Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10024

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 4 oktober 2013

aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden

Cybercrime - Mobiele toestellen - Beveiliging - Overzicht

computercriminaliteit
mobiele telefoon
gegevensbescherming
computervirus
mobiele communicatie

Chronologie

4/10/2013Verzending vraag
10/10/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10013
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10014
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10015
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10016
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10017
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10018
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10019
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10020
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10021
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10022
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10023
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10025
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10026
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10027
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10028
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10029
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10030
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10031

Vraag nr. 5-10024 d.d. 4 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De jongste jaren is cybercrime aan een ware opmars bezig over de hele wereld. Daar waar voorheen vooral computers het primaire slachtoffer van deze criminelen waren, merken verschillende experts op dat cybercriminelen hun activiteit ook naar de mobiele toestellen (gsm , tablet, …) verplaatsen. Uit het zogenaamde Norton Report 2013, een toonaangevend rapport inzake cyberbeveiliging, blijkt dat zo'n 48 % van de smartphone- en tabletgebruikers geen maatregelen neemt om hun mobiele toestellen te beveiligen. Dit valt toch aan te raden, omdat hackers mogelijk hierdoor toegang hebben tot allerlei persoonlijke en professionele data.

Graag had ik volgende vragen gesteld:

1) Zijn er de jongste drie jaar reeds vaststellingen gedaan met betrekking tot besmette smartphones of tablets door een virus/malware/spyware/enz.? Kunt u deze cijfers meedelen?

2) Hebt u een beeld van het aantal personeelsleden die via hun smartphone of tablet toegang hebben tot professionele data (bijvoorbeeld via cloud computing)? Kunt u deze cijfers meedelen?

3) Indien neen op de vorige vraag: acht u het nodig om het gebruik van smartphones en tablets door uw personeel beter in kaart te brengen, aangezien hun toestellen mogelijk een toegangspoort voor cybercriminelen kunnen zijn naar professionele gegevens? Kunt u toelichten waarom wel of niet?

4) Wordt er toegezien op de koppeling van tablets of smartphones met de informatica van op het werk? Waarom wel of niet?

5) Indien uw diensten informatie krijgen over het beveiligen van de informatica en de gevaren hieromtrent, is er dan ook aandacht voor de beveiliging van mobiele apparaten, zoals tablets of smartphones? Indien ja, op welke manier? Indien neen, acht u dit nodig?

6) Hebt u cijfers over het aantal personeelsleden die een smartphone of tablet gekregen hebben van hun werkgever, en kunt u deze cijfers meedelen?

7) Zijn uw informatici voldoende op de hoogte van deze trend? Indien neen, is dit volgens u noodzakelijk? Indien ja, op welke manier spelen zij hierop in?

Antwoord ontvangen op 10 oktober 2013 :

Wat betreft de Federale Overheidsdienst (FOD) Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking valt deze vraag valt onder de bevoegdheden van de minister van Buitenlandse Zaken, aangezien het dagelijks beheer van het departement hieronder valt.

Wat Betreft de Programmatorische Overheidsdienst (POD) Maatschappelijke Integratie valt deze vraag onder de bevoegdheid van de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, aangezien het dagelijks beheer van het departement hieronder valt.

Wat betreft overheidsbedrijven, in overeenstemming met de wet van 31 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, zijn deze bedrijven autonoom in hun dagelijkse beheer.