SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
29 février 2012 29 februari 2012
________________
Question écrite n° 5-5738 Schriftelijke vraag nr. 5-5738

de Inge Faes (N-VA)

van Inge Faes (N-VA)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Fraude aux C4 - Réseau de fraudeurs - Enquête C4-fraude - Fraudenetwerk - Onderzoek 
________________
assurance chômage
fraude
délit économique
criminalité organisée
enquête judiciaire
poursuite judiciaire
werkloosheidsverzekering
fraude
economisch delict
georganiseerde misdaad
gerechtelijk onderzoek
gerechtelijke vervolging
________ ________
29/2/2012Verzending vraag
4/12/2012Rappel
25/11/2013Herkwalificatie
28/1/2014Antwoord
29/2/2012Verzending vraag
4/12/2012Rappel
25/11/2013Herkwalificatie
28/1/2014Antwoord
________ ________
Requalifiée en : demande d'explications 5-4303 Requalifiée en : demande d'explications 5-4303
________ ________
Question n° 5-5738 du 29 février 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-5738 d.d. 29 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En février l'auditeur du travail de Gand a traduit au pénal 157 personnes dans le cadre de l'action nationale contre ce que l'on nomme la fraude aux C4. Ce réseau de fraude a été découvert il y a environ quatre ans à Bruxelles et serait la plus importante escroquerie de l'histoire de la Sécurité sociale.

Qu'à Gand, 157 personnes soient poursuivies au pénal est une bonne chose. La branche gantoise de ce réseau de fraudeurs serait toutefois considérée comme assez limitée. Deux cent et cinq utilisateurs ont été identifiés dont in fine seuls 152 doivent comparaître devant le juge pénal.

Aux fins de connaître l'état de l'enquête sur le réseau de fraudeurs dans l'ensemble du pays, j'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) Avez-vous une idée du nombre total d'utilisateurs de ce gigantesque réseau de fraude qui ont été identifiés, et de sa répartition par arrondissement judiciaire ?

2) Où en est l'enquête des auditeurs du travail dans les différents arrondissements judiciaires ?

3) Combien des personnes impliquées dans ce dossier sont-elles effectivement traduites en correctionnelle et ce, dans chacun des arrondissements judiciaires ?

4) Dans tous ces cas, attend-on pour la récupération des prestations sociales indument payées qu'il y ait un jugement ou un arrêt définitif ?

5) Le cas échéant, le juge fixera-t-il d'office le montant à rembourser aux différentes institutions (coopérantes) de Sécurité sociale ?

6) Combien de cas dans ce dossier ont-ils déjà été classés sans suite et ce, dans chacun des arrondissements judiciaires ?

7) Combien y a -t-il eu entre-temps de cas d'abandon des poursuites contre paiement d'une somme d'argent, par arrondissement judiciaire ?

8) Les utilisateurs de ce réseau de fraudeurs ont-ils été entendus par les divers services d'inspection concernés dans chaque arrondissement judiciaire ou ont-ils au moins eu l'occasion d'être entendus ?

 

In februari sleepte de Gentse arbeidsauditeur 157 mensen voor de strafrechtbank in het kader van de nationale actie tegen de zogenaamde C4-fraude. Deze fraudezaak kwam ongeveer vier jaar geleden in Brussel aan het licht en zou de grootste oplichting in de geschiedenis van de Sociale Zekerheid zijn.

Dat er in Gent 157 mensen voor de strafrechtbank moeten verschijnen is een goede zaak. De Gentse vertakking van dit fraudenetwerk zou echter vrij beperkt worden genoemd. Er werden 205 gebruikers geïdentificeerd waarvan er uiteindelijk 152 voor de strafrechter moeten verschijnen.

Om de stand van zaken in het onderzoek naar dit fraudenetwerk in heel het land te weten te komen had ik dan ook graag een antwoord op volgende vragen.

1) Hebt u een zicht op het totale aantal gebruikers van dit reusachtige fraudenetwerk die geïdentificeerd werden, dit onderverdeeld per gerechtelijk arrondissement?

2) Hoever staan de arbeidsauditeurs in de verschillende gerechtelijke arrondissementen met hun onderzoek naar deze zaak?

3) Hoeveel van de personen die betrokken zijn in deze zaak, worden effectief gedagvaard voor de correctionele rechtbank, dit onderverdeeld per gerechtelijk arrondissement ?

4) Wordt er in al deze gevallen gewacht met de terugvordering van de ten onrechte betaalde sociale prestaties tot er een definitief strafrechtelijk vonnis/arrest is?

5) Zal de strafrechter in voorkomend geval ook ambtshalve oordelen over het bedrag dat betrokkenen dienen terug te betalen aan de respectievelijke (meewerkende) instellingen van Sociale Zekerheid?

6) Hoeveel gevallen werden er in deze zaak ondertussen al geseponeerd, dit onderverdeeld per gerechtelijk arrondissement?

7) Hoeveel gevallen van verval van de strafvordering tegen betaling van een geldsom zijn er ondertussen per gerechtelijk arrondissement?

8) Zijn in alle gerechtelijke arrondissementen de gebruikers van dit fraudenetwerk verhoord door de diverse betrokken inspectiediensten of hebben ze minstens de mogelijkheid gekregen om te worden gehoord?

 
Réponse reçue le 28 janvier 2014 : Antwoord ontvangen op 28 januari 2014 :

Trois dossiers sont en cours en Belgique en matière de fraude au C4.

Concernant le dossier en cours à Gand, il peut être souligné que faisant droit aux réquisitions de l'auditorat du travail de Gand, la chambre du conseil du tribunal de première instance a décidé le 7 février 2013 de renvoyer devant le tribunal correctionnel 337 personnes qui sont inscrites de manière fictive et que 253 d'entre elles ont fait appel (ce dossier sera plaidé devant la cour d'appel de Gand le 15 mai 2014).

A Anvers, une information judiciaire a été ouverte dans la mesure où les services d’inspection de l'Office National de Sécurité Sociale suspectaient des inscriptions fictives de 'travailleurs' dans diverses entreprises de la région anversoise (outre Bruxelles, Gand et la Wallonie).

Dans le dossier d'Anvers, l'information touche à sa fin.

L'enquête approfondie n'a pas apporté les résultats escomptés dans ce volumineux dossier. Nous disposons de trop peu d'éléments qui justifient des poursuites correctionnelles contre les responsables étant donné que ceux-ci n'ont pas pu être identifiés.

À Bruxelles, il peut être souligné que faisant droit aux réquisitions de l'auditorat du travail de Bruxelles, la chambre du conseil du tribunal de première instance a décidé le 19 décembre 2013 de renvoyer 15 personnes devant le tribunal correctionnel dans le cadre d'un dossier connu sous le nom de « Cachalot ».

À supposer les faits établis, ce dossier concerne l'une des plus graves fraudes jamais commises en Belgique.

La fraude est en effet à l'origine de 2996 assujettissements frauduleux à la sécurité sociale.

De très nombreuses personnes ont ainsi obtenu une couverture sociale sans jamais avoir travaillé.

De nombreux secteurs de la sécurité sociale sont concernés : chômage, assurance-maladie invalidité, allocations familiales, vacances annuelles, etc.

Rien qu'à l'Office national de l’emploi, le préjudice dépasse 10 000 000,00 euros.

Il appartiendra aux institutions de sécurité sociale concernées de réclamer, devant le tribunal correctionnel, la réparation des divers préjudices subis.

Certaines institutions ont déjà fait le nécessaire pour se constituer parties civiles devant le juge d'instruction.

Parallèlement à fa procédure pénale, les institutions de sécurité sociale concernées ont pris des décisions administratives visant à récupérer les montants indus auprès des personnes ayant perçu des allocations.

A ce stade, il est impossible de donner une évaluation des montants qui pourront, in fine, être récupérés.

À notre connaissance, les services d'inspection de l'ONEm et les bureaux de chômage ont immédiatement fait le nécessaire en vue du recouvrement des allocations payées indûment.

Dans la mesure où les décisions administratives en question n'ont fait l'objet d'aucun recours de la part des intéressés, ces décisions de remboursement sont devenues définitives et exécutoires.

L'ordonnance d'audition des travailleurs a été répartie entre les 4 services d'inspection que sont l'ONEm, l'Inspection sociale, le Contrôle des lois sociales et l'ONSS, toujours sur la base du questionnaire du ministère public.

Er zijn drie lopende dossiers in België die C4 fraude betreffen.

Over het dossier in Gent kan er worden onderstreept dat, gevolg gevend aan de vorderingen van het arbeidsauditoraat te Gent, de raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg op 7 februari 2013 heeft beslist om 337 personen, die fictief ingeschreven zijn, naar de correctionele rechtbank te verwijzen. 253 personen hebben een beroep ingesteld (dit dossier zal gepleit worden op 15 mei 2014 voor het hof van beroep te Gent).

In Antwerpen, werd een vooronderzoek gestart naar aanleiding van het vermoeden van de inspectiediensten, van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, van fictieve inschrijvingen van ‘werknemers’ in diverse bedrijven in het Antwerpse (naast Brussel, Gent en Wallonië).

Het dossier in Antwerpen bevindt zich in de eindfase van het vooronderzoek.

Het grondige onderzoek heeft in dit lijvige dossier niet de verwachte resultaten opgeleverd. Er zijn onvoldoende elementen voorhanden die een correctionele vervolging tegen de verantwoordelijken rechtvaardigen aangezien deze laatsten niet konden worden opgespoord.

In Brussel kan er worden onderstreept dat, gevolg gevend aan de vorderingen van het arbeidsauditoraat te Brussel, de raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg op 19 december 2013 heeft beslist om 15 personen naar de correctionele rechtbank te verwijzen in het kader van het zogenoemde "Cachalot"-dossier.

In de veronderstelling dat de feiten bewezen zijn, heeft dit dossier betrekking op een van de ergste fraudezaken ooit in België.

De fraude ligt immers aan de oorsprong van 2996 bedrieglijke onderwerpingen aan de sociale zekerheid.

Tal van personen hebben op deze wijze sociale zekerheid genoten zonder ooit te hebben gewerkt.

Tal