Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6954

van Lieve Van Ermen (LDD) d.d. 12 februari 2010

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Brandweerdiensten - Hervorming - Stand van zaken - Kosten

brandbestrijding

Chronologie

12/2/2010Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/3/2010)
27/4/2010Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 4-1437

Vraag nr. 4-6954 d.d. 12 februari 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De hervorming van de brandweer staat al twintig jaar op de agenda. Een modernisering is dringend nodig, maar lijkt steeds opnieuw naar de achtergrond te worden geduwd. De wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid stelt dat de kosten voor 50 % door de gemeenten zouden worden betaald en voor 50 % door de federale overheid. Door de financiële crisis kunnen de geplande hervormingen momenteel echter niet meer worden doorgevoerd en wordt langzaamaan meer en meer achterstand gecreëerd.

Sinds 1 januari 2008 werden de zones voor de brandweer, in navolging van de politiezones, op vraag van de brandweer gehergroepeerd, en dit om grootschaliger te worden en zo de hulpverlening te verbeteren.

Antwerpen is in verschillende zones opgedeeld, waaronder zone 1, 2 en 3 (in de volksmond " de Banaan " genoemd).

Een andere kwestie is dat de financiering van verschillende korpsen door verschillende gemeenten niet uniform is. In sommige gemeenten worden de kosten beraamd op veertig euro per inwoner, in andere maar op elf euro per inwoner. Gemiddeld gaat het in de provincie Antwerpen om ongeveer 60 euro en in de stad Antwerpen om een veelvoud hiervan! Ook het loon van de brandweer in verschillende steden is niet uniform; zo verdienen de brandweermannen van Brussel meer dan die van Antwerpen. Nog in Brussel lijkt er een nijpend tekort aan Nederlandstalige brandweerlui, zodat het werk van de " happy few " bijna onhoudbaar wordt, vandaar de betoging in de hoofdstad op donderdag 21 januari 2010.

De gesprekken tussen de brandweer en de regering over de hervormingen lijken weer stil te vallen, met enkel negatieve gevolgen voor de brandweer.

Zone 3, gemeenlijk de " Banaan " genoemd, telt 800 brandweermannen, maar weinig of geen organisatorische structuur noch duidelijke hiërarchie.

We weten dat er geld werd vastgelegd om een studieproject te betalen zodat de infrastructuur kon worden opgezet en bovendien zijn er verschillende task forces opgericht bij Binnenlandse Zaken, om de puntjes op de " i " te zetten, zoals onder andere het statuut van de brandweerman.

Veel brandweermannen die als vrijwilliger werken en door hun ervaring zeer bekwaam zijn, raken gedemotiveerd na hun vijftigste verjaardag, zeker wanneer de geachte minister verklaart dat er "geen geld " voorradig is.

Na twee jaar - die in feite reeds zijn verlopen - werd een evaluatierapport beloofd om uit te kunnen maken of de efficiëntie wel degelijk is verbeterd na de hergroepering. Zolang dat rapport niet verschijnt en de brandweer in het ongewisse blijft, weten de gemeenten ook met de bedragen in de begroting geen raad.

Er zijn korpsen die met dertig jaar oud materiaal werken en die boeten hierdoor ongetwijfeld aan efficiëntie in.

Uit het antwoord van de geachte minister op een vraag van collega Dirk Claes blijkt dat gewerkt werd aan een brief aan alle gemeentebesturen waarin de aandacht wordt gevestigd op de gemeentelijke verplichtingen inzake de civiele veiligheid.

1. De korpsen bevinden zich nog steeds in het ongewisse omtrent hun verplichtingen. Waar loopt het fout en wat is de geachte minister van plan te doen om dat gebrek aan communicatie glad te strijken?

2. Waar blijft het beloofde evaluatierapport dat na twee jaar (begin 2010) zou worden uitgegeven?

3. Hoe meent zij de kosten per inwoner voor de brandweer meer uniform te kunnen maken? Zijn alle burgers niet gelijk voor de wet?

4. Welke oplossing voorziet zij voor het verschil in lonen tussen bijvoorbeeld de brandweer in Brussel en die in Antwerpen? Gelijk loon naar gelijk werk.

5. Hoe kan volgens haar het taalprobleem binnen de Brusselse brandweerkorpsen worden opgelost?

6. Het feit dat de financiering van de zones voor 50 % uit federale middelen bestaat zorgt ervoor dat met de crisis de middelen van de gemeenten in feite mee dalen. Hoe denkt zij dat probleem op te lossen?

Antwoord ontvangen op 27 april 2010 :

1., 2. en 3. Mijn administratie werkt inderdaad aan een herinnering van de verplichtingen van de lokale autoriteiten, aangezien sommige gemeentebesturen niet verder investeren in de brandweerkorpsen. Het leek me echter meer wenselijk de situatie te herzien in het licht van de contactmomenten met de vertegenwoordigers van de Vereniging van steden en gemeenten, de brandweerfederaties en de gouverneurs. Het is cruciaal dat deze communicatie gepaard gaat met duidelijke perspectieven omtrent de inwerkingtreding van de Hervorming.

Inderdaad, alle burgers zijn gelijk voor de wet. Dit is trouwens één van de drie beginselen van de Commissie Paulus: elke burger heeft recht op eenzelfde basisbescherming tegen een gelijkwaardige bijdrageplicht. Dit principe werd overgenomen in de wet van 15 mei 2007 inzake de hervorming, waar men door het hanteren van objectieve criteria een nieuw evenwicht poogt te bereiken tussen de inwoners. Hierna is het echter aan de gemeentes onderling om tot een akkoord te komen omtrent de verdeling van de gemeentelijke dotaties.

4. en 5. Het verschil in lonen is een direct gevolg van de gemeentelijke aard van het statuut, dat onder de bevoegdheid valt van de gemeentebesturen. De hervorming streeft echter wel naar een uniformering van het administratief en geldelijk statuut. Ik wens echter uw aandacht te vestigen op het feit dat het korps van Brussel niet rechtstreeks betrokken is bij de werkzaamheden van de hervorming. De Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp is een pararegionale instelling waarmee staatssecretaris Doulkeridis belast is. De taalkwestie binnen de Brusselse brandweerkorpsen valt hier dus mede onder.

6. Het principe van de 50/50 moet men bekijken in de context van de wet van 15 mei 2007. De bedoeling is te streven naar een evenwicht tussen de federale dotaties en de gemeentelijke dotaties. Dit streven kan over een bepaalde periode worden uitgestrekt.

Een eerste belangrijke stap van de federale investeringen in de hulpdiensten zal geconcretiseerd worden in de financiële ondersteuning die ik zal toekennen aan de gemeenten voor de uitvoering van de operationele pre-zones.

Ik heb in het kader van de begrotingscontrole 32,5 miljoen euro bekomen om de civiele veiligheid te ondersteunen en te beginnen met de uitvoering van de hervorming. Zowat 70% van dit bedrag, meer bepaald 23,8 miljoen, zullen aan de pre-zones worden besteed.