), maar de mensenrechtenorganisaties luiden de alarmbel over de uiteenlopende behandeling van soortgelijke individuele dossiers.

De vzw Intact, referentiecentrum voor juridische vraagstukken inzake de verminking van vrouwen, en een groep van experts waaronder het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR) en het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM) hebben 143 arresten van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen geanalyseerd. De gevelde arresten die van a tot z werden geanalyseerd, hadden uitsluitend betrekking op asielaanvragen van vrouwen die de vrees voor genitale verminking inroepen. Op grond van het diepgaand onderzoek van de 143 arresten maken de ngo's zich zorgen over de uiteenlopende behandeling van identieke dossiers door een Franstalige en een Nederlandstalige kamer.

Theoretisch staat ons land aan de spits op het vlak van de wettelijke bescherming van de vrouwen die op ons grondgebied verblijven en sinds 2001 voorziet onze strafwet in specifieke bepalingen over genitale verminking - ook al moet er nog heel wat gebeuren inzake communicatie en voorlichting van de beroepen die in aanraking komen met slachtoffers of met meisjes die het risico lopen besneden te worden. Toch worden vrouwen die in ons land bescherming zoeken tegen die barbaarse ingreep, helemaal niet gelijk behandeld door de bevoegde ambtenaren.

Genitale verminking is een onmenselijke en vernederende ingreep in de zin van het Verdrag van Genève en kan dus de toekenning van het statuut van vluchteling wettigen, voor zover ons land de realiteit van die asielaanvragen onder ogen ziet.

Er zijn weliswaar inspanningen gedaan (de gendercel van het CGVS, gespecialiseerde centra, ...), maar dat volstaat niet en de nationale jurisprudentie moet dringend geharmoniseerd worden. In het licht van voornoemde studie blijkt dat Franstalige rechters het probleem eerder globaal benaderen en zich daarvoor baseren op het begrip bescherming van de persoon, daarbij rekening houdend met het objectief verhoogd risico en het voordeel van de twijfel, terwijl Nederlandstalige rechters de dossiers eerder restrictief benaderen en geneigd zijn een onderzoek ten gronde te vermijden op grond van motieven die verband houden met de geloofwaardigheid van de betrokkene.

Vanuit het oogpunt van de ethiek en van het beginsel van de gelijkheid van behandeling kan die verschillende benadering u niet onberoerd laten, ook al rijst hiermee de vraag naar de macht, de subjectiviteit en de vrijheid van de rechter.

Welke maatregelen denkt u te nemen om de harmonisering van de rechtspraak te bevorderen? Als de statistieken die uw diensten bijhouden, te algemeen zijn om de feiten die de verenigingen aan de kaak stellen, correct te kunnen analyseren, moeten die statistieken dan niet absoluut verfijnd worden op grond van te bepalen objectieve criteria?

Antwoord ontvangen op 24 oktober 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen houdt geen statistieken bij over de redenen aangevoerd voor het asiel of over de middelen opgeworpen bij de indiening van het beroep in volle rechtsmacht tegen de beslissingen van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen. Zowel de asielaanvraag zelf als het verzoekschrift bij de Raad kunnen immers meerdere redenen bevatten, waaronder genitale verminking. Elk dossier is verschillend. De inhoud van de rechtspraak wordt in brede kring gepubliceerd. Toch geeft het raadplegen van de rechtspraak aan de hand van de aangevoerde redenen voor het asiel geen uitsluitsel, aangezien de beoordeling van de behoefte aan internationale bescherming van de asielzoeker altijd individueel moet gebeuren, rekening houdend met alle gegevens van de aanvraag en gelet op zijn land van herkomst.

Krachtens de regeling bepaald bij artikel 51/4, § 2, derde lid, van de wet van 15 december 1980, worden de asielaanvragen afkomstig uit bepaalde landen van herkomst toegewezen aan de Nederlandse of de Franse taalrol. Als gevolg daarvan worden sommige streken van herkomst hoofdzakelijk behandeld door de Nederlandse dan wel de Franstalige kamers van de Raad.

In overleg met de Kamervoorzitters waken de eerste voorzitter en de voorzitter over de eenheid van rechtspraak van de Raad. Elke maand voeren de Kamervoorzitters een formeel overleg en vindt er ook informeel overleg plaats. Elke kamer heeft een kamerjurist die alle arresten herleest en van elk arrest een samenvatting maakt. Deze kamerjuristen komen geregeld samen om de rechtspraak te bespreken. De belangrijke principes in de rechtspraak worden vastgelegd in de arresten van de algemene vergadering die als leidraad dienen voor de individuele magistraten. In het bijzonder in verband met de problematiek van de genitale verminking van vrouwen heeft de Raad bepaalde principes geformuleerd in zijn arrest van 24 juni 2010.