Ontwikkelingshulp - Globalisering - Evaluatie - Bijsturing
ontwikkelingshulp
globalisering
16/10/2008 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 20/11/2008) |
4/1/2009 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-1810
Helpt buitenlandse hulp arme landen om zich te ontwikkelen ? Bijna zestig jaar na het ontstaan van de moderne ontwikkelingshulp leidt deze vraag tot een niet aflatende stroom publicaties. Bovendien is het debat over ontwikkelingshulp in toenemende mate zowel verbreed als verdiept onder invloed van mondiale veranderingen die veelal in de term "globalisering" samengevat worden. Dat leidt tot een verbreding van mogelijke instrumenten voor ontwikkeling, zoals internationale handel, migratie en toegang tot kapitaalmarkten. En dit leidt ook tot een verdieping van de ontwikkelingsthematiek naar thema's als veiligheid, duurzaamheid, voedselveiligheid en mondiale publieke goederen.
Achter deze vragen over de doeltreffendheid van ontwikkelingshulp en de afweging tussen verschillende potentiële instrumenten gaan fundamentele kwesties schuil.
In Nederland doen bepaalde uitspraken van professor P. van Lieshout over de relatie tussen hulp en ontwikkeling veel stof opwaaien. Professor P. van Lieshout is een rapport aan het schrijven voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) van de Nederlandse overheid over de toekomst van ontwikkelingssamenwerking. Hij stelt onder andere dat hulp en ontwikkeling in Afrika niet zoveel met elkaar te maken hebben. Ook in ons land staan vele veranderingen op til en ik meen dat de discussie die zich in Nederland ontspint niet zonder belang is.
Ik had dan ook volgende vragen voorgelegd :
1) Heeft de geachte minister kennisgenomen van de controversiële uitlatingen van de Nederlandse professor P. van Lieshout over de toekomst van ontwikkelingssamenwerking en over de relatie tussen hulp en ontwikkelingen ?
2) Is hij het eens met professor van Lieshout dat hulp en ontwikkeling in Afrika niet zoveel met elkaar te maken hebben ? Zo ja, kan hij dit toelichten en aangeven hoe hij dit beleidsmatig vertaald ? Zo neen, waarom niet ?
3) Hoe reageert hij op de uitspraak van professor van Lieshout dat hulp in Europa goed heeft gewerkt, dat Azië het zonder grote hulpbedragen goed heeft gedaan en dat Afrika het met veel hulp slecht heeft gedaan ?
4) Is hij het eens met professor van Lieshout dat het veel beter zou zijn om eerst ontwikkelingsdoelstellingen, en een daarbij horende intelligente strategie te formuleren en dan pas te bezien welk budget daarbij past ? Deelt hij kortom de mening dat zowel het huidige hoge budget en de koppeling met de groei van het BNP ter discussie zou moeten staan en onderdeel kan zijn van een uitvoerig debat en bijsturing zoals trouwens heden in het Nederlands Parlement geschiedt ? Kan hij dit zeer uitvoerig toelichten ?
5) Is hij het eens met de stelling dat investeringen in landbouw en infrastructuur meer opleveren voor ontwikkeling dan in onderwijs en gezondheidszorg ? Zo ja, hoe vertaalt hij dit beleidsmatig en welke bedragen zet hij hier concreet tegenover ?
Ik zou het geachte lid willen verwijzen naar het antwoord van de minister van Ontwikkelingssamenwerking.