Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3504

van Els Schelfhout (CD&V) d.d. 20 mei 2009

aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking

Democratische Republiek Congo, Rwanda en Burundi - Schuld aan België - Bedragen - Kwijtscheldingen

Democratische Republiek Congo
Rwanda
Burundi
Noord-Zuidbetrekking
vermindering van de schuld
buitenlandse schuld
ontwikkelingsland
Nationale Delcrederedienst
ontwikkelingshulp

Chronologie

20/5/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/6/2009)
19/6/2009Antwoord
20/6/2009Aanvullend antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3503

Vraag nr. 4-3504 d.d. 20 mei 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De financiële crisis en de globale economische crisis treffen vooral de landen in het Zuiden die het sowieso al bijzonder moeilijk hebben. Vaak zitten zij met een enorme schuldenlast ten aanzien van landen in het Noorden waardoor hun financiële ruimte om de ergste schokken van de economische crisis op te vangen beperkt is. Daardoor zullen zij andermaal geneigd zijn om nieuw leningen aan te gaan. Hierdoor dreigen ze opnieuw in de schuldenspiraal terecht te komen.

Daarom had graag van de geachte minister vernomen:

1.Hoeveel bedroeg de totale schuld van de Democratische Republiek Congo, Rwanda en Burundi op 1 januari 2007, op 1 januari 2008 en op 1 januari 2009 ten aanzien van België (graag opsplitsing per jaar, per land en per type schuld)?

2.Wat is de reële waarde van deze schuld?

3.Hebben voornoemde landen voor de jaren 2007, 2008 en 2009 intresten voor de nog openstaande schulden betaald? Zo ja, welke bedragen?

4.Wat zijn de schuldkwijtscheldingsoperaties die België heeft doorgevoerd in 2007 en 2008 voor de voornoemde drie landen:

voor leningen van Staat tot Staat;

voor de Nationale Delcrederedienst:

voor rekening van de Staat;

voor rekening van de Delcrederedienst?

5.Zijn er nieuwe schuldkwijtscheldingsoperaties voor de voornoemde landen in 2009 voorzien? Zo ja, voor welke bedragen:

voor leningen van Staat tot Staat;

voor de Nationale Delcrederedienst:

voor rekening van de Staat;

voor rekening van de Delcrederedienst?

6.Schuldkwijtscheldingen worden meestal gespreid over meerdere jaren. Over hoeveel boekingsjaren worden de schuldkwijtscheldingen van voornoemde landen gespreid? Komen al deze schuldkwijtscheldingen integraal toe aan de begroting van ontwikkelingssamenwerking?

Antwoord ontvangen op 19 juni 2009 :

Ik verwijs naar het antwoord van de minister van Financiën.

Aanvullend antwoord ontvangen op 20 juni 2009 :

Het geachte lid gelieve hierna de antwoorden te willen vinden op de door haar gestelde vragen.

Alvorens voor de DRC in detail te antwoorden op de zes gestelde vragen geef ik kort een algemeen antwoord op de vragen betreffende de schuld van Burundi en Rwanda.

De bilaterale schuld van beide landen werd reeds bij eerdere schuldverlichtingsoperaties kwijtgescholden.

De schuld van Rwanda is daarom sinds jaren nihil.

Voor Burundi bleef er op 1 januari 2009 nog een beperkte uitstaande schuld van 30 000 euro, het Belgisch aandeel in de zogenaamde EU-IDA-leningen die indertijd aan Burundi werden toegekend.

Op 28 januari 2009 bereikte Burundi het voltooiingspunt in het kader van het HIPC-initiatief, het internationaal schuldverlichting-sinitiatief voor arme landen met grote schuldenlast. Ten gevolge hiervan werd op 11 maart jongstleden een schuldkwijtschelding-sakkoord ondertekend in de Club van Parijs. Als onderdeel van dat akkoord werd de EU-IDA schuld van 30 000 euro kwijtgescholden.

Voor wat de DRC betreft kan ik het geacht lid het volgende antwoorden.

1. Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen de schuld bij de Nationale Delcrederedienst (NDD), de schuld ten gevolge van in het verleden toegekende staatsleningen en de eerder reeds vermelde EU-IDA-schuld.

De totale schuld bij de Nationale Delcrederedienst was voor de gevraagde tijdstippen de volgende:

De uitstaande schuld ten gevolge van in het verleden toegekende staatsleningen bedrag voor de drie tijdstippen onveranderd 123 279 082,32 euro. Er waren in de betrokken periode immers geen terugbetalingen van de DRC. Van Belgische zijde betreft het renteloze leningen en worden er geen achterstalligheidsintresten aangerekend.

De EU-IDA-schuld van de DRC aan België bedraagt 90 000 euro en bleef eveneens voor de hele periode onveranderd. Naar aanleiding van het HIPC-beslissingspunt werd immers afgesproken dat de bilaterale schuldeisers in de daaropvolgende interimperiode geen intresten aanrekenen op de betrokken leningen.

2. De volgens het door de NDD gehanteerde model berekende reële waarde van de NDD-schuld was op de verschillende tijdstippen de volgende:

Voor de staatsleningen en de EU-IDA-leningen wordt geen onderscheid gemaakt tussen reële en nominale waarde. De schuld wordt dus voor de drie tijdstippen op respectievelijk 123.279.082,32 € en 90 000 euro gewaardeerd.

3. De DRC heeft gedurende de periode 2007-2009 geen intresten betaald.

4. België heeft geen schuldkwijtschel-dingsakkoorden doorgevoerd met de DRC gedurende de periode 2007-2008.

5. Aangezien verwacht wordt dat de DRC pas in het voorjaar van 2010 het voltooiingspunt zal bereiken in het kader van het HIPC-initiatief zullen er gedurende 2009 geen bilaterale schuldkwijtscheldingsoperaties plaats hebben.

6. De feitelijke schuldkwijtscheldingen van de NDD-schuld en de staatsleningen hebben plaats op het ogenblik dat de bilaterale kwijtscheldingsprotocols ondertekend worden. De EU-IDA-annulatie heeft plaats op het ogenblik dat de noodzakelijke brieven daarvoor verstuurd worden. Het is de compensatie van de kwijtschelding die over meerdere jaren verloopt. Zo is afgesproken dat de compensaties aan de NDD voor de toegekende kwijtscheldingen over tien jaar gespreid kunnen worden. De compensaties aan de rijksmiddelenbegroting voor de geleden inkomensverliezen omwille van de geannuleerde staatsleningen kan in functie van de vervaldagen over de hele terugbetalingsperiode gespreid worden.

Deze compensaties gebeuren vanuit de begroting voor ontwikkelingssamenwerking.

De schuldkwijtscheldingen zelf worden erkend en aangerekend als bilaterale ontwikkelings-samenwerking voor de nominale waarde van de kwijtgescholden bedragen die voordien nog niet als officiële ontwikkelingssamenwerking aangerekend werden. Concreet betekent dit dat de NDD-schuld als officiële ontwikkelings-samenwerking aangerekend zal worden op het ogenblik van de ondertekening van het bilaterale kwijtscheldingsakkoord.