SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2014-2015 Zitting 2014-2015
________________
30 janvier 2015 30 januari 2015
________________
Question écrite n° 6-429 Schriftelijke vraag nr. 6-429

de Nadia El Yousfi (PS)

van Nadia El Yousfi (PS)

à la secrétaire d'État à la Lutte contre la pauvreté, à l'Égalité des chances, aux Personnes handicapées, et à la Politique scientifique, chargée des Grandes Villes, adjointe au Ministre des Finances

aan de staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, en Wetenschapsbeleid, belast met Grote Steden, toegevoegd aan de Minister van Financiën
________________
Image de la femme dans les médias - Présence de stéréotypes sexistes - Lutte - Collaboration entre les Communautés - Publicités à caractère sexiste - Jury d'éthique publicitaire (JEP) - Plaintes - Prix Zorra - Renaissance éventuelle Beeld van de vrouw in de media - Aanwezigheid van seksistische stereotypen - Aanpak - Samenwerking tussen de Gemeenschappen - Seksistische reclame - Jury voor Ethische Praktijken - Zorra-prijs - Eventuele herinvoering 
________________
moyen de communication de masse
média commercial
éthique
discrimination sexuelle
industrie de l'audiovisuel
publicité
femme
massamedia
commerciële media
ethiek
discriminatie op grond van geslacht
audiovisuele industrie
reclame
vrouw
________ ________
30/1/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 5/3/2015)
15/6/2015Antwoord
30/1/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 5/3/2015)
15/6/2015Antwoord
________ ________
Question n° 6-429 du 30 janvier 2015 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-429 d.d. 30 januari 2015 : (Vraag gesteld in het Frans)

La présence de stéréotypes sexistes est toujours très fortement présente dans les différents médias. Cette matière transversale par excellence touche les compétences des Communautés en matière d'audiovisuel. Une étude réalisée en 2006 en Communauté française sur l'intégration par les jeunes des stéréotypes sexistes véhiculés par les médias montrait que les jeunes présentaient un niveau élevé d'intégration de ces stéréotypes.

Certains sont en effet de grands consommateurs de télévision, et les émissions regardées sont souvent porteuses de stéréotypes sexistes. Je pense plus particulièrement encore à la publicité qui inonde adolescents et enfants de messages sexistes. Une vigilance particulière s'impose pour éviter de diffuser des images ou des messages publicitaires qui pourraient être interprétés comme une incitation à la discrimination envers des personnes, ou des groupes de personnes, en raison de leur sexe.

Toute une série d'initiatives ont été prises tant par la Communauté française (le Plan d'action pour l'égalité et la diversité dans les médias audiovisuels ; le projet " Tu sais quoi ? T'es pas mon stéréotype ! ") que par les autorités flamandes (Genderklik ; développement d'une base de données reprenant des experts issus de groupes traditionnellement peu évoqués dans les médias). Mais existe-t-il un mécanisme d'échange de bonnes pratiques entre les deux grandes Communautés ?

Pouvez-vous nous communiquer les chiffres de 2014 concernant le nombre de plaintes faites auprès du Jury d'éthique publicitaire (JEP) concernant les publicités à caractère sexiste ?

À l'instar de l'Espagne qui a instauré un prix " Créer l'égalité " (prix décerné par les publicitaires à leurs pairs et un prix du public, destinés à récompenser les publicités qui rompent le mieux avec les stéréotypes sexistes), ne pourrait-on officialiser le même type d'évènement en Belgique ? Zorra, le groupe de réflexion sur le genre et les médias, faute de subsides suffisants, n'organise en effet plus la remise d'un tel prix en Belgique.

 

Seksistische stereotypen zijn nog altijd zeer sterk aanwezig in de diverse media. Die transversale materie bij uitstek heeft een raakvlak met de bevoegdheden van de Gemeenschappen inzake het audiovisuele. In 2006 deed de Franse Gemeenschap een studie naar de integratie bij jongeren van seksistische stereotypen uit de media. Die studie toonde aan dat die stereotypen bij de jongeren zeer sterk zijn geïntegreerd.

Sommigen zijn zeer grote televisiekijkers en de programma's die ze zien, bevatten vaak seksistische stereotypen. Ik denk meer bepaald aan de reclame met seksistische boodschappen waarmee jongeren en kinderen overspoeld worden. We moeten bijzonder waakzaam zijn dat geen reclamebeelden of -boodschappen worden verspreid die zouden kunnen worden geïnterpreteerd als een aansporing tot discriminatie ten aanzien van personen, of groepen van personen, op basis van hun geslacht.

