Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-1187

van Geert Lambert (sp.a+Vl.Pro) d.d. 27 juni 2008

aan de minister van Buitenlandse Zaken

Wapensystemen met verarmd uranium – Verbod – Ontwerpverdrag van de Verenigde Naties – Rol van België

radioactieve verontreiniging
radioactieve stof
verboden wapen
wapenbeperking
uranium
radioactief afval
wapenindustrie
VN-conventie

Chronologie

27/6/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 31/7/2008)
22/7/2008Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-55

Vraag nr. 4-1187 d.d. 27 juni 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Belgisch Parlement nam op 22 maart 2007 als eerste ter wereld een wet aan die wapensystemen met verarmd uranium verbiedt, namelijk de wet van 11 mei 2007 tot aanvulling van de wapenwet, wat betreft het verbod op wapensystemen met verarmd uranium.

De gevaarlijke eigenschappen van deze wapens verantwoorden dit verbod. Uraniumwapens maken immers geen onderscheid tussen burgerlijke en militaire slachtoffers. Zij hebben een grote penetratie- en vernietigingskracht ingevolge de fysische eigenschappen van uranium, dat een hoge densiteit heeft en zelfontbrandend is. Daar deze wapens geproduceerd worden uit kernafval veroorzaken zij ook radioactieve straling en besmetting. Zo werden tijdens de Amerikaanse inval in Irak 300 gebieden radiologisch besmet door verarmd uranium. Elk stadium van de productie en het gebruik van uraniumwapens, van de mijn tot het slagveld, veroorzaakt milieuvervuiling.

Inmiddels ijvert de International Coalition to Ban Uranium Weapons voor een internationaal verdrag inzake het verbod van ontwikkeling, productie, opslag, overdracht en gebruik van uraniumwapens.

Graag vernam ik van de geachte minister of België, zoals Costa Rica nu al doet, actief zal optreden als sponsor van dit ontwerpverdrag binnen de Verenigde Naties.

Antwoord ontvangen op 22 juli 2008 :

1. De voorbereiding op de zittingen van de Eerste Commissie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (VN), waar thema's over internationale veiligheid, ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie aan bod komen, gebeurt traditioneel binnen de bevoegde werkgroep van de Raad van ministers van de Europese Unie (EU). Tot heden werd een mogelijk verbod op wapensystemen met verarmd uranium in die context niet besproken. De overgrote meerderheid van EU partners heeft zich overigens onthouden tijdens de stemming in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in 2007 over een resolutie die door de leden van de Groep van Niet Gebonden Staten was ingediend over « The effects of the use of armaments and ammunitions containing depleted uranium ». Het is nog helemaal niet duidelijk of een eventueel voorstel om onderhandelingen op te starten over een verdrag dat zulke wapens zou verbieden zal ingediend worden tijdens de volgende zitting van de Eerste Commissie. Wanneer dit zou gebeuren, zal daarover overlegd worden binnen de EU.

2. Aangaande een eventuele rol van België op internationaal niveau, verwijs ik naar de afspraken die werden gemaakt binnen het Belgisch Parlement bij de stemming van de wet van 11 mei 2007 ter aanvulling van de wapenwet en waarin inerte munitie en bepantsering die verarmd uranium of elk ander industrieel uranium bevatten, worden verboden. Deze wet zal pas in werking treden twee jaar na de dag waarop hij is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Daar de wet in het Belgisch Staatsblad van 20 juin 2007 werd bekendgemaakt, zal hij dus op 20 juni 2009 in werking treden. Ik denk dat het aangewezen is om het binnen het Parlement bereikte politieke akkoord over deze timing te respecteren.

3. De redenen waarom deze termijn van twee jaar werd beslist, vloeien voort uit de parlementaire bescheiden. De parlementsleden waren immers van mening dat de tijd nog niet gekomen was om politieke en diplomatieke initiatieven op internationaal vlak te nemen. De Belgische diplomatie heeft prioriteit gegeven aan de promotie van een internationaal verdrag inzake een verbod op clustermunitie, een thema waarover het Belgisch Parlement een belangrijke voorlopersrol heeft gespeeld. Deze investering heeft de verhoopte resultaten geleverd aangezien eind mei 2008 te Dublin een akkoord werd bereikt onder 111 landen. De ondertekening van dit nieuwe verdrag zal gebeuren in december te Oslo en ons land gebruikt de beschikbare tijd om zoveel mogelijk landen te overtuigen tot ondertekening over te gaan en ook zo snel mogelijk het verdrag te ratificeren zodat het effectief in werking kan treden.

4. Zoals ik vroeger reeds aangaf, zal de internationale situatie opnieuw bekeken worden voorafgaand aan het verstrijken van de periode van twee jaar die werd overeengekomen. Naargelang de uitkomst van deze analyse zal worden beslist op welke wijze een diplomatieke campagne voor een verbod op wapens met verarmd uranium op internationaal vlak het meest resultaatsgericht kan aangepakt worden. Zo spreekt het voor zich dat ik eventuele actie op initiatief van de VN of van VN Lidstaten in opvolging van de in 2007 in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties gestemde resolutie alle nodige aandacht zal schenken. In het nationaal rapport dat België recent heeft overgemaakt aan het Secretariaat van de Verenigde Naties, in opvolging van de resolutie van de Algemene Vergadering, wordt overigens specifiek verwezen naar de Belgische wet van 11 mei 2007 en wordt tevens onze grote aandacht voor nieuwe ontwikkelingen in de wetenschappelijke analyse van het potentieel gevaar van wapensystemen met verarmd uranium onderstreept.