SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session extraordinaire de 2010 Buitengewone zitting 2010
________________
30 aôut 2010 30 augustus 2010
________________
Question écrite n° 5-76 Schriftelijke vraag nr. 5-76

de Bart Tommelein (Open Vld)

van Bart Tommelein (Open Vld)

au premier ministre, chargé de la Coordination de la Politique de migration et d'asile

aan de eerste minister, belast met de Coördinatie van het Migratie- en asielbeleid
________________
Afghanistan - Commission des plaintes électorales - Violation des valeurs démocratiques - Réaction de la Belgique Afghanistan - Commissie voor verkiezingsklachten - Schending van democratische waarden - Belgische reactie 
________________
Afghanistan
élection présidentielle
Afghanistan
presidentsverkiezing
________ ________
30/8/2010Verzending vraag
28/6/2011Antwoord
30/8/2010Verzending vraag
28/6/2011Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-77 Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-77
________ ________
Question n° 5-76 du 30 aôut 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-76 d.d. 30 augustus 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le président afghan Hamid Karzaï a pris de facto le contrôle de la Commission des plaintes électorales (Electoral Complaints Commission, EEC) par le biais d'un amendement à la loi électorale, lequel permet au chef de l'État de nommer les cinq membres de la commission. Jusqu'il y a peu, trois des cinq membres étaient désignés par l'United Nations Assistance Mission in Afghanistan (UNAMA), la mission des Nations unies en Afghanistan. Karzaï parle d'une soi-disant « Afghanisation » de l'EEC.

Les motifs véritables de ces décisions se trouvent ailleurs. L'EEC instruisait une centaine de milliers de plaintes relatives à des pratiques frauduleuses durant les élections présidentielles d'août 2009. Il a semblé un moment qu'un second tour serait nécessaire, mais le challenger Abdullah Abdullah s'est finalement retiré.

En prenant le contrôle de l'EEC, le président parvient non seulement à étouffer le problème, mais aussi à faire habilement obstacle à la présence d'observateurs internationaux lors des prochaines élections. Le président a ainsi les mains libres, et la démocratie est mise en péril.

Ce processus mine non seulement la légitimité du régime actuel vis-à-vis de la population afghane, mais aussi celle de la présence occidentale dans ce pays, puisque l'Occident entretient jusqu'à présent des liens étroits avec le gouvernement afghan.

Mes questions au ministre sont dès lors les suivantes:

1. Estime-t-il nécessaire de se distancier du gouvernement afghan et d'exprimer ouvertement son mécontentement si la démocratie continue à y être réellement sapée ? Dans la négative, comment légitime-t-il, dans le cadre d'une politique étrangère normative, les contacts que la Belgique entretient avec un régime de plus en plus autocratique ?

2. A-t-il l'intention de prendre des mesures supplémentaires pour promouvoir et garantir la démocratie en Afghanistan ? Si oui, lesquelles ? Si non, pourquoi ?

3. Ce processus a-t-il des conséquences pour l'assistance humanitaire et autre que la Belgique offre à l'Afghanistan ? Dans la négative, comment concilie-t-il cela avec un des piliers de la politique étrangère belge, à savoir favoriser la démocratie et la bonne gouvernance ?

4. L'attitude du président Karzaï ne mine-t-elle pas l'action de notre pays en Afghanistan ? Le ministre peut-il fournir des précisions ?

 

Via een amendement op de kieswet heeft de Afghaanse president Hamid Karzai de facto de controle overgenomen over de Commissie voor verkiezingsklachten (Electoral Complaints Commission, EEC). Hierdoor is het aan het Staatshoofd om de vijf leden van de klachtencommissie te benoemen. Tot voor kort werden drie van de vijf leden door de United Nations Assistance Mission in Afghanistan (UNAMA), de missie van de Verenigde Naties in Afghanistan, toegewezen. Karzai spreekt over een zogenaamde " Afghanisering" van de EEC.

De werkelijke motieven van deze beslissingen liggen echter elders. De EEC onderzocht immers honderdduizend klachten over frauduleuze praktijken tijdens de presidentsverkiezingen van augustus 2009. Even leek een tweede ronde verplicht, maar uitdager Abdullah Abdullah trok zich uiteindelijk terug.

Met de controle die de president in de EEC verwerft, slaagt hij er niet alleen in deze problematiek definitief in de doofpot te steken, maar verhindert hij eveneens op een handige manier de aanwezigheid van internationale waarnemers bij de eerst komende verkiezingen. Hierdoor heeft de president vrij spel en riskeert de democratie in het gedrang te komen.

Dit proces ondergraaft niet alleen de legitimiteit van het huidige regime tegenover de Afghaanse bevolking, maar ook die van de Westerse aanwezigheid in het land. Het Westen onderhoudt immers tot op heden nauwe banden met de Afghaanse regering.

Ik heb dan ook volgende vragen voor de minister:

1. Acht hij het noodzakelijk zich hiervan van te distantiëren en zijn expliciet ongenoegen te uiten ten aanzien van de Afghaanse regering als de democratie er daadwerkelijk verder wordt uitgehold? Zo neen, hoe legitimeert hij de Belgische contacten met een steeds autocratischer regime in het kader van een normatief buitenlands beleid?

2. Is hij van plan bijkomende maatregelen te treffen om de democratie in Afghanistan te bevorderen en te waarborgen? Zo ja, welke? Zo neen, waarom niet?

3. Heeft dit proces gevolgen voor de humanitaire en andere bijstand die België biedt aan Afghanistan? Zo neen, hoe verzoent hij dit met een van de pijlers van het Belgisch buitenlands beleid, namelijk het promoten van democratie en goed bestuur?

4. Ondermijnt de houding van president Karzai niet het optreden van ons land in Afghanistan? Kan hij dit uitvoerig toelichten?

 
Réponse reçue le 28 juin 2011 : Antwoord ontvangen op 28 juni 2011 :

Je renvoie à la réponse du ministre des Affaires étrangères, la question relevant de ses attributions.

Ik verwijs naar het antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken, daar de vraag tot zijn bevoegdheden behoort.