SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2016-2017 Zitting 2016-2017
________________
29 novembre 2016 29 november 2016
________________
Question écrite n° 6-1144 Schriftelijke vraag nr. 6-1144

de Véronique Jamoulle (PS)
van Véronique Jamoulle (PS)

à la secrétaire d'État à la Lutte contre la pauvreté, à l'Égalité des chances, aux Personnes handicapées, et à la Politique scientifique, chargée des Grandes Villes, adjointe au Ministre des Finances
aan de staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, en Wetenschapsbeleid, belast met Grote Steden, toegevoegd aan de Minister van Financiën
________________
Pôles d'attraction interuniversitaires (PAI) - Avenir - Transfert aux Communautés - Organisation - Accord entre les ministres de la Recherche du gouvernement de la Communauté française et du gouvernement flamand - Septième phase des PAI - Évaluation Interuniversitaire attractiepolen (IUA) - Toekomst - Overdracht naar de Gewesten - Organisatie - Overeenkomst tussen de ministers van wetenschappelijk onderzoek van de regering van de Franse Gemeenschap en van de Vlaamse regering - Zevende fase van de IUA 
________________
recherche scientifique
université
wetenschappelijk onderzoek
universiteit
________ ________
29/11/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 29/12/2016)
23/12/2016Antwoord
29/11/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 29/12/2016)
23/12/2016Antwoord
________ ________
Question n° 6-1144 du 29 novembre 2016 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-1144 d.d. 29 november 2016 : (Vraag gesteld in het Frans)

Créés en 1987, les pôles d'attraction interuniversitaires (PAI) couvrent pratiquement tous les domaines de la recherche fondamentale. Il s'agit d'un programme de recherche pluriannuel (cinq ans). Le but est de soutenir des équipes d'excellence en recherche fondamentale appartenant aux différentes Communautés du pays (ainsi qu'à des universités d'autres pays de l'Union européenne (UE)) et travaillant en réseaux, afin d'accroître leur contribution commune dans des domaines divers. Bref, ils représentent un outil essentiel de la recherche scientifique belge et sont un excellent incitant pour stimuler les interactions entre les universités, les collaborations scientifiques entre les groupes belges, le développement et le transfert des technologies entre les universités. Ce sont des réseaux d'excellence, des équipes de recherche bénéficiant d'une visibilité internationale. En 2015, on comptait 47 PAI en activité, qui rassemblaient 369 équipes de recherches, dont 112 étrangères.

L'accord relatif à la sixième réforme de l'État a cependant prévu que les pôles d'attraction interuniversitaire soient transférés aux entités fédérées. Les PAI devront être communautarisés en 2018, soit dans un peu plus d'un an.

1) Il me revient qu'un accord a été conclu entre les ministres de la Recherche du gouvernement de la Communauté française et du gouvernement flamand concernant l'avenir des pôles d'attraction interuniversitaires. Disposez-vous d'informations complémentaires à ce sujet ?

2) Par ailleurs, la dernière évaluation des PAI remonte à 2011 ; or ceux-ci font l'objet d'une évaluation tous les cinq ans. La septième phase des PAI, commencée en 2012, doit arriver à échéance en septembre 2017 ; leur communautarisation ne se fera qu'en 2018. Comment organiser cette période de transition sans mettre en difficulté les équipes de recherche ? Qui du fédéral ou des Communautés sera effectivement chargé de faire l'évaluation de cette septième phase ?

 

De interuniversitaire attractiepolen (IUA) omvatten nagenoeg alle domeinen van het fundamenteel onderzoek. Het betreft een meerjarenprogramma (vijf jaar). Het doel is teams die fundamenteel onderzoek van hoog niveau verrichten in de verschillende gemeenschappen van ons land (evenals in universiteiten van andere landen van de Europese Unie (EU)) te steunen door een netwerk te creëren, teneinde hun gemeenschappelijke bijdrage in diverse domeinen te optimaliseren. Zij vormen een essentieel instrument voor het Belgisch wetenschappelijk onderzoek en een uitstekende stimulus voor de interactie tussen de universiteiten, de wetenschappelijke samenwerking tussen Belgische teams, de ontwikkeling en de overdracht van technologie tussen de universiteiten. Het zijn topnetwerken, onderzoeksteams met internationale uitstraling. In 2015 waren er 47 IUA's actief, die bestonden uit 369 onderzoeksteams, waaronder 112 buitenlandse.

Het akkoord voor de zesde staatshervorming voorziet nochtans in een overdracht van de interuniversitaire attractiepolen naar de deelstaten. Die overdracht moet tegen 2018 afgerond zijn, dus over iets meer dan een jaar.

1) Er zou een akkoord zijn tussen de ministers van wetenschappelijk onderzoek van de regering van de Franse Gemeenschap en van de Vlaamse regering over de toekomst van de interuniversitaire attractiepolen. Beschikt u over bijkomende informatie ter zake?

2) De laatste evaluatie van de IUA dateert van 2011; ze moeten om de vijf jaar worden geëvalueerd. De zevende fase van de IUA, gestart in 2012, loopt in september 2017 af; maar de overdracht naar de deelstaten zal pas in 2018 gebeuren. Hoe zal deze transitieperiode worden georganiseerd, zonder dat de onderzoeksteams in moeilijkheden komen? Wie zal op federaal of op gewestelijk niveau belast worden met de evaluatie van deze zevende fase?

 
Réponse reçue le 23 décembre 2016 : Antwoord ontvangen op 23 december 2016 :

1) La Communauté française et le gouvernement flamand, plus spécialement leurs ministres respectifs de la Recherche, ont conclu un accord sur la suite du programme « Pôles d’attraction d’interuniversitaires » (PAI). Le Fonds de la recherche scientifique (FRNS) et le Fonds wetenschappelijk onderzoek (FWO) ont été chargés de la mise en œuvre et du suivi du nouveau programme EOS (Excellence of Science). De plus amples informations peuvent donc être obtenues auprès de ces deux institutions. Les projets EOS démarreront en janvier 2018 pour une durée de quatre ans. Le programme EOS a été lancé officiellement le 14 décembre 2016 avec une séance d'information organisée conjointement par le FNRS et le FWO au Palais des Académies.

2) Afin de faciliter la transition entre la fin du programme PAI (30 septembre 2017), et le début du nouveau programme EOS, le gouvernement fédéral s'est engagé à prendre les mesures de sorte que les équipes de recherche ne pâtissent pas de cette interruption. Pour assurer la continuité du mécanisme, il a été décidé de prolonger le délai d'exécution des contrats PAI-VII de trois mois, soit jusqu'au 31 décembre 2017. Les crédits non consommés au 30 septembre 2017 pourront être utilisés uniquement pour des frais de personnel, entre le 1er octobre 2017 et le 31 décembre 2017.

Au cours de ces derniers mois, la Politique scientifique fédérale a organisé une évaluation ex post, « effectuée par des pairs », des projets PAI-VII. Les rapports des experts chargés de l'évaluation ont été envoyés aux coordinateurs des réseaux PAI et aux cellules recherche des institutions concernées. Une synthèse de ces évaluations a aussi été transmise aux membres du comité de pilotage PAI, composé de représentants du Conseil des recteurs des universités francophones de Belgique (CREF), du Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), du FNRS, du FWO, de la Communauté flamande, de la Communauté française et de l'autorité fédérale.

1) De Franse Gemeenschap en de Vlaamse regering, in het bijzonder hun respectieve ministers voor Wetenschap, hebben inderdaad een akkoord gesloten over de verderzetting van het programma « Interuniversitaire Attractiepolen » (IUAP). De Fonds de la recherche scientifique (FRNS) en het Fonds wetenschappelijk onderzoek (FWO) zijn belast met de uitvoering en monitoring van het nieuwe EOS-programma (Excellence of Science). Nadere informatie kan dus worden verkregen bij deze twee instellingen. De EOS projecten zullen in januari 2018 starten voor een periode van vier jaar. Het EOS-programma werd officieel gelanceerd op 14 december 2016 met een informatiesessie die gezamenlijk door de FNRS en het FWO in het Paleis der Academiën werd georganiseerd.

2) Om de overgang tussen het einde van het IUAP-programma (30 september 2017) en het begin van het nieuwe EOS programma te vergemakkelijken is de federale regering vastbesloten om maatregelen te nemen zodat onderzoeksteams niet dienen te lijden door deze onderbreking. Om de continuïteit van het mechanisme te waarborgen, werd besloten om de uitvoeringstermijn voor PAI-VII contracten met drie maanden te verlengen tot en met 31 december 2017. De niet benutte kredieten tot 30 september 2017 kunnen uitsluitend voor personeelskosten worden gebruikt tussen 1 oktober 2017 en 31 december 2017.

In de afgelopen maanden heeft het Federaal Wetenschapsbeleid de ex-post evaluatie van PAI-VII projecten georganiseerd via « peerreview ». De verslagen van deskundigen die verantwoordelijk zijn voor de evaluatie werden naar de coördinatoren van de netwerken en onderzoekscellen van de betrokken instellingen verzonden. Een samenvatting van deze evaluaties werd ook gestuurd naar de leden van het IUAP begeleidingscomité, samengesteld uit de Conseil des recteurs des universités francophones de Belgique (CREF), de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), FNRS en FWO vertegenwoordigers alsook de vertegenwoordigers van de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap en de federale overheid.