| SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Session 2011-2012 | Zitting 2011-2012 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| 20 avril 2012 | 20 april 2012 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question écrite n° 5-6082 | Schriftelijke vraag nr. 5-6082 | ||||||||
de Bert Anciaux (sp.a) |
van Bert Anciaux (sp.a) |
||||||||
au secrétaire d'État à l'Environnement, à l'Énergie et à la Mobilité, adjoint à la ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des Chances, et secrétaire d'État aux Réformes institutionnelles, adjoint au premier ministre |
aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Avions de tourisme - Atterrissages forcés - Crashs - Causes - Victimes - Indemnisation | Sportvliegtuigen - Noodlandingen - Crashes - Oorzaken - Slachtoffers - Gevolgen - Schadevergoeding | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| avion aviation civile sécurité aérienne accident de transport |
vliegtuig burgerluchtvaart veiligheid van het luchtverkeer ongeval bij het vervoer |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question n° 5-6082 du 20 avril 2012 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 5-6082 d.d. 20 april 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||
Très régulièrement, les médias annoncent des atterrissages forcés ou crashs d'avions de tourisme. Ces accidents occasionnent des dommages non seulement matériels mais aussi humains. Voici mes questions à ce sujet. 1) Au cours de la période 2006-2011, quel a été le nombre annuel d'atterrissages forcés et de crashs d'avions de tourisme ? Comment ce chiffre a-t-il évolué ? 2) Au cours de la même période, quel a été le nombre annuel de (1) tués et de (2) blessés graves enregistré lors de ces accidents ? Parmi ces tués et blessés graves, combien ne se trouvaient-ils pas à bord de l'avion impliqué dans l'accident ? 3) Quelles sont les causes principales de ces atterrissages forcés et crashs ? 4) De quelle manière les sinistrés sont-ils indemnisés ? Tous les dommages et coûts sont-ils à charge de l'assurance de l'avion ou bien un tel accident entraîne-t-il également des frais pour la collectivité, par exemple, pour le déblaiement, etc. ? |
Met de regelmaat van een klok berichten de media van noodlandingen en crashes van sportvliegtuigen. Daarbij wordt niet alleen stoffelijke, maar ook menselijke schade veroorzaakt. Hierover de volgende vragen: 1) Hoeveel noodlandingen en crashes met sportvliegtuigen vinden er jaarlijks plaats, dit voor de periode 2006-2011? Hoe evolueert dit aantal? 2) Hoeveel (1) dodelijke en (2) zwaargewonde slachtoffers vielen daarbij jaarlijks voor de zelfde periode? Hoeveel daarvan, dodelijke en zwaargewonde, behoorden niet tot de inzittenden van het betrokken vliegtuig? 3) Welke zijn de hoofdoorzaken van deze noodlandingen en crashes? 4) Op welke wijze wordt de schade vergoed? Vallen alle schade en kosten volledig ten laste van de verzekering van het vliegtuig of kost zo'n ongeval ook aan de gemeenschap, bijvoorbeeld voor opruiming enz.? |
||||||||
| Réponse reçue le 23 mai 2012 : | Antwoord ontvangen op 23 mei 2012 : | ||||||||
1. Comme nous l’avons déjà mentionné partiellement dans notre réponse à la question réf. n° 5-1875, la Belgique a enregistré les chiffres d’accidents (“crashes/atterrissages d’urgence”) suivants : 2006 : 2 2007 : 10 2008 : 9 2009 : 14 2010 : 11 2011 : 19 Remarque : les chiffres concernent surtout des activités de travail aérien, comprenant des formations, le contrôle de pipelines et la retransmission de courses cyclistes. 2. Evolution de ces chiffres. Les chiffres restent faibles. Nombre de victimes décédées : 2006 : 1 2007 : 8 2008 : 4 2009 : 2 2010 : 9 2011 : 7Nombre annuel de blessés graves pour les mêmes périodes : 2006 : 4 2007 : 3 2008 : 2 2009 : 1 2010 : 0 2011 : 4 Il n’y a eu aucun décès ou blessé grave à déplorer, en dehors des occupants de l’aéronef. 3. Les causes principales des accidents sont indiquées dans le diagramme suivant :
4. Cette question ne peut être repondu parl les compagnies d’assurances. |
1. Zoals gedeeltelijk reeds vermeld als antwoord op de vraag ref. nr 5-1875, heeft men, in België, de volgende aantal ongevallen (“crashes/noodlandingen”) geregistreerd: 2006: 2 2007: 10 2008: 9 2009: 14 2010: 11 2011: 19 Opmerking: De cijfers gaan meestal over luchtarbeidactiviteiten, met inbegrip van opleiding, toezicht op pipelines en opvolging van wielerwedstrijden. 2.Hoe evolueert dit aantal? De cijfers blijven beperkt (klein) Hoeveel (1) dodelijke 2006: 1 2007: 8 2008: 4 2009: 2 2010: 9 2011: 7en (2) zwaargewonde slachtoffers vielen daarbij, jaarlijks voor de zelfde periode? 2006: 4 2007: 3 2008: 2 2009: 1 2010: 0 2011: 4 Er vielen buiten de inzittenden van het betrokken vliegtuig geen dodelijke of zwaargewonde slachtoffers. 3. Typisch gaat het over de volgende:
4.Deze vraag kan slechts door verzekeringsmaatschappijen beantwoord worden. |