Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-7091

van Yves Buysse (Vlaams Belang) d.d. 5 maart 2010

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Algemene nationale gegevensbank (ANG) - Drieledige identificatie - Tekortkomingen

Algemene Nationale Gegevensbank (Politie)
politie
gerechtelijke politie
gegevensbank
biometrie

Chronologie

5/3/2010Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/4/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode

Vraag nr. 4-7091 d.d. 5 maart 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Controleorgaan van het politionele informatiebeheer (COC) controleerde, op basis van de lijsten van aangehouden personen, voor welke personen de gerechtelijke drieledige identificatie, met foto, vingerafdrukken en individuele beschrijving, correct werd uitgevoerd. Bij een controle van de overgezonden gegevens voor 12 383 personen in de algemene nationale gegevensbank bleek er voor 68 % geen foto aanwezig te zijn, bij 73 % de individuele beschrijving te ontbreken en bij 60 % geen vingerafdrukken aanwezig te zijn.

Het ging nochtans steeds om personen die krachtens de gemeenschappelijke richtlijn MFO-3 binnen de voorwaarden vielen om deze gegevens te kunnen inzamelen. Hierin schuilt een zeer groot gevaar. Het zijn juist deze gegevens die er moeten voor zorgen dat deze personen op een eenduidige wijze kunnen worden geďdentificeerd om bepaalde maatregelen uit te voeren. Anderzijds moeten deze gegevens het mogelijk maken om eventuele daders te identificeren. Deze vaststellingen van het COC zijn volgens het Vast Comité van toezicht op de politiediensten (Comité P) bijzonder verontrustend.

Zelfs van personen die reeds meermaals in aanraking zijn gekomen met de politiediensten als verdachte van feiten is soms nog steeds geen correcte set van vingerafdrukken beschikbaar. De juiste voeding van de Algemene nationale gegevensbank (ANG) op dit vlak is natuurlijk cruciaal als men bijvoorbeeld een correct fotoalbum wil samenstellen om voor te leggen aan slachtoffers. Anderzijds zal de hit ratio bij opgenomen vingersporen op de plaats van het misdrijf of zal het uitvoeren van opzoekingen op basis van de beschrijving van een dader enkel succesvol kunnen verlopen als er ook kwaliteitsvolle gegevens hierover in de ANG aanwezig zijn. De politie blijft dus duidelijk in gebreke bij een correcte gerechtelijke identificatie van deze personen en dat duidt volgens het Comité P op een gebrek aan professionalisme.

1. Waaraan zijn deze grootschalige tekortkomingen in het ANG te wijten?

2. Welke maatregelen heeft de geachte minister reeds genomen om deze lacunes weg te werken?

3. Is de toestand intussen al verbeterd? Werd sinds het onderzoek van het COC reeds een nieuwe analyse gemaakt van de gegevens inzake drieledige identificatie in de ANG? Zo ja, welke foutenpercentages inzake foto's, persoonsbeschrijvingen en vingerafdrukken werden daarbij geregistreerd?