Zowel de Franse Gemeenschap (Actieplan voor de gelijkheid en de diversiteit in de audiovisuele media; het project “Tu sais quoi? T'es pas mon stéréotype!”) als de Vlaamse overheden (Genderklik; creatie van een gegevensbank met medewerking van experts uit groepen die traditioneel weinig aan bod komen in de media) hebben heel wat initiatieven genomen. Bestaat er tussen de twee grote Gemeenschappen echter een mechanisme voor de uitwisseling van goede praktijken?

Kan de staatssecretaris meedelen hoeveel klachten bij de Jury voor Ethische Praktijken (JEP) zijn ingediend met betrekking tot seksistische reclame?

In Spanje is de prijs “Gelijkheid creëren” ingevoerd. Het gaat om een prijs die door reclamemakers aan collega's wordt uitgereikt en om een publieksprijs; beide belonen reclame die het best seksistische stereotypen doorbreekt. Is een gelijkaardig initiatief niet mogelijk in België? Bij gebrek aan middelen overhandigt Zorra, de denktank voor gender en media, een dergelijke prijs niet meer in België.

 
Réponse reçue le 15 juin 2015 : Antwoord ontvangen op 15 juni 2015 :

Les stéréotypes sexistes sont en effet encore trop présents dans les médias. Comme vous le soulignez, il s’agit d’une compétence transversale. Les Communautés qui développent des initiatives propres et peuvent si elles le souhaitent s’échanger leurs meilleures pratiques dans le cadre des rapports nationaux que la Belgique communique aux instances internationales, comme celui communiqué en 2014 aux Nations unies à l’occasion de l’anniversaire de la Plateforme d’action de Pékin.

En ce qui concerne les publicités à caractère sexiste, l’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes, organisme de promotion de l’égalité, collabore depuis 2009 avec le Jury d’éthique publicitaire (JEP) notamment via la présence d’un de ses membres au sein d’une des chambres du jury de première instance. L’Institut pour l’égalité des femmes et des hommes a analysé les plaintes du JEP de l’année 2013 relatives au sexisme dans son dernier rapport annuel. Sur les plaintes traitées en 2013, le JEP a examiné environ 13,2 % de plaintes portant sur le sexisme dans la publicité (légèrement moins qu’en 2012). Cette proportion d’environ 15 % est constante depuis 2010.

La majorité porte sur le caractère sexiste de la publicité ou l’image dégradante vis-à-vis de la femme, portant atteinte à sa dignité. Une proportion plus importante que les années précédentes se réfère aux rôles stéréotypés des femmes et des hommes (34,7 % parmi les plaintes « sexistes »).

13 % des plaintes introduites ont fait l’objet d’un avis de réserve et 34,8 % d’une décision d’arrêt ou de modification sur la base des arguments liés à la discrimination, à la responsabilité sociale, à la dignité humaine. Cela signifie que le JEP considère qu’environ la moitié des plaintes dans ce domaine sont fondées.

Je pense que les initiatives venant du monde de la publicité comme un prix décerné par les pairs sont intéressantes et permettent une réflexion au sein-même du secteur.

Seksistische stereotypen zijn inderdaad nog teveel aanwezig in de media. Zoals u aanhaalt, is dit een transversale bevoegdheid. De Gemeenschappen die eigen initiatieven ontwikkelen en kunnen, als ze dat wensen, hun best practices uitwisselen na aanleiding van de nationale verslagen die België aan de internationale instanties bezorgt, zoals het verslag dat in 2014 ter gelegenheid van de verjaardag van het Actieplatform van Peking aan de Verenigde Naties werd overgemaakt.

Wat seksistische reclame betreft, werkt het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen samen met de Jury voor ethische prakijken inzake Reclame (JEP), in het bijzonder door de deelname van een medewerker van het Instituut aan een van de kamers van de jury van eerste aanleg. In het laatste jaarverslag heeft het Instituut de klachten bij de JEP aangaande seksisme in 2013 geanalyseerd. Van de in 2013 door de JEP behandelde klachten ging ongeveer 13,2 % over seksisme in de reclame (iets minder dan in 2012). Dit percentage van ongeveer 15 % blijft sinds 2010 constant.

De meerderheid van deze klachten gaat over het seksistische karakter van reclame of over het vernederende beeld van vrouwen dat afbreuk doet aan hun waardigheid. Een groter percentage dan de voorgaande jaren houdt verband met de stereotiepe rollen van vrouwen en mannen (34,7 % van de klachten wegens seksisme).

13 % van de ingediende klachten kreeg een advies van voorbehoud en 34,8 % een beslissing tot stopzetting of wijziging op basis van argumenten die verband hielden met discriminatie, maatschappelijke verantwoordelijkheid of menselijke waardigheid. De JEP is van oordeel dat ongeveer de helft van de klachten in dit domein gefundeerd zijn.

Ik denk dat de initiatieven uit de reclamewereld zoals een « peer award » interessant zijn en een denkoefening binnen de sector mogelijk maken.