Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-785

van Geert Lambert (SP.A-SPIRIT) d.d. 11 april 2008

aan de vice-eersteminister en minister van Justitie en Institutionele Hervormingen

Overlijden - Meldinsplicht door het gemeentebestuur - Naaste familie van de overledene

sterftecijfer
verwantschap
gezin
gemeente
informatie

Chronologie

11/4/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 15/5/2008)
31/7/2008Antwoord

Doorverwezen door : schriftelijke vraag 4-266

Vraag nr. 4-785 d.d. 11 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Onlangs kwam me het verhaal ter ore van iemand die via het internet heeft moeten lezen dat zijn moeder drie maanden eerder gestorven was. Enige tijd vroeger had dit scenario zich al voor gedaan. Toen deze persoon aan het surfen was op het internet ontdekte hij de naam van zijn vader in een lijst van overleden parochianen. Hij was toen al anderhalf jaar dood.

Veel mensen zijn vaak niet op de hoogte van het overlijden van familieleden. Dat is jammer en in het geval van ouders pijnlijk. Dat gebeurt omdat mensen elkaar uit het oog verliezen, omdat afstammelingen verder van huis gaan wonen, omdat er ruzie is, omdat kinderen werden geplaatst, omdat mensen ontworteld geraken uit de familiale levensfeer of omdat ze na een scheiding contact verliezen met een ouder of grootouder. De tijd dat families in elkaars omgeving, in dezelfde straat of in dezelfde gemeente, bleven wonen is voorbij.

Deze problematiek groeit. Dat is ook logisch, het begrip "familie" is aan sterke verandering onderhevig. De samenleving en haar instituties moeten zich daar aan aanpassen.

Ieder kind heeft recht op informatie, dat staat in de kinderrechten. Maar ook volwassen zouden geïnformeerd moeten worden over het overlijden van de eigen ouder(s). Om zeker te zijn dat alle kinderen, ongeacht de leeftijd, op de hoogte zijn, zouden de gemeentelijke overheden de nodige acties moeten ondernemen. Zij zouden er minstens voor moeten zorgen dat ouders, kinderen en kleinkinderen op de hoogte worden gebracht. Daarna kan iedereen zelf beslissen wat te doen met het bericht van overlijden.

Momenteel wordt men enkel op hoogte gebracht in het licht van de erfenis en de verdeling van de goederen van de overledene(n).

In het kader van deze problematiek stel ik de volgende vragen:

Bestaat er dergelijke meldingsplicht voor gemeenten?

Indien zo'n meldingsplicht niet bestaat, zou het niet goed zijn om die in te voeren? Zo niet, waarom niet?

Ziet u de mogelijkheid deze meldingsplicht uit te voeren in alle discretie en zonder de privacy van de familieleden te schenden?

Bent u bereid hierover met de lokale besturen overleg te plegen?

Antwoord ontvangen op 31 juli 2008 :

1. De door u voorgestelde meldingsplicht bestaat niet in België.

2 tot 4. Het invoeren van een dergelijke meldingsplicht moet met de nodige omzichtigheid worden benaderd. De overgrote meerderheid van de bevolking is wel op de hoogte van het overlijden van zijn ouder(s) zodat ik meen dat de meldingsplicht er enkel kan komen indien ze beantwoordt aan een reële maatschappelijke nood. Naast de problemen van discretie en privacy waarnaar u verwijst roept de invoering een reeks praktische problemen op.

Vooreerst veronderstelt zij dat de ambtenaar van de burgerlijke stand die de akte van overlijden opmaakt of van de laatste verblijfplaats met zekerheid de naaste familieleden kent die moeten worden ingelicht. Op dit ogenblik wordt noch in het bevolkingsregister noch in het Rijksregister melding gemaakt van de descendenten. Ook kan men zich vragen stellen bij de omvang van zulke meldingsplicht wanneer men bijvoorbeeld de minderjarige kinderen moet inlichten, de (ex-)echtgenote(s), de broers en/of zussen, ... ?

De meldingsplicht veronderstelt ook een keuze over de communicatiewijze : via de telefoon, via een mededeling per brief, via aangetekend schrijven of bijvoorbeeld via een uittreksel van de akte van overlijden ?

De kans op een uitschuiver lijkt mij aannemelijk.

Overigens mag niet uit het oog worden verloren dat naaste familieleden die wel op de hoogte zijn een dergelijke officiële communicatie op het ogenblik van het overlijden van hun dierbare wel eens als kwetsend zouden kunnen ervaren.

Deze problematiek maakt het voorwerp uit van het wetsvoorstel tot vermelding in het Rijksregister van de afstammelingen in de eerste graad dat momenteel hangend is in de Commissie Justitie van de Kamer en meer specifiek van het amendement nr. 1 van mevrouw Nyssens (Doc 52 — 0473/001 tot 004).

Het lijkt mij dan ook niet opportuun op dit ogenblik terzake een initiatief te nemen en ik verwijs naar de besprekingen van het voornoemd wetsvoorstel.