Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6305

van Jurgen Ceder (Vlaams Belang) d.d. 11 december 2009

aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid

Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB) - Bewaargevingen - Aantallen - Ontbreken van een register

museum
zaakregister

Chronologie

11/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/1/2010)
12/1/2010Antwoord

Vraag nr. 4-6305 d.d. 11 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Bewaargevingen van werken van de collecties van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB) werden net zoals bruiklenen geregeld door het koninklijk besluit van 8 maart 1951 betreffende de inventarissen, de bewaargeving en de bruiklening van kunstwerken. Dit koninklijk besluit werd opgeheven door een koninklijk besluit van 24 juli 2008. De artikelen 7 tot 11 van het oud koninklijk besluit in verband met de bewaargeving blijven echter van toepassing totdat alle werken van de KMSKB, die onder het stelsel van deze oude reglementering in bewaring zijn gegeven, zijn teruggegeven. De werken die in bewaargeving worden gegeven, worden in de meeste gevallen als secundair beschouwd. Ze worden meestal gebruikt om administratieve lokalen van de Staat, kerken en een aantal ambassades te verfraaien.

Er bestaat geen volledig register van de bewaargevingen die door de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België zijn toegekend, terwijl bepaalde werken al decennia lang in bewaargeving zijn. Er bestaat niet eens voor alle oude bewaargevingen een dossier. Er werd nooit een fysieke inventarisverificatie uitgevoerd voor alle werken die opgegeven staan als in bewaring gegeven stukken. Sinds de jaren '90 werd methodisch onderzoek gedaan en werden campagnes ondernomen voor inventarisverificatie ter plaatse en vervolgens voor recuperatie. In 2002 werd een niet-exhaustieve lijst opgesteld van de werken die genoteerd staan als in bewaargeving. Die lijst vermeldt 727 stukken. Uit onderzoek blijkt dat stukken werden beschadigd, verloren zijn of als verloren staan aangemerkt, dat bewaargevingsdossiers ontbreken, dat er stukken in bewaargeving zijn zonder inventarisnummer en dat voor sommige stukken twijfel bestaat over hun identificatie. Volgens de directeur-generaal gaat het hierbij om zeer oude dossiers en zijn die tekortkomingen niet te wijten aan de huidige teams van de KMSKB. In het jaarverslag is geen enkele nauwkeurige rapportering terug te vinden over de bewaargevingen: voor elk departement van de musea worden alleen het aantal bewaargevingen in dat jaar en de aard van de stukken vermeld. Met weet dus dat men bijvoorbeeld een schilderij of een wandtapijt aan een ambassade heeft uitgeleend, maar men kan niet meer nagaan wélk schilderij of wélk wandtapijt! De door de KMSKB toegestane bewaargevingen zijn een erfenis uit het verleden toen een deel van de stukken wegens plaatsgebrek aan andere instellingen werd toevertrouwd. De KMSKB hebben intussen een beleid uitgewerkt om de bewaargevingen beter in de hand te houden, maar er is geen bevredigende opvolging van de kunstwerken die soms al verschillende decennia in bewaring zijn gegeven. Het is best mogelijk dat een deel daarvan gewoon verdwenen is.

Hoeveel stukken uit die lijst van 727 zijn beschadigd? Hoeveel zijn er verloren gegaan of ontvreemd?

Bij welke instanties (ambassades, kerken, overheidsdiensten; …) zijn stukken beschadigd, verloren gegaan of ontvreemd? Welke stappen werden reeds ondernomen om van de verantwoordelijken een teruggave of een schadevergoeding te eisen?

De lijst vermeldt slechts 727 stukken, maar vermoedelijk zijn het er veel meer. Bij gebrek aan registers kent men natuurlijk het juiste aantal niet, maar om hoeveel stukken zou het bij benadering gaan?

Antwoord ontvangen op 12 januari 2010 :

Tekst nog niet beschikbaar.