Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4402

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 11 september 2009

aan de minister van Buitenlandse Zaken

Bolivia - Cocaproductie - Productdiversificatie - Uitvoer

Bolivia
verdovend middel
diversificatie van de productie
VN-conventie

Chronologie

11/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 15/10/2009)
8/10/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4402 d.d. 11 september 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Boliviaanse president Morales stimuleert de teelt van coca. Het calciumhoudend en vitaminerijk cocablad wordt al eeuwen gekauwd in Bolivia tegen hoogteziekte, tandpijn en uitputting. Het cocablad is uiteraard ook de grondstof voor cocaïne, een gevaarlijke harddrugs die helaas meer en meer haar drempel verliest en waar gezien de vele conflicten en drugsmoorden bloed aan kleeft. Het cocablad heeft commercieel ook ander potentieel met de verwerking in legale producten, vooral binnen de homeopathische en fythotherapeutische geneeskunde.

Morales zoekt al langer steun om de Conventie over Verdovende Middelen van de verenigde Naties uit 1961 af te schaffen, omdat deze het industrieel kweken van coca enkel toelaat voor plaatselijk gebruik en productie en verwerking voor export verbiedt. Het verbod plaatst het cocablad in dezelfde categorie als cocaïne en heroïne. Morales ziet heil in een internationale markt voor de vele legale coca-producten die nu in Bolivia gebruikt worden, waaronder tandpasta, thee, cosmetica, kauwgum, frisdranken, wijn en zelfs koekjes. Volgens Morales is een dergelijke productdiversificatie een ideale strategie tegen de cocaïneproductie. Hij heeft de Europese Unie gevraagd de grootte van de legale coca markt te schatten en aan Cubaanse wetenschappers heeft hij gevraagd de farmaceutische waarde van het cocablad te onderzoeken.

Gezien het korte voorgaande kader, volgende vragen:

Wat is uw reactie op de nieuwe waardering van de cocateelt in Bolivia?

Wat is de houding van België aangaande de vraag van Boliviaanse steun om de VN Conventie over Verdovende Middelen uit 1961 af te schaffen, omdat deze het industrieel kweken van coca enkel toelaat voor plaatselijk gebruik en productie en verwerking voor export verbiedt?

Is het juist dat deze conventie het cocablad plaatst in dezelfde categorie als cocaïne en heroïne? Is de geachte minister akkoord dat het cocablad nu reeds industrieel gebruikt wordt voor Coca Cola, terwijl de export van andere coca-producten sterk tegengehouden worden? Denkt hij dat de export van andere coca-producten zinvol zou kunnen zijn tegen om de cocaïneproductie te verlagen?

Is de EU-studie reeds beschikbaar? Zo ja, wat waren de conclusies van de EU-studie rond de cocaproductie?

Antwoord ontvangen op 8 oktober 2009 :

- Bolivia heeft het voornemen bekend gemaakt om een amendement in te dienen bij artikel 49, paragrafen 1(c) en 2(e) van de Single Convention on Narcotic Drugs, 1961 (New York, 8 augustus 1975) om de praktijk van het kauwen van het cocablad te rechtvaardigen.

Artikel 49, paragraaf 1(c) voorziet dat een partij het recht heeft om tijdelijk het kauwen van het cocablad toe te laten, maar paragraaf 2(e) van hetzelfde artikel beperkt dit recht, aangezien bepaald wordt dat het kauwen van het cocablad afgeschaft moet worden binnen een termijn van 25 jaar vanaf de inwerkingtreding van het Verdrag. Aangezien Bolivia partij werd bij dit Verdrag op 23 oktober 1976 liep deze periode van 25 jaar af in 2001.

Bolivia baseert de vraag op het traditionele karakter van de praktijk van het kauwen, als integrerend deel van de inheemse identiteit, om de legalisatie ervan te eisen.

Tijdens de recente zitting van Ecosoc van afgelopen juli werd besloten dat de procedure van artikel 47, paragraaf 1(b) van het Verdrag werd ingezet die bepaalt dat aan de partijen wordt gevraagd of zij het voorgestelde amendement aanvaarden en dat zij worden verzocht om hun commentaar over het voorgestelde amendement bekend te maken.

- Momenteel is er geen formele Belgische positie over deze kwestie, noch een standpunt van de Europese Unie. In ieder geval zal de bepaling van de Belgische positie vereisen dat de vraag in al zijn dimensies wordt besproken, hetgeen de expertise en het advies van verschillende Belgische instanties zal vereisen.

Onder voorbehoud van een meer diepgaand onderzoek over de kwestie en de bepaling van een formele positie, dient in overweging worden genomen dat het belangrijk is om te vermijden dat het debat wordt uitgebreid naar andere praktijken of producten. De kwestie dient strikt beperkt te worden gehouden tot het enig gebruik van het kauwen van het cocablad in Bolivia, met andere woorden, vanuit een juridisch standpunt gezien, tot het vraagstuk over de beperking in de tijd van de mogelijkheid tot tijdelijke toestemming.

- In de huidige stand van zaken is er een gebrek aan objectieve wetenschappelijke en geneeskundige gegevens vastgesteld. Bijgevolg is het wenselijk om op de voltooiing van de studie van de Europese Commissie over dit onderwerp te wachten (“EC study of traditional use of coca leaf”) alvorens stelling te nemen. Bovendien zou het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie nuttigheidshalve gevraagd kunnen worden.