Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3436

van Margriet Hermans (Open Vld) d.d. 11 mei 2009

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Voice over IP (VoIP) en mobiel bellen - Blokkeren van toepassingen - Eerlijke concurrentie - Maatregelen

mobiele telefoon
telecommunicatie-industrie
telematica
telecommunicatie
concurrentiebeleid
concurrentiebeperking
Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie
provider
machtspositie
mobiele communicatie

Chronologie

11/5/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 11/6/2009)
25/11/2009Dossier gesloten

Vraag nr. 4-3436 d.d. 11 mei 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Voice over IP (VoIP) werpt zich langzaam aan op als een perfect alternatief voor de mobiele telefoon. Het gebruiksgemak neemt toe en de kosten voor de consument zouden veel lager liggen. Sommige telecomoperatoren zijn ongerust en zij blokkeren dan ook deze mogelijkheid. Dit kan niet naar mijn inzien, daar dit de eerlijke concurrentie stoort en, de doorbraak van nieuwe technologieën ten bate van de consument afremt.

Ik meen dan ook dat er stappen moeten worden genomen tegen telecomoperatoren en fabrikanten van smartphones om gebruik van VoIP toe te staan op de GSM.

Ik had dan ook de volgende vragen voor de minister:

1) Hoe reageert de geachte minister op de berichten over het bewust blokkeren van de toepassing VoIP (via mobiel internet) door telecomoperatoren, mogelijk ondersteund door fabrikanten van smartphones als Apple?

2) Is hij bereid hieromtrent stappen te nemen en is hij het met me eens dat het blokkeren van de toepassing VoIP strijdig is met de eerlijke concurrentie?

3) Is hij het eens met Eurocommissaris Reding dat het gebruik van internetdiensten door telecomoperatoren niet mag worden geblokkeerd? Is hij het er tevens mee eens dat telecomoperatoren op deze manier hun machtspositie als aanbieder van internettoegang misbruiken? En is hij het er tot slot ook mee eens dat de consument bij het afsluiten van een abonnement ervan uit mag gaan dat hij met het kopen van “ onbeperkte toegang tot internet “ geen beperkingen zou ervaren bij gebruik van internetdiensten en dat derhalve aanbieders van mobiel internet verplicht zijn gebruikers daadwerkelijk onbeperkte toegang te bieden?

4) Is hij het meer algemeen mee eens dat aanbieders van internettoegang niet de vrijheid horen te hebben te bepalen welke diensten consumenten wel en niet kunnen gebruiken op internet, omdat zij zich anders een machtspositie verschaffen ten opzichte van zowel consumenten als de aanbieders van diensten?

5) Deelt hij de mening dat derhalve niet slechts gebruik van VoIP via mobiel internet op het spel staat, maar dat deze kwestie een precedent kan vormen ten aanzien van de machtspositie die aanbieders van internettoegang kunnen spelen ten aanzien van dienstenaanbieders en consumenten?

6) Gaat hij Eurocommissaris Reding actief ondersteunen in haar inzet om in Europa een dergelijke blokkade van internetdiensten door aanbieders van internettoegang te verbieden en kan hij dit toelichten?

7) Is hij bereid aan de mededingingsautoriteiten en / of het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) te vragen of zij dit willen onderzoeken alsook indien nodig opdracht te geven om op te treden tegen de operatoren voor hun rol in het blokkeren van VoIP, dan wel andere producenten die zich hier ook aan schuldig maken?