|
|
Europees voorzitterschap van België - Rechten van holebi's - Kaderrichtlijn inzake non-discriminatie omwille van seksuele geaardheid
seksuele minderheid
voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie
richtlijn (EU)
discriminatie op grond van seksuele geaardheid
| 4/2/2010 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 11/3/2010) |
| 20/4/2010 | Antwoord |
Europa werkt aan een nieuwe kaderrichtlijn die mensen zou moeten beschermen tegen discriminatie omwille van seksuele geaardheid. Vandaag is er al wel een richtlijn die discriminatie verbiedt op de werkvloer (richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep). De nieuwe richtlijn zou belangrijk zijn om de algemene non-discriminatie van holebi's te verzekeren. De nieuwe kaderrichtlijn moet evenwel met unanimiteit goedgekeurd worden door de Europese Ministerraad. Dat is geen evidentie, gezien de houding van sommige nieuwe Lidstaten tegenover holebi's.
Als progressief land is het echter voor België belangrijk om tijdens het Europees voorzitterschap van holebi-rechten een prioriteit te maken.
1. Zal België tijdens het Europees voorzitterschap een prioriteit maken van het verzekeren van de gelijke behandeling van holebi's?
2. Welke concrete initiatieven zullen daartoe ondernomen worden?
3. Zullen ook sensibiliserende initiatieven worden ondernomen naar Lidstaten toe die erom bekend staan er een vrij negatieve of terughoudende attitude ten aanzien van holebi's op na te houden?
4. Zal ook de nieuwe kaderrichtlijn inzake non-discriminatie omwille van seksuele geaardheid tijdens het Belgisch voorzitterschap door de Europese Ministerraad worden behandeld?
5. Dreigen er zich problemen voor te doen voor de goedkeuring van deze kaderrichtlijn?
6. Zo ja, welke landen dreigen dwars te liggen en welke concrete tegenargumenten zullen ze inroepen?
Eerst en vooral wens ik de aandacht van het geachte parlementslid te vestigen op het feit dat deze richtlijn niet alleen de discriminatie op basis van de seksuele geaardheid betreft maar wel de vier volgende motieven dekt: de discriminatie op basis van godsdienst of overtuiging, van handicap, van leeftijd of van seksuele geaardheid.
In de context van het Belgische Voorzitterschap van de Raad is er naar mijn weten nog geen specifieke gebeurtenis gepland ten gunste van de rechten van de Holebi’s. Evenwel zal België, conform het programma van het groepsvoorzitterschap, aan de goedkeuring van het project van de Richtlijn betreffende het principe van gelijke behandeling van personen ongeacht hun geloof of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid de nodige aandacht besteden. Veel zal echter afhangen van de vooruitgang van het dossier onder het Spaanse EU-voorzitterschap.
Het Spaanse Voorzitterschap, dat de goedkeuring van dit initiatief als een belangrijke doelstelling beschouwt, heeft reeds aanzienlijke vooruitgang geboekt in de Raadswerkgroep Sociale Zaken, en zij hoopt een akkoord te bereiken tijdens de EPSCO-Raad van juni 2010. Niettemin botsen de Spaanse ambities nog steeds op enkele problemen van technische aard zoals bij voorbeeld de definitie van het concept discriminatie, of ook nog de draagwijdte en de rechtszekerheid van de richtlijn, alsmede op meer fundamentele bezwaren van bepaalde lidstaten.
Tenslotte, wat betreft initiatieven die wij zouden kunnen nemen om bepaalde lidstaten te sensibiliseren om een meer positieve houding aan te nemen jegens Holebi’s, wil ik de aandacht van het geachte lid vestigen op het feit dat het moeilijk is om de houding van de lidstaten in kwestie betreffende de Holebi’s onder de aandacht te brengen zonder hen te stigmatiseren, wat contraproductieven gevolgen zou kunnen hebben. Niettemin heeft België altijd de waarden van tolerantie die worden uitgedragen door de Europese Unie ter harte genomen en zal dat blijven doen door in de mate van het mogelijke de verschillende Europese initiatieven die gericht zijn op de strijd tegen elke vorm van discriminatie te ondersteunen.