Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-818

van Margriet Hermans (Open Vld) d.d. 18 april 2008

aan de minister van Buitenlandse Zaken

Protect America Act - Bescherming van persoonsgegevens van landgenoten

spionage
geheime dienst
Verenigde Staten
persoonlijke gegevens
gegevensbescherming
eerbiediging van het privé-leven
telefoon- en briefgeheim
topconferentie
Europese Unie

Chronologie

18/4/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 22/5/2008)
27/5/2008Antwoord

Vraag nr. 4-818 d.d. 18 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Tijdens de bijeenkomst tussen de Europese Unie (EU) en de Verenigde Staten (VS) vond op verzoek van de EU overleg plaats over de Protect America Act.

Tevens wordt er overlegd binnen een EU-VS High Level Group over de gemeenschappelijke uitgangspunten voor de bescherming van persoonsgegevens.

Graag had ik hieromtrent dan ook een gedetailleerd antwoord ontvangen op volgende vragen:

1) Kan de geachte minister uitvoerig aangeven wat de uitkomst is geweest van dit overleg tijdens de bijeenkomst tussen de VS en de EU op 9 en 10 januari 2008 te Ljubljana?

2) Is tijdens bovenstaand overleg gesproken over de gesprekken die momenteel gevoerd worden door de EU-VS High Level Group over de gemeenschappelijke uitgangspunten voor de bescherming van persoonsgegevens?

3) Wat is de stand van zaken inzake de discussie binnen de EU-VS High Level Group over de gemeenschappelijke uitgangspunten voor de bescherming van persoonsgegevens? Kan u het Belgisch standpunt hieromtrent aangeven?

4) Eurocommissaris Frattini stelde onlangs dat de High Level Group goede vooruitgang heeft geboekt en hij gaf aan dat hij de groep had gevraagd om zich te concentreren op de vraag welke gegevens voor uitwisseling in aanmerking komen alsook te onderzoeken in welke mate kan samengewerkt worden op het gebied van handhaving met de VS. Kan de geachte minister aangeven op basis van welk formeel onderhandelingsmandaat dit gebeurt en vreest hij niet dat het erop lijkt dat afspraken worden vastgelegd door de commissie en dit zonder mandaat? Kan hij dit uitvoerig toelichten en aangeven welke garanties hij hieromtrent heeft?

5) Wie vertegenwoordigt ons land bij deze High Level Group en wordt er regelmatig teruggekoppeld?

6) Vreest hij niet dat de politieke speelruimte wel zeer beperkt wordt rond deze toch wel zeer belangrijke aangelegenheden als de High Level Contact Group een akkoord zou bereiken over de uitwisseling van persoonsgegevens alsook op het vlak van de handhaving met de VS?

Antwoord ontvangen op 27 mei 2008 :

Ik zou eerst willen verwijzen naar de antwoorden van collega Jo Vandeurzen, minister van Justitie, en mijzelf op de schriftelijke vragen nrs. 4-239 en 4-240 van 24 januari 2008 van Senator Geert Lambert, die over de « Protect America Act » handelen.

Het thema gegevensbescherming maakt het voorwerp uit van een regelmatige dialoog in de relaties tussen de Europese Unie (EU) en de Verenigde Staten van Amerika (VSA). De uitwisseling van informatie en de noodzakelijke bescherming van persoonsgegevens stonden zo op de agenda van de ministeriële Trojka die op 10 en 11 december 2007 te Washington plaatsvond. Deze werd opgevolgd op de EU-VS informele « Justitie en Binnenlandse Zaken » op niveau van hoge ambtenaren te Ljubljana op 9 en 10 januari 2008, die zelf de voorbereiding vormde van de EU-US ministeriële Trojka die op 13 maart 2008 in Brdo gehouden werd. De volgende etappe van consultaties op hoog niveau is de EU-US Top in juni 2008.

De vergadering van hoge ambtenaren die op 9 en 10 januari 2008 te Ljubljana gehouden werd, boog zich over een aantal onderwerpen die met justitie en binnenlandse zaken te maken hebben. Er werd zowel over institutionele aangelegenheden gesproken, zoals de gevolgen van de hervormingen als gevolg van het Verdrag van Lissabon, als over inhoudelijke thema's zoals migratie, grenscontrole en visa-aangelegenheden, de strijd tegen het terrorisme, veiligheid, de Westelijke Balkan en de uitwisseling van informatie. Het is in het kader van dit laatste thema dat ook de werkzaamheden van de werkgroep « EU-US High Level Contact Group on information sharing and data protection » (HLCG) werden besproken.

De HLCG is, zoals het geachte lid vermeldt, een groep dit opgericht werd met het oog op de uitwerking van gezamenlijke principes die de uitwisseling van informatie en de bescherming van persoonlijke gegevens kan leiden. De nagestreefde doelstelling is dus niet om de uitwisseling en bescherming van gegevens in een bepaald domein te regelen, maar wel om een beter begrip van de respectievelijke gegevensbeschermingssystemen toe te laten en op basis daarvan gemeenschappelijke principes vast te stellen. Deze principes betreffen de doelstellingen van uitwisseling en bescherming, de kwaliteit van gegevens, het proportionaliteitsbeginsel, veiligheid van informatie, speciale categorieën van persoonlijke informatie, aansprakelijkheid, onafhankelijk en doeltreffende controle, individuele toegang en recht op verbetering, transparantie, kennisgeving en herstel, geautomatiseerde individuele beslissingen en verdere overdracht naar derde landen.

De HLCG werd op informele basis opgericht om een discussie op niveau van experts toe te laten. De EU wordt op deze gelegenheden normaal gezien vertegenwoordigd door de Commissie en het huidige en toekomstige voorzitterschap (« Trojka »). België neemt geen deel aan de werkzaamheden van de groep. Omwille van het informele karakter van de discussies en omdat de gemeenschappelijke principes geen bindende kracht zouden hebben, werd aan de Commissie of aan het voorzitterschap geen formeel onderhandelingsmandaat gegeven. Het Raadssecretariaat stelt niettemin ten behoeve van de lidstaten een kort verslag op van deze bijeenkomsten, en informatie wordt bij gelegenheid in de geëigende Raadsfora gegeven.

Deze informatie wijst op een gemeenschappelijke wil om verder te werken aan de uitwerking van de gemeenschappelijke principes. De groep werd gevraagd om vóór de volgende EU-VSA Top van juni 2008 over zijn werkzaamheden verslag uit te brengen. Het is nog niet duidelijk in welke vorm het Sloveense voorzitterschap dit verslag zal behandelen en op welke wijze het de basis van eventuele verdere werkzaamheden zal vormen.

De werkzaamheden van de groep werden regelmatig informeel besproken naar aanleiding van de Raden Justitie en Binnenlandse Zaken. Met het oog op deze besprekingen werd de houding van België als volgt bepaald :

(i) het is alleszins nodig dat de Commissie de Raad en de lidstaten volledig informeert over de vooruitgang in de discussies met de VSA;

(ii) de gemeenschappelijke principes moeten onderzocht worden in de daartoe bestemde fora van de Raad van de Unie;

(iii) het Europees Parlement moet tevens over de aan de gang zijnde werkzaamheden geïnformeerd worden.