Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-507

van Louis Ide (CD&V N-VA) d.d. 17 maart 2008

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Posaconazole (Noxafil) - Terugbetaling

ziekteverzekering
infectieziekte
geneesmiddel

Chronologie

17/3/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/4/2008)
19/3/2008Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 4-576

Vraag nr. 4-507 d.d. 17 maart 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Deze vraag herneemt stukken van de tekst van de vraag om uitleg nr. 4-61 (Handelingen nr. 4-15 van 31 januari 2008, blz. 71), maar voegt nog enkele belangrijke en verduidelijkende elementen toe. Er komt ook nog een supplementair probleem bij.

De minister gaf me een antwoord wat ik graag weerleg.

Itraconazole biedt niet in voldoende mate soulaas voor deze problematiek, om maar te zwijgen van de problematiek van de absorptie van dit antimycoticum in deze setting.

Het is compleet onlogisch te eisen dat een patiënt immunogecompromitteerd moet zijn om aan een M. mycetomatis te lijden. Dat staat er volkomen los van.

Posaconazole moet toegankelijk gemaakt worden voor de setting die ik hier schets, dit niet doen is medisch-wetenschappelijk onverantwoord.

Ten tweede:

Zygomyceten of mucormycosis zijn schimmelinfecties die zeldzaam voorkomen. Doch niet onvaak na een behandeling met voriconazole (Vfend) voor invasieve aspergillose, kan er een zogenaamde “breakthrough zygomycosis” ontstaan in immunogecompromitteerde patiënten. Dan is posaconazole bij uitstek geïndiceerd. Doch net deze categorie gevallen vallen buiten de terugbetalingscriteria.

Reeds in 2003 beschreven we één der eerste gevallen die succesvol met posaconazole behandeld zijn. Dit artikel werd gepubliceerd door L. Ide, I. Buysschaert, H. Demuynck, R. De Man, A. Verlinde, E. De Laere en I. Surmont, “Zygomycosis in neutropenic patients with past Aspergillus infection: a role for posaconazole?”, in: Clinical Microbiology and Infection, September 2004, Vol. 10, nº 9, pages 862-863 (http://www.blackwell-synergy.com/doi/pdf/10.1111/j. 1469-0691.2004.00945.x). U vindt het desbetreffende artikel in bijlage. Tegelijk vindt u ook welke auteurs ons artikel al hebben geciteerd in verschillende medische toptijdschriften. Mijns inziens gaat het hier niet om het budgettaire maar om een vergetelheid.

Ik wil hier benadrukken dat met deze vraag ik een aanpassing wil voor zowel Mucormycosis en Madurella mycetomatis. Ik ben – los van alle politieke stellingname – steeds bereid de geachte minister bijkomende uitleg te verschaffen over het waarom hiervan.

Graag had ik een antwoord gekregen op volgende vragen:

1. Begrijpt de geachte minister dat het in het eerste deel gaat over een specifiek zware schimmelinfectie die zelden in ons land voorkomt, waar men niet immunogecompromitteerd voor moet zijn en die naast chirurgie, het best met posaconazole behandeld kan worden? Of dat ten minste die optie open moet zijn? Indien zij dit niet begrijpt, is zij bereid nog meer informatie te ontvangen?

2. Wat betreft het tweede deel, begrijpt zij dat voor pathologie veroorzaakt door zygomyceten men best met posaconazole behandeld?

3. Betreft het een foutje in het bovenvermeld ministerieel besluit?

4. Kan zij dit foutje zo snel mogelijk recht zetten?

5. Staat zij open voor verdere informatie om dit zo snel mogelijk recht te zetten?

Bijlage: artikel

Zygomycosis in neutropenic patients with past Aspergillus infection: a role for posaconazole?

In the March 2004 supplement of Clinical Microbiology and Infection, Donnelly and De Pauw [1] published a review on voriconazole, with emphasis on its use for treating cases of candidosis, invasive aspergillosis, and some more uncommon mycoses caused by Scedosporium spp. and Fusarium spp. Voriconazole has little activity against Sporothrix schenckii and zygomycetes such as Mucor spp., Rhizopus spp. and Absidia spp. [1]. Thus, selective pressure from prolonged courses of voriconazole, or increased survival among profoundly immunosuppressed patients, may explain the higher incidence of zygomycosis in patients who remain at obvious risk for invasive fungal infections [2].

Marty et al. [2] have described breakthrough zygomycoses in recipients of allogenic haematopoietic stem-cell transplants since the introduction of voriconazole, and we would like to report a similar case of a man aged 65 years, diagnosed with acute myeloid leukaemia, who received voriconazole for proven neutropenia-induced invasive pulmonary aspergillosis (i.e., respiratory samples positive on direct examination and culture for Aspergillus fumigatus; serum galactomannan positive on several occasions; compatible thorax lesions visualised by computerised tomography scan). While receiving voriconazole, the patient developed a massive maxillary and ethmoidal sinusitis, with proptosis of the right eye showing hyphal elements on direct examination of tissue samples. Culture remained sterile. Therapy was altered to amphotericin B, but persistence of the lesions prompted a Caldwell-Luc debridement. Tissue samplesnowrevealed fungal elements, seen typically in cases of zygomycosis, comprising thick-walled, aseptate right-angle branching filaments (Fig. 1) [3]. Culture yielded no growth. The patient’s therapy was changed to oral posaconazole 800 mg daily [4,5]. The patient recovered and continues to receive posaconazole 400 mg daily without major side effects.

We conclude that posaconazole is a potentially useful therapy for patients developing breakthrough zygomycosis after long-term use of voriconazole. A good response has already been reported in a case of invasive aspergillosis treated with posaconazole [6], but it is not yet clear whether this drug is appropriate for the first-line treatment of non-Candida mycoses in these patients.

L. IDE, I. BUYSSCHAERT, H. DEMUYNCK, R. DE MAN, A. VERLINDE, E. DE LAERE en I. SURMONT, in: Clinical Microbiology and Infection, September 2004, Vol. 10, nº 9, pages 862-863

(http://www.blackwell-synergy.com/doi/pdf/10.1111/j. 1469-0691.2004.00945.x).

Dit artikel werd geciteerd in volgende medische toptijdschriften:

· Medical Mycology, 2007, volume 45, issue 4, pp. 321-346;

· Clinical Microbiology and Infection, 2006, volume 12, pp. 7-23;

· Lancet Infectious Diseases, 2005, volume 5, issue 12, pp. 775-785;

· Clinical Microbiology Reviews, 2005, volume 18, issue 3, p. 556 e.v.;

· Clinical Infectious Diseases, 2005, volume 40, issue 7, pp. 990-996;

· Current Opinion in Pediatrics, 2005, volume 17, issue 1, pp. 78-87.