Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Louis Pasteur - Taalkaders - Gebrek aan evenwicht tussen Franstaligen en Nederlandstaligen - Maatregelen
Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid Louis Pasteur
Vaste Commissie voor Taaltoezicht
taalgebruik
7/12/2009 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010) |
15/12/2009 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-4606
Uit het jaarverslag van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht voor het jaar 2008 blijkt dat zich bij het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Louis Pasteur meerdere scheeftrekkingen voordoen.
Op het niveau van de directiebetrekkingen is er een evenwichtsverstoring op de tweede trap (10 Franstaligen - 8 Nederlandstaligen).
Voor de lagere trappen, met een verhouding van 47% Franstaligen tot 53% Nederlandstaligen, is er een belangrijke evenwichtsverstoring op de derde trap (42 Franstaligen - 33 Nederlandstaligen, met een verhouding van 56% Franstaligen tot 44% Nederlandstaligen). Voorts is er een evenwichtsverstoring op de vierde trap (28 Franstaligen - 36 Nederlandstaligen, verhouding 43,75% Franstaligen tot 56,25% Nederlandstaligen). Er is een belangrijke evenwichtsverstoring op de vijfde trap (24 Franstaligen - 14 Nederlandstaligen, verhouding 63,15% Franstaligen tot 36,85% Nederlandstaligen) alsook op de zesde trap (41 Franstaligen - 40 Nederlandstaligen, verhouding 50,61% Franstaligen tot 49,39% Nederlandstaligen).
Op de trappen 3, 5 en 6 zijn deze scheeftrekkingen in het nadeel van de Vlamingen. Op trap 4 zijn ze in het nadeel van de Franstaligen. Maar de globale balans blijft zeer sterk in het voordeel van de Franstaligen: zij krijgen 135 banen op de lagere trappen, tegen slechts 123 voor de Vlamingen. De reële verhoudingen zijn dus 52,33% Franstaligen tot 47,67% Nederlandstaligen. Dat ligt zeer ver af van de vereiste verhouding 47% Franstaligen tot 53% Nederlandstaligen. Bijna 14 banen die bestemd waren voor Nederlandstaligen, werden ten onrechte aan Franstaligen toegekend.
Zijn deze scheeftrekkingen intussen rechtgezet? Welke maatregelen heeft de geachte minister reeds genomen om soortgelijke evenwichtsverstoringen te voorkomen?
Naar aanleiding van uw vraag vindt u hieronder integraal de informatie voor de verschillende graden van de hiërarchie van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) op 1 maart 2009.
Taaltrap 1 - managementfuncties: 0 F – 1 N.was de situatie
tot september jongstleden. Uitsluitend de functie van algemeen
directeur (N-1) was ingevuld en dit sinds 1 juli 2006.
Via
besluiten van 20 september laatstleden werden de operationele
directeurs benoemd (2 F et 2 N)/
Taaltrap 2 – wetenschappelijk personeel (eerstaanwezend diensthoofd en diensthoofd) en niet-wetenschappelijk personeel (functies die overeenkomen met de klasse A3, A4-A5).
Taaltrap 3 – wetenschappelijk personeel (eerste assistent, assistent en assistent-stagiair).
Taaltrap 4 – niet wetenschappelijk personeel, functies die overeenstemmen met de functies van de klassen A1 en A2 en de graden van niveau B: 29 F – 32 N
Het onevenwicht tussen Nederlandstaligen en Franstaligen van 2008 is nagenoeg opgeheven dank zij de F wervingen in deze taaltrap en de uitstroom, (voornamelijk oppensioenstellingen).
Taaltrap 5 – niet wetenschappelijk personeel –de
graden van niveau C : 22 F – 12 N
Om het globaal evenwicht
te herstellen probeert he WIV sinds 01.01.07 nog uitsluitend
Nederlandstalig personeel van niveau C aan te trekken, alhoewel dit
niet steeds gemakkelijk is wegens de nagenoeg volledige verzadiging
van de Nederlandstalige arbeidsmarkt enerzijds en de geringe
wervingen in deze taaltrap anderzijds. Echter, de meeste Franstaligen
van niveau C ouder dan 50 jaar (20/28), wat verder spontaan zal
bijdragen tot het bereiken van het evenwicht.
Taaltrap 6 – niet wetenschappelijk personeel van de graden
van niveau D : 38 F – 38 N
In dit niveau wordt nog
uitzonderlijk aangeworven, met uitzondering van schoonmaakpersoneel.
Hierbij zal een voorkeur gegeven worden aan Nederlandstaligen tot een
47 % F / 53 % N bereikt wordt.