SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
25 mai 2018 25 mei 2018
________________
Question écrite n° 6-1878 Schriftelijke vraag nr. 6-1878

de Lode Vereeck (Open Vld)

van Lode Vereeck (Open Vld)

au vice-premier ministre et ministre de la Coopération au développement, de l'Agenda numérique, des Télécommunications et de la Poste

aan de vice-eersteminister en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post
________________
Bpost - Retard de livraison - Absentéisme Bpost - Late leveringen - Absenteïsme 
________________
service postal
livraison
absentéisme
postdienst
levering
absenteïsme
________ ________
25/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/6/2018)
29/6/2018Antwoord
25/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/6/2018)
29/6/2018Antwoord
________ ________
Question n° 6-1878 du 25 mai 2018 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1878 d.d. 25 mei 2018 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Au cours de la première semaine du mois de mai, l'entreprise postale bpost a connu de graves problèmes dans la distribution de colis, ce qui a donné lieu à une livraison (trop) tardive de centaines de paquets aux destinataires. Le porte-parole de bpost a indiqué au journal De Tijd du samedi 12 mai 2018 qu'environ 20 % des colis étaient concernés.

Via son site web, bpost a fait savoir que les problèmes étaient à imputer à des « circonstances exceptionnelles ». L'article de journal parle d'un nombre exceptionnellement élevé de colis à traiter. De plus, bpost devait faire face à des grèves. Plusieurs magasins en ligne réclament à présent des dédommagements à bpost.

Bpost relève, il est vrai, de la compétence d'un ministre de tutelle fédéral, mais les problèmes que le distributeur de colis a rencontrés ont également eu des conséquences sur les institutions publiques présentes dans les trois Régions. Cela explique le caractère transversal de ma question.

Mes questions sont les suivantes :

1) En chiffres absolus, combien représentent les 20 % de colis qui, selon le porte-parole de bpost, ont été livrés en retard ? J'aimerais, si possible, obtenir une ventilation de ces chiffres entre les trois Régions.

2) Plusieurs magasins en ligne réclament à présent un dédommagement à bpost.

a) De combien de magasins s'agit-il concrètement ?

b) Quel est le montant total de l'indemnisation exigée ?

c) Bpost donnera-t-elle suite à cette demande de dédommagement ? Pourquoi ? Pourquoi pas ?

3) Un des problèmes qui était à la base du retard dans la distribution des colis postaux par bpost est l'absentéisme important auquel le distributeur de colis doit faire face. Il ressort du rapport annuel 2017 de bpost que le taux d'absentéisme par rapport au nombre total d'heures prestées, était de respectivement 6,85 %, 7,61 % et 7,02 % en 2015, 2016 et 2017.

a) Le ministre a-t-il une idée du taux d'absentéisme chez bpost pour les mois de janvier à mai 2018 ? Que représente ce pourcentage par rapport aux années précédentes ?

b) Le ministre peut-il confirmer que l'absentéisme du personnel était une des causes du retard de la distribution des colis au début du mois de mai ? Dans l'affirmative, le ministre a-t-il interpelé bpost à ce sujet ?

c) Le ministre pense-t-il que bpost prend des mesures suffisantes et efficaces et fournit des efforts pour remédier à l'absentéisme parmi son personnel ? Si oui, pourquoi ? Si non, quelles sont, selon le ministre, les améliorations possibles ?

 

In de eerste week van mei heeft het postbedrijf bpost ernstige problemen ondervonden bij de bedeling van pakjes met als gevolg dat honderden pakketten (te) laat door de bestemmeling werden ontvangen. De woordvoerder van bpost stelt in De Tijd van zaterdag 12 mei 2018 dat ongeveer 20 % van de pakjes getroffen waren.

Via haar website communiceerde bpost dat de problemen te wijten waren aan « uitzonderlijke omstandigheden ». In het krantenartikel wordt dit verduidelijkt in de zin van « een uitzonderlijk hoog aantal te verwerken pakjes ». Bovendien kampte bpost met stakingen. Enkele webwinkels eisen nu een schadevergoeding van bpost.

Het transversale karakter van mijn vraag ligt in het feit dat bpost weliswaar onder de bevoegdheid van een federale voogdijminister valt, maar dat de problemen bij de pakjesverdeler ook gevolgen hadden voor de overheidsinstellingen in de drie Gewesten.

Ik heb de volgende vragen voor de minister :

1) Wanneer de woordvoerder van bpost het heeft over 20 % van de pakjes die door een vertraagde levering getroffen waren, over hoeveel pakjes gaat het dan in absolute aantallen ? Indien mogelijk kreeg ik graag cijfers met opgave van de regionale spreiding tussen de drie Gewesten.

2) Enkele webwinkels eisen nu een schadevergoeding van bpost.

a) Over welke webwinkels gaat het concreet ?

b) Hoe groot is het totaalbedrag van de schadevergoeding dat wordt geëist ?

c) Zal bpost gevolg geven aan deze schadeclaims ? Waarom wel ? Waarom niet ?

3) Eén van de problemen die aan de late bedeling van de postpakketten door Bpost ten grondslag ligt, is de hoge graad van absenteïsme waarmee de pakjesverdeler kampt. Uit het jaarverslag 2017 van bpost blijkt dat de absenteïsmegraad, in percentage van het totaal aantal gewerkte uren, in 2015, 2016 en 2017 respectievelijk 6,85 %, 7,61 en 7,02 % bedroeg.

a) Heeft de minister zicht op de absenteïsmegraad binnen bpost voor de maanden januari - mei 2018 ? Hoe verhoudt dit percentage zich ten opzichte van de voorgaande jaren ?

b) Kan de minister bevestigen dat het personeelsabsenteïsme een oorzaak was van de late bedeling van de pakjes begin mei ? Zo ja, heeft de minister bpost hierover aangesproken ?

c) Is de minister van mening dat bpost voldoende en afdoende maatregelen neemt en inspanningen levert om het absenteïsme onder het personeel in te dijken ? Zo ja, waarom ? Zo nee, welke mogelijke verbeterpunten ziet de minister ?

 
Réponse reçue le 29 juin 2018 : Antwoord ontvangen op 29 juni 2018 :

1) & 2) bpost considère que les données demandées sont confidentielles, en partie à cause des informations sur la position sur le marché, en partie à cause des informations sur les relations de l'entreprise avec les clients.

3) a) Le chiffre d'absentéisme pour le premier trimestre de 2018 est de 7,66 %, ce qui est en ligne avec les années précédentes.

3) b) La livraison tardive de certains colis au début du mois de mai n'a pas été causée par l'absentéisme, mais plutôt par des volumes exceptionnellement élevés pour cette période de l'année et quelques problèmes opérationnels.

3) c) La vision de bpost qui considère l'absentéisme comme un indicateur de la façon dont les gens se sentent au travail et dans leur environnement peut être approuvée. Après tout, se sentir bien au travail augmente la motivation et l’engagement des collaborateurs, ce qui entraînera une baisse du taux d'absentéisme.

L'entreprise entreprend donc des actions qui augmentent le bien-être des employés :

– la création d’un environnement de travail sécurisé par une politique de sécurité approfondie qui doit prévenir les accidents de la circulation et du travail ;

– la mise en place d'équipements de travail et de procédures adaptés ;

– une politique de santé en étroite collaboration avec les médecins du travail ;

– le combat contre le stress ;

– poursuivre les efforts pour recruter en temps voulu du personnel grâce à la coopération avec les services régionaux de l'emploi ;

– à partir de 2018 : le bien-être du personnel mesuré via le taux d'absentéisme sera l'un des critères déterminant le salaire variable.

1) & 2) bpost beschouwt de gevraagde gegevens als vertrouwelijk, deels omwille van de informatie over de marktpositie, deels omwille van de informatie over de relaties van het bedrijf met de klanten.

3) a) Het absenteïsmecijfer voor het eerste kwartaal van 2018 bedraagt 7,66 % wat in lijn is met de voorgaande jaren.

3) b) De late bedeling van sommige pakjes in begin mei werd niet veroorzaakt door absenteïsme maar had te maken met onverwacht hoge volumes voor die tijd van het jaar en enkele operationele issues.

3) c) De visie van bpost die het absenteïsme beschouwt als een indicator van hoe de mensen zich voelen op het werk en in hun omgeving kan onderschreven worden. Het zich goed voelen op het werk verhoogt immers de motivatie en de betrokkenheid van de medewerkers en dat zal leiden tot een lager absenteïsme-cijfer.

Het bedrijf onderneemt daarom acties die het welzijn van de medewerkers moeten verhogen :

– het creëren van een veilige werkomgeving door een doorgedreven veiligheidsbeleid dat verkeers- en arbeidsongevallen moet voorkomen ;

– het implementeren van aangepaste arbeidsmiddelen en -procedures ;

– het voeren van gezondheidsbeleid in nauwe samenwerking met de bedrijfsgeneesheren ;

– het bestrijden van stress ;

– verdere inspanningen voor de tijdige rekrutering van personeel via samenwerking met regionale arbeidsbemiddeling ;

– vanaf 2018 : het welzijn van het personeel gemeten via het absenteïsmecijfer, wordt één van de criteria die mee het variabel loon bepalen.