SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
18 juillet 2012 18 juli 2012
________________
Question écrite n° 5-6758 Schriftelijke vraag nr. 5-6758

de Cindy Franssen (CD&V)

van Cindy Franssen (CD&V)

à la ministre de l'Emploi

aan de minister van Werk
________________
La modification de l'arrêté royal du 12 août 1991 en vue de l'extension du congé parental du personnel de l'enseignement De wijziging van het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 met het oog op de uitbreiding van het ouderschapsverlof van het onderwijspersoneel 
________________
congé parental
enseignant
arrêté
relation État-région
allocation parentale
ouderverlof
leerkracht
besluit
verhouding land-regio
ouderschapstoelage
________ ________
18/7/2012Verzending vraag
11/12/2012Antwoord
18/7/2012Verzending vraag
11/12/2012Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2395 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2395
________ ________
Question n° 5-6758 du 18 juillet 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-6758 d.d. 18 juli 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le conseil des ministres a décidé le 23 mars 2012 de porter le congé parental de 3 à 4 mois, adaptant sa législation à la directive européenne 2010/18/UE.

De plus, il a été décidé que tous les enfants nés après le 8/3/2012 bénéficieront, pour ce quatrième mois comme pour les autres, d'une allocation de l'ONEm.

Les budgets nécessaires à cet effet ont déjà été estimés :

- 2012 : 2.216.000 euros

- 2013 : 5.545.455 euros

- 2014 : 8.890.909 euros

Bien que cette matière relève du fédéral, les autorités des communautés sont également concernées. En tant que sénateur de communauté, je prends l'exemple de la Flandre. Pour les membres du personnel de l'enseignement, la réglementation relative au congé parental est fixée par l'arrêté du 9 septembre 2011 du gouvernement flamand relatif à l'interruption de carrière des membres du personnel de l'enseignement et des centres d'encadrement des élèves. Il existe également un arrêté royal du 12 août 1991 relatif à l'octroi d'allocations d'interruption aux membres du personnel de l'enseignement et des centres psycho-médico-sociaux.

Cet arrêté fédéral fixe les principes de base régissant l'octroi d'une allocation d'interruption de l'ONEm et définit les conditions dans lesquelles une telle allocation peut être versée. Jusqu'à présent, l'autorité flamande s'est toujours efforcée d'élaborer la législation relative au congé parental en respectant le cadre fixé par l'arrêté royal fédéral du 12 août 1991.

Le 8 mars 2012, mon collègue Koen Van Den Heuvel, au parlement flamand, a posé une question au ministre flamand de l'Enseignement à ce sujet.

Le ministre flamand estimait que la législation relative au congé parental devait être élaborée en respectant le cadre fixé par l'arrêté royal fédéral du 12 août 1991. L'autorité flamande pourrait elle-même, par une modification de l'arrêté du 9 septembre 2011, porter le droit au congé parental de trois à quatre mois mais cela signifierait que le droit au congé parental ne coïnciderait plus avec la période dans laquelle les allocations d'interruption sont payées.

L'autorité flamande souhaite respecter la façon habituelle de procéder. Dès que le gouvernement fédéral adaptera l'arrêté royal, la Flandre adaptera le sien. À ce jour, l'arrêté royal du 12 août 1991 n'a pas encore été adapté en fonction du personnel enseignant.

Je souhaiterais poser les questions suivantes à la ministre de l'Emploi :

1) Où en est l'extension du congé parental, de trois à quatre mois, pour le personnel de l'enseignement ? Le ministre flamand de l'Enseignement a-t-il pris contact avec la ministre ? Quels sont les accords concrets ?

2) Dans quels délais pouvons-nous espérer une modification de l'arrêté ?

3) Comment l'arrêté tiendra-t-il compte de la date butoir du 8 mars 2012 ? Quelles initiatives sont-elles prises ?

 

De ministerraad besliste op 23 maart 2012 om het ouderschapsverlof uit te breiden van 3 naar 4 maanden, in omzetting van de Europese richtlijn 2010/18/EU.

Bovendien werd beslist om, voor alle kinderen geboren na 8/3/2012, voor deze vierde maand, net zoals voor de andere maanden, een uitkering van de RVA te voorzien.

De benodigde budgetten werden hiervoor al ingeschat:

- 2012 2.216.000 euro

- 2013 5.545.455 euro

- 2014 8.890.909 euro

Hoewel dit federale materie is, zijn ook de overheden van de Gemeenschappen betrokken partij. Als Vlaams gemeenschapssenator gebruik ik het voorbeeld van Vlaanderen. Voor de personeelsleden uit het onderwijs is de regeling met betrekking tot het ouderschapsverlof vastgelegd in het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding. Daarnaast is er het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra.

Dit federale besluit legt de basisprincipes vast waaraan voldaan moet worden om een onderbrekingsuitkering van de RVA te krijgen en bepaalt in welke omstandigheden een onderbrekingsuitkering kan worden verkregen. Tot nog toe heeft de Vlaamse overheid altijd geprobeerd de wetgeving in verband met het ouderschapsverlof uit te werken binnen de grenzen van het federale koninklijk besluit van 12 augustus 1991.

Op 8 maart 2012 stelde mijn collega in het Vlaams parlement, Koen Van Den Heuvel, een vraag aan de Vlaamse minister van Onderwijs met betrekking tot deze problematiek.

De Vlaamse minister was van oordeel de wetgeving in verband met het ouderschapsverlof uit te werken binnen de grenzen van het federale koninklijk besluit van 12 augustus 1991. De Vlaamse overheid zou via een wijziging van ons besluit van 9 september 2011 zelf het recht op ouderschapsverlof kunnen uitbreiden van drie naar vier maanden, maar dit betekent wel dat het recht op ouderschapsverlof zou afwijken van de periode waarin onderbrekingsuitkeringen worden uitbetaald.

De Vlaamse overheid wenst de vertrouwde manier van werken te respecteren. Zodra de federale regering het koninklijk besluit aanpast, zal Vlaanderen ook haar besluit aanpassen. Tot op de dag van vandaag is het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 nog niet aangepast in functie van het onderwijspersoneel.

Ik had aan de minister het volgende willen vragen:

1) Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitbreiding van het ouderschapsverlof van drie naar vier maanden voor het onderwijspersoneel? Heeft de Vlaamse minister van onderwijs hiervoor contact met u opgenomen? Wat zijn de concrete afspraken?

2) Binnen welke termijn mogen wij een wijziging aan het besluit verwachten?

3) Hoe zal het besluit rekening houden met de deadline van 8 maart 2012? Welke initiatieven worden genomen?

 
Réponse reçue le 11 décembre 2012 : Antwoord ontvangen op 11 december 2012 :

L’extension du congé parental pour le personnel enseignant de trois à quatre mois est réalisée. À cette fin, l’arrêté royal du 12 août 1991 a été modifié par l’article 2 de l’arrêté royal du 20 juillet 2012 transposant la Directive 2010/18/UE du Conseil du 8 mars 2010 portant application de l'accord-cadre révisé sur le congé parental conclu par BUSINESSEUROPE, l'UEAPME, le CEEP et la CES et abrogeant la Directive 96/34/CE, publié le 1er août 2012 au Moniteur belge et en vigueur à partir de cette date.

De uitbreiding van het ouderschapsverlof van drie naar vier maand voor het onderwijspersoneel is voltooid. Dit werd doorgevoerd door middel van een wijziging aan het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 en betreft artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 juli 2012 tot omzetting van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad van 8 maart 2010 tot uitvoering van de door BUSINESSEUROPE, UEAPME, het CEEP en het EVV gesloten herziene raamovereenkomst inzake ouderschapsverlof en tot intrekking van Richtlijn 96/34/EG, gepubliceerd op 1 augustus 2012 in het Belgisch Staatsblad en vanaf die datum inwerking.