Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-2609

van Patrik Vankrunkelsven (Open Vld) d.d. 12 januari 2009

aan de minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden

Pensioenen - Pensioenbijslag - Onduidelijke communicatie naar de pensioengerechtigden

pensioenregeling
Rijksdienst voor Pensioenen
inkomensgarantie
betrekking tussen overheid en burger

Chronologie

12/1/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
5/2/2009Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-1633

Vraag nr. 4-2609 d.d. 12 januari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In juli 2008 kregen tal van pensioengerechtigde zelfstandigen een brief van de Rijksdienst voor Pensioenen. Ik citeer letterlijk wat er in deze brief staat :

“ […] vanaf 1 juli 2008 verhogen het gewaarborgd minimumbedrag van de pensioenen als werknemer en als zelfstandige en het bedrag van de inkomensgarantie voor ouderen (IGO). In volgende tabel vindt u het detail van de bedragen die u zijn uitbetaald.

Omschrijving

Maandbedrag juni 2008

Maandbedrag juli 2008

Rustpensioen werknemer

Rustpensioen zelfstandige

Pensioenbijslag zelfstandige

Maandelijkse welvaartsbonus

220,66

439,35

2,28

225,06

448,13

151,10

2,28

Netto aan u betaald bedrag in euro

662,29

826,57

Hoogachtend, […] ”

Hierop heb ik, als parlementair, reacties gekregen. Gepensioneerden die deze brief ontvingen, dachten dat aanvankelijk dat zij maandelijks een verhoging zouden krijgen van, zoals in het voorbeeld, 164,28 euro. In werkelijk bleek het dus maar om 13,18 euro te gaan en is de 151,10 euro een eenmalige bijslag. Pas na melding van de betrokkenen en goed nadenkend van wat eenmalig zou moeten zijn en wat een maandelijkse verhoging is, kon ik hieruit wegwijs geraken. Op basis van wat ik las in de brief, dacht ik eveneens dat betrokkene maandelijks vanaf juli 2008 164,28 euro extra zou ontvangen.

Graag had ik van de geachte minister geweten hoe deze onduidelijke en vooral ongelukkige communicatie naar de pensioengerechtigden tot stand kwam en of zij een rechtzetting zal versturen waarin duidelijk gestipuleerd wordt wat maandelijks is en wat eenmalig is.

Antwoord ontvangen op 5 februari 2009 :

De Rijksdienst voor pensioenen informeert stelselmatig de gepensioneerden van iedere wijziging in het bedrag van hun maandelijkse pensioenuitkering (bijvoorbeeld, de verhoging van het gewaarborgd minimumpensioen, verhoging van het basisbedrag van de inkomensgarantie voor ouderen, enz.). Er wordt een geïndividualiseerde brief verzonden met het detail van de bruto en netto bedragen van het maandbedrag evenals van toegepaste inhoudingen (sociale bijdragen en bedrijfsvoorheffing). Voor de voordelen die eenmaal per jaar worden betaald (het vakantiegeld voor de gepensioneerden van het werknemersstelsel in de loop van de maand mei; de bijzondere bijslag zelfstandige en de pensioenbijslag zelfstandige in de maand juli) wordt ieder jaar eveneens een geïndividualiseerde brief naar de betrokken personen gestuurd en wel vóór de betaling van genoemde uitkering.

Artikel 14 van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 en artikel 5 van het koninklijk besluit van 25 april 1997 bepalen de betaling van een pensioenbijslag ten voordele van sommige begunstigden op een rustpensioen als zelfstandige. Deze pensioenbijslag wordt een keer per jaar betaald samen met het pensioenrecht voor de maand juli.

De begunstigde wordt van de toekenning van dit jaarlijks bedrag in kennis gesteld door het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen. Bovendien, en zoals hierboven vermeld, stuurt de Rijksdienst voor pensioenen naar de begunstigden een geïndividualiseerde brief waarin de betaling van dit voordeel wordt aangekondigd: « U kan aanspraak maken op een pensioenbijslag zelfstandige. De Rijksdienst voor pensioenen betaalt die bijslag één keer per jaar samen met uw pensioenbedrag voor de maand juli. In de volgende tabel vindt u het detail van het aan u betaalde bedrag ».

Andere gebeurtenissen hebben aanleiding gegeven tot het versturen van briefwisseling in juli, onder meer de verhoging op 1 juli 2008 van het gewaarborgd minimumpensioen zelfstandige. De gepensioneerden die recht hadden op die verhoging hebben allen een geïndividualiseerde brief ontvangen waarin deze verhoging werd aangekondigd en waarbij het detail van de bedragen betaald in juni en de bedragen verschuldigd voor juli was vermeld. Het detail van de voordelen voor de maand juli vermeldt ook het bedrag van de pensioenbijslag zelfstandige, dat ieder jaar op dezelfde datum wordt betaald en het voorwerp uitmaakt van de hierboven vermelde briefwisseling.

In deze omstandigheden was een rechtzetting dan ook niet nodig.