SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
5 juin 2013 5 juni 2013
________________
Question écrite n° 5-9244 Schriftelijke vraag nr. 5-9244

de Cindy Franssen (CD&V)

van Cindy Franssen (CD&V)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________________
Le remboursement éventuel de dispositifs médicaux invasifs sur mesure De terugbetaalbaarheid van invasieve medische hulpmiddelen op maat 
________________
matériel médical
assurance maladie
medisch en chirurgisch materiaal
ziekteverzekering
________ ________
5/6/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
5/6/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3604 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3604
________ ________
Question n° 5-9244 du 5 juin 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-9244 d.d. 5 juni 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Pour pouvoir prétendre à un remboursement par l'État du coût d'un implant ou d'un dispositif médical, il faut que ceux-ci figurent sur la liste des implants et dispositifs médicaux invasifs remboursables, visée à l'article 35septies de la loi relative à l'assurance obligatoire soins de santé et indemnités, dite la « Liste ».

Depuis l'adoption de la loi du 13 décembre 2006, la procédure de modification de la Liste a été réformée. La Commission de remboursement des implants et des dispositifs médicaux invasifs a été créée ; elle est habilitée à revoir la Liste ou bien de sa propre initiative, ou bien à la demande des autorités, ou bien à la demande d'une entreprise. S'il s'agit de dispositifs médicaux invasifs, la procédure est illimitée dans le temps.

Une procédure illimitée dans le temps crée une grande incertitude pour les entreprises qui ont investi durant des années dans le développement d'un nouveau dispositif médical invasif sur mesure et qui souhaitent obtenir le remboursement de celui-ci.

En outre, dans l'attente d'une éventuelle modification de la Liste, un tel dispositif (sauf s'il est facturé au patient) ne peut être remboursé qu'à partir du budget des moyens financiers (BMF) qui est fixé chaque année et alloué aux hôpitaux belges.

Dans les motifs d'exclusion énumérés à l'article 102 de la loi coordonnée sur les hôpitaux et autres établissements de soins du 10 juillet 2008, il n'est toutefois pas fait mention explicite des dispositifs médicaux invasifs sur mesure, ce qui donne lieu à des discussions avec les hôpitaux sur la possibilité d'utiliser le BMF pour les dispositifs médicaux invasifs sur mesure.

Je souhaiterais que la ministre me donne les informations suivantes.

1) Quels délais a-t-on jusqu'à présent respectés pour les demandes de modification de la Liste en ce qui concerne les dispositifs médicaux invasifs ?

2) Faut-il interpréter l'article 102, 6°, de la loi coordonnée sur les hôpitaux et autres établissements de soins du 10 juillet 2008 comme impliquant que les dispositifs médicaux sur mesure non implantables, qui ne font pas l'objet d'une intervention de l'assurance obligatoire soins de santé, ne sont pas exclus du budget des moyens financiers ?

3) La ministre juge-t-elle souhaitable de régler au moyen du budget des moyens financiers, qui est fixé chaque année, le financement des dispositifs médicaux novateurs, en l'absence de procédure limitée dans le temps pour l'inscription du dispositif dans la Liste ? Dans la négative, quel est, selon la ministre, le délai souhaitable ?

 

Om aanspraak te kunnen maken op een terugbetaling door de overheid van de kost van een implantaat of van een medisch hulpmiddel, dient dit te zijn opgenomen in de zogenaamde "Lijst" (lijst van de vergoedbare implantaten en invasieve medische hulpmiddelen), waarnaar wordt verwezen in art. 35septies van de Wet GVU.

Sinds de wet van 13 december 2006 is de procedure voor de wijziging van de Lijst hervormd. De Commissie Tegemoetkoming Implantaten en Invasieve Medische Hulpmiddelen werd opgericht, die ofwel op eigen initiatief, ofwel op vraag van de overheid, ofwel op vraag van een onderneming de Lijst kan herzien. Indien het gaat over invasieve medische hulpmiddelen, is de procedure niet termijngebonden.

Voor bedrijven die een jarenlange investering hebben gedaan in het ontwikkelen van een nieuw medisch hulpmiddel op maat en de terugbetaling hiervan wensen te bekomen, leidt het ontbreken van een termijngebonden procedure tot grote onzekerheid.

Bovendien, in afwachting van een eventuele wijziging van de Lijst, kan een dergelijk hulpmiddel (behalve door facturatie aan de patiënt) enkel worden vergoed vanuit het zogenaamde Budget Financiële Middelen (BFM), dat jaarlijks opnieuw wordt vastgesteld en toegekend aan Belgische ziekenhuizen.

In de uitsluitingsgronden zoals opgesomd in art. 102 van de ziekenhuiswet wordt evenwel geen uitdrukkelijke vermelding gemaakt van invasieve medische hulpmiddelen op maat, waardoor discussie ontstaat met ziekenhuizen over de mogelijkheid tot aanwending van het BFM voor deze invasieve medische hulpmiddelen op maat.

Graag had ik van de minister het volgende vernomen:

1) Welke termijnen werden tot op heden nageleefd voor aanvragen tot wijziging van de Lijst voor invasieve medische hulpmiddelen?

2) Dient art. 102, 6° van de ziekenhuiswet zo gelezen te worden dat niet-implanteerbare medische hulpmiddelen op maat, die niet het voorwerp uitmaken van een tegemoetkoming door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, niet uitgesloten zijn van het Budget Financiële Middelen?

3) Vindt de minister het wenselijk dat de financiering voor het gebruik van innovatieve medische hulpmiddelen, bij gebreke aan een termijngebonden procedure voor opname in de Lijst, wordt overgelaten aan het jaarlijks opnieuw vast te stellen BFM? Zo neen, welke termijn is volgens de minister hierbij wenselijk?