SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
6 mars 2013 6 maart 2013
________________
Question écrite n° 5-8411 Schriftelijke vraag nr. 5-8411

de Richard Miller (MR)

van Richard Miller (MR)

au ministre des Entreprises publiques et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes

aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden
________________
La rénovation des gares dans la zone Mons-Borinage De renovatie van de stations van de zone van Bergen-Borinage 
________________
gare ferroviaire
Société nationale des chemins de fer belges
spoorwegstation
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
________ ________
6/3/2013Verzending vraag
14/3/2013Antwoord
6/3/2013Verzending vraag
14/3/2013Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2990 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2990
________ ________
Question n° 5-8411 du 6 mars 2013 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-8411 d.d. 6 maart 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

En décembre 2012, la SNCB-Holding a validé le plan pluriannuel d'investissement (PPI) 2013-2025, qui représente près de 26 milliards d'euros d'investissements pour une période de treize années. Outre le financement des infrastructures ferroviaires (14,9 milliards), dont 5 milliards seront consacrés à l'amélioration de la sécurité, 2,4 milliards d'euros seront dédiés pour le holding, en charge des gares.

63,7 millions d'euros devront être attribués à la restauration des gares de la " zone sud-ouest ", dont 4,19 millions d'euros sont prévus pour Mons-Borinage. Ce chiffre n'inclut pas les 150 millions d'euros destinés au projet de la nouvelle gare de Mons.

Si l'on peut se réjouir du montant dont bénéficieront certaines gares, à savoir celles de Jurbise, de Quiévrain, ou encore de Saint-Ghislain, il est néanmoins étonnant de savoir que ces montants ne pourront être alloués avant 2023. La seule exception étant la gare de Quiévrain, qui recevra 160.000 euros dès 2013. Je souhaiterais connaître les raisons de l'importance de ces délais.

Par ailleurs, d'autres gares de la zone Mons-Borinage, telles que celles de Frameries, de Boussu ou de Thulin, ne figurent pas dans la liste, malgré leur état de délabrement, leur manque de places de parkings, etc. Initialement, un montant d'investissement global de 40 milliards d'euros était prévu, au lieu des 26 milliards finalement retenus. Ceci démontre les contraintes budgétaires auxquelles la SNCB est confrontée. Néanmoins, je souhaiterais savoir de quelle manière le Ministre envisage de préserver les petites gares, qui sont essentielles pour le désengorgement de Mons.

Monsieur le Ministre,

Quel est l'avis du Ministre concernant le plan pluriannuel d'investissement 2013-2025 de la SNCB-Holding, au niveau de la répartition des investissements ? Que pensez-vous du montant attribué aux petites gares, souvent oubliées ?

Pour quelles raisons certaines gares, telles que celles de Jurbise et de Saint-Ghislain, ne toucheront-elles pas le financement nécessaire pour leur rénovation avant 2023 ?

Pour quelles raisons certaines gares de la zone Mons-Borinage, dont celles de Frameries, de Boussu ou encore de Thulin, ont-elles été ignorées dans ce plan pluriannuel d'investissement 2013-2025 ?

 

In december 2012 heeft de NMBS-Holding het meerjarig investeringsplan (MIP) 2013-2025 gevalideerd voor ongeveer 26 miljard euro investeringen over een periode van dertien jaar. Naast de financiering van de spoorweginfrastructuur (14,9 miljard), waarvan 5 miljard besteed zal worden aan de verbetering van de veiligheid, zal 2,4 miljard euro naar de holding gaan, ten laste van de stations.

63,7 miljoen euro wordt toegewezen voor de restauratie van de stations van de “zone zuid-west”, waarvan 4,19 miljoen bestemd is voor Bergen-Borinage. De 150 miljoen voor het project van het nieuwe station te Bergen, is daarin niet begrepen.

Men kan zich verheugen over het bedrag dat bepaalde stations zullen krijgen, namelijk die van Jurbise, Quiévrain en Saint-Ghislain, maar die bedragen kunnen niet vóór 2023 worden toegekend, wat wel verbazend is. De enige uitzondering is het station van Quiévrain, dat al in 2013 160.000 euro zal krijgen. Ik zou graag de reden kennen voor deze lange termijnen.

Bovendien staan andere stations van de zone Bergen-Borinage, zoals dat van Frameries, Boussu en Thulin, niet op de lijst. Die stations zijn nochtans bouwvallig staat en beschikken niet over voldoende parkeerplaatsen, enz. Oorspronkelijk was een totaal inveserteringsbedrag van 40 miljard in het vooruitzicht gesteld, in plaats van de 26 miljard die uiteindelijk wordt uitgetrokken. Dat toont aan met welke begrotingsbeperkingen de NMBS geconfronteerd wordt. Toch zou ik graag vernemen hoe de minister van plan is de kleine stations te vrijwaren, die essentieel zijn voor de ontlasting van Bergen.

Mijnheer de minister,

Wat is uw mening over het meerjarig investeringsplan 2013-2025 van de NMBS-Holding wat de verdeling van de investeringen betreft? Wat denkt u van het bedrag dat wordt toegekend aan de kleine stations, die dikwijls vergeten worden?

Om welke redenen krijgen bepaalde stations, zoals dat van Jurbise en van Saint-Ghislain, de nodige financiering voor hun renovatie niet vóór 2023?

Om welke redenen werden bepaalde stations in de zone Bergen-Borinage, waaronder dat van Frameries, Boussu en Thullin, genegeerd in het meerjarig investeringsplan 2013-2025?

 
Réponse reçue le 14 mars 2013 : Antwoord ontvangen op 14 maart 2013 :

En réponse aux questions de l'honorable membre, j'ai l'honneur de lui communiquer les éléments suivants:

Le projet de plan d'investissement 2013-2025 que le Groupe Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) m’a transmis s’inscrit dans un cadre budgétaire prédéfini et doit répondre à des contraintes spécifiques dont notamment le respect de la clé annuel 60/40 pour les investissements entre la région flamande et la région wallonne.

En ce qui concerne les travaux à réaliser dans les gares, petites ou grandes, la SNCB-Holding m’indique que les nouveaux projets destinés à l'accueil des voyageurs reçoivent un niveau de priorité en fonction d’un modèle tenant compte premièrement de l’état des infrastructures (des bâtiments de gare, des parkings et des environs), et deuxièmement du nombre de voyageurs.

En tenant compte de ce modèle de priorisation, la SNCB-Holding a identifié le site de la gare de Mons comme étant la premièrement priorité du District Sud-Ouest. En tenant compte des plafonds budgétaires, il n’est pas possible actuellement d’avancer la rénovation des gares de Jurbise et de Saint-Ghislain.

Cependant, bien que toutes les petites gares et points d’arrêt n’apparaissent pas nominativement dans le projet plan pluriannuel, la SNCB-Holding tient à préciser qu’un budget est prévu annuellement pour assurer le maintien de l’ensemble des sites d’accueil des voyageurs et pour apporter quelques petites améliorations au cas par cas. Le budget pour le District Sud-Ouest, dont dépendent les gares de Mons-Borinage avoisine dans le projet de PPI les 2 500 000 euros par an à partir de 2015.

Als antwoord op de vragen van het geachte lid heb ik de eer hem de volgende elementen te mee te delen:

Het ontwerp van meerjareninvesteringsplan 2013-2025 dat de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)-Groep me heeft voorgelegd schrijft zich in een voorafbepaald budgettair kader in en moet aan specifieke vereisten beantwoorden, onder meer aan de naleving van de jaarlijkse 60/40-verdeelsleutel voor de investeringen tussen het Vlaams Gewest en het Waals Gewest.

Wat de kleine of grote uit te voeren werken betreft, geeft de NMBS-Holding me aan dat de nieuwe projecten voor de ontvangst van de reizigers een prioriteitsniveau krijgen in functie van een model dat vooreerst rekening houdt met de staat van de infrastructuur (van de stationsgebouwen, de parkings en de omgeving), en ten tweede met het aantal reizigers.

Door rekening te houden met dit prioriteitsmodel, heeft de NMBS-Holding de site van het station van Bergen als eerste prioriteit bepaald van het District Zuid-oost. Rekening houdend met de budgettaire plafonds, is het momenteel niet mogelijk om de renovatie van de stations van Jurbise en van Saint-Ghislain te vervroegen.

De NMBS-Holding wenst echter te bepalen dat, hoewel niet alle kleine stations en stopplaatsen bij name vermeld zijn in het ontwerp meerjareninvesteringsplan, een jaarlijks budget voorzien werd om het onderhoud te waarborgen van alle ontvangstsites voor de reizigers en om geval per geval enkele kleine verbeteringen aan te brengen. Het budget voor het District Zuid-Oost, waarvan de stations van Mons-Borinage afhangen bedraagt in het ontwerp MIP vanaf 2015 zo’n 2 500 000 euro per jaar.