Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-6047

van Franco Seminara (PS) d.d. 7 december 2009

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Regionale brandweerdienst - Hervorming - Middelen - Bevriezing

brandbestrijding
burgerbescherming
eerste hulp

Chronologie

7/12/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
2/3/2010Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-4944

Vraag nr. 4-6047 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

De sector van de hulpdiensten had gerekend op het vrijmaken door de federale regering van een enveloppe van 70 miljoen euro tegen 2010 om de hervorming van de regionale brandweerdiensten.te financieren De beslissing om slechts 10 miljoen toe te kennen voor de task forces, belast met de invoering van de toekomstige veiligheidszones, was voor de hele sector dan ook een ontgoocheling.

De woede van de vertegenwoordigers van de brandweermannen is des te begrijpelijker omdat het gebudgetteerde bedrag van amper 10 miljoen geenszins volstaat om de doelstellingen te bereiken die deel uitmaken van de hervorming van de nooddiensten.

Zonder bijkomende middelen is het risico dus groot dat de doelstellingen met betrekking tot het statuut van de toekomstige vrijwillige brandweermannen niet zullen worden gerealiseerd of dat de opleiding van de brandweermannen in het gedrang komt.

Aangezien de huidige hervorming van de hulpdiensten een prioriteit was van de regering, bedoeld om de burgers een snellere interventie van die diensten te verzekeren, zorgen de bevriezing van de financiering en het uitstellen ven de inwerkingtreding met een jaar voor heel wat onrust.

In dat verband heb ik volgende vragen :

1.Welke boodschap hebt u voor de verantwoordelijken van de nooddiensten, die zich zorgen maken over het uitstel van de hervorming van de brandweerdiensten?

2.Zetten de karige budgettaire middelen die daarvoor zijn uitgetrokken de hervorming niet gewoon op de helling en betekenen ze niet het einde van de doelstelling die de regering had vooropgesteld, namelijk de interventiesnelheid van de brandweer verhogen?

3.Welk antwoord hebt u tot slot voor de mensen die van oordeel zijn dat de 10 miljoen euro voor de task forces een verspilling zijn, voor zover die hun werk al zouden hebben gedaan?

Antwoord ontvangen op 2 maart 2010 :

Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden op zijn vraag:

1. Hoewel men zich inderdaad heeft moeten aanpassen aan de moeilijke budgettaire context, neemt dit niet weg dat de hervorming van de brandweerdiensten een prioriteit blijft. Zij vordert stap per stap volgens het actieplan dat reeds herhaaldelijk werd voorgesteld voor deze vergadering. De prioriteiten blijven dezelfde als bij de lancering van de hervorming: een betere veiligheid voor zowel de burger als de interveniërende partij, een grondige opleiding, een betere uitrusting. Voor meer informatie hieromtrent, verwijs ik het geachte lid naar mijn antwoorden op de talrijke parlementaire vragen en interpellaties besproken in de commissie Binnenlandse Zaken op 21 oktober, 18 november en 8 december laatstleden.

2. De beperkte budgettaire middelen stellen noch de hervorming noch de doelstelling om de interventiesnelheid van de brandweerlieden te verbeteren opnieuw in vraag. Het is de oprichting van de hulpverleningszones in de zin van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid die wordt uitgesteld, niet de verbetering van de veiligheid van de burgers en van de interveniërende partijen. Hoewel de concrete oprichting van de hulpverleningszones vertraagd wordt, belanden wij echter in een belangrijke fase van de Hervorming, fase die ik als testfase zou bestempelen. Ik wens een aantal OPZ op te richten. Het betreft in zekere zin pilootzones belast met het testen van de in ontwikkeling zijnde normen en procedures. De beginselen in de wet van 15 mei 2007, zoals met name de opschaling en de snelste adequate hulp zullen eveneens getest worden in het kader van deze OPZ. De door deze laatsten nagestreefde doelstelling blijft overigens identiek: een betere werking van de hulpdiensten, evenals een grotere veiligheid voor de burger en de interveniërende partijen.

3. In 2009 werd een bedrag van ongeveer vijif miljoen euro besteed aan de Task Forces. Het werk van de Task Forces bestond enerzijds in het verzamelen van de gegevens met betrekking tot de risico’s, het personeel, het materieel, het budget en de organisatie van het werk, en anderzijds in het analyseren van deze gegevens op zonaal niveau. Een dergelijk werk werd nooit eerder uitgevoerd. Het blijkt noodzakelijk voor het volgende werk van de OPZ enerzijds, en voor de toekomstige oprichting van de hulpverleningszones anderzijds.