Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-278

van Louis Ide (CD&V N-VA) d.d. 30 januari 2008

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Artsen - Huisbezoeken - Aantallen in rust- en verzorgingstehuizen

dokter
officiële statistiek
sociale voorzieningen
algemene geneeskunde
bejaarde
geografische spreiding

Chronologie

30/1/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2008)
5/3/2008Antwoord

Vraag nr. 4-278 d.d. 30 januari 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Artsenkrant van 12 oktober 2007 maakte melding van het feit dat de artsen steeds meer met afspraken werken. Dit zou voor veel patiënten een gemakkelijke manier zijn om overvolle wachtkamers te vermijden. Hierdoor worden ook het aantal tijdrovende (en door de brandstofprijzen ook steeds duurdere) huisbezoeken van de arts verminderd. Tegelijk is het wetenschappelijk bewezen dat de beste zorgen in het dokterskabinet gebeuren. Daar heeft de arts (huisarts) alles bij de hand om de beste zorgen toe te dienen. Het neemt ook een boel frustratie weg bij de huisartsen die zeer veel parkeerproblemen ondervinden. Het invoeren van een aanvaard aangepast parkeren (AAP) zou dan ook niet zo’n grote impact hebben op de bestaande verkeerssituatie. Minder huisbezoeken zouden dan ook leiden tot minder parkeerproblemen, minder nood tot AAP en bijgevolg een gemakkelijker toestaan van AAP door de overheid.

Om dit allemaal beter in kaart te kunnen brengen had ik graag een antwoord gehad op volgende vragen, die allen handelen over huisbezoeken in rust- en verzorgingstehuizen (RVT’s):

Hoeveel gewone huisbezoeken in RVT’s (nomenclatuur nummer 103913) werden gedaan in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel, en dit voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007? Hoeveel procent van de totale consultaties in RVT’s in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel is dit? En hoeveel was het totaal voor België voor die jaren?

Hoeveel “avond-huisbezoeken 18-21 uur” in RVT’s (nomenclatuur nummer 103913+104333) werden gedaan in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel, en dit voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007? Hoeveel procent van de totale consultaties in RVT’s in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel is dit? En hoeveel was het totaal voor België voor die jaren?

Hoeveel “nacht-huisbezoeken 21-08 uur” in RVT’s (nomenclatuur nummer 103913+104311) werden gedaan in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel, en dit voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007? Hoeveel procent van de totale consultaties in RVT’s in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel is dit? En hoeveel was het totaal voor België voor die jaren?

Hoeveel “weekend- en feestdag-huisbezoeken” in RVT’s (nomenclatuur nummer 103913+104296) werden gedaan in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel, en dit voor de jaren 2004, 2005, 2006 en 2007? Hoeveel procent van de totale consultaties in RVT’s in respectievelijk Vlaanderen, Wallonië en Brussel is dit? En hoeveel was het totaal voor België voor die jaren?

Antwoord ontvangen op 5 maart 2008 :

Ik heb de eer u mee te delen dat de elementen van antwoord aan het Rijksinstituut voor Ziekte en Invaliditeitverzekering werden gevraagd, maar dat deze dienst nog niet alle elementen heeft kunnen verzamelen om een correct antwoord op te stellen.

Een definitief antwoord zal u zo spoedig mogelijk worden verstrekt.