Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3144

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 11 maart 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Antwerpen - Internationale zeevaart - Welzijn van de zeevaarders - Invoering van een "welzijntaks"

zeevaart
vervoer over zee
boot
arbeidsvoorwaarden
sociaal welzijn
varend en vliegend personeel
maatschappelijk werker

Chronologie

11/3/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 9/4/2009)
5/6/2009Antwoord

Vraag nr. 4-3144 d.d. 11 maart 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Volgens ruwe schattingen komen elk jaar 380 000 internationale zeevaarders in Antwerpen, de derde grootste haven in de wereld. Als gevolg van 9/11 werd in 2004 wereldwijd de International Ship and Port Facility Security (ISPS)-code ingevoerd, een beveiligingscode voor zeeschepen tegen terrorisme. Sindsdien is het een pak moeilijker om in de mondiale havens op, maar ook om van schepen te geraken. Gecombineerd met de een enorme concurrentie tussen de transportbedrijven die de schema's van laden en lossen aanzienlijk verscherpt hebben, maken de minimale aanlegtijden van schepen dat de bemanning nauwelijks aan wal geraakt. De gevolgen voor de zeevaarders zijn evident: stress, vervreemding en oververmoeidheid. Tijd voor een luisterend oor of om op adem te komen is er zelden. Bovendien varen de meeste internationale vaartschepen onder de vlag van een "goedkopere" vlag. Van de 58 000 schepen zouden er 18 000 onder de Panamese of Liberiaanse vlag varen om belasting, vakbonden en strenge arbeidswetgeving te vermijden. Het naleven van sociale normen worden zelden gecontroleerd, alle aandacht gaat naar de veiligheid.

Gezien het voorgaande kader, kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen :

1. Wat vindt de geachte minister van de kwaliteit van de sociale zorg voor internationale zeevaarders in Antwerpen ?

2. Is het juist dat welzijnswerkers in Antwerpen de sociale normen controleren ?

3. Zo ja, wat gebeurt er met de informatie die deze welzijnswerkers vergaren ? Wat gebeurt er in het geval van flagrante overtreding van schepen die onder de Belgische vlag varen ?

4. Hoe worden dergelijke controles op het respecteren van de sociale normen internationaal geregulariseerd ? Wat is de rol van de Internationale Transportvakbond hierbij ?

5. Zijn er specifieke welzijnswerkers voor de zeevaarders ? Hoeveel ? Met hoeveel klachten worden deze jaarlijks geconfronteerd ?

6. Zo nee, hoe komen welzijnswerkers bij de zeevaarders terecht ?

7. Welzijnswerkers opperden de idee om een welzijntaks in te voeren, waarbij binnenkomende schepen een kleine tol afstaan, die kan dienen als sociale kas voor bemanningen met klachten. Wat vindt de zij hiervan ? Is zij bereid om dit te bekijken met haar collega van Financiën ?

8. Is zij bereid een regeling uit te werken om tot een dergelijk solidair systeem te komen ? Zo nee, waarom niet ?

9. In het juist dat een dergelijke taks al in bepaalde Europese landen reeds bestaat ? Zo ja, waar ?

Antwoord ontvangen op 5 juni 2009 :

Het onderwerp van de vraag valt onder de bevoegdheid van mijn Vlaamse collega, Veerle Heeren, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Wat vraag 3 betreft kan ik u echter wel het volgende meedelen :

Tot nu toe is er nooit contact geweest tussen de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden en welzijnswerkers “die de sociale normen controleren”. In bijzondere gevallen zoals bijvoorbeeld bij een schip dat aan de ketting is gelegd na inbeslagname, zorgt een delegatie van International Transport Workers Federation (ITF)voor de meest dringende noden van de betrokken zeelieden en voor begeleiding van de repatriëring.

De normen inzake sociale zekerheid worden door de Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden opgevolgd. De controle kan gebeuren door de sociale inspectie.

Tot nog toe werden er geen flagrante overtredingen vastgesteld op schepen onder Belgische vlag. Schepen onder Belgische vlag zijn immers doorgaans nieuwere schepen die behoorlijk uitgerust zijn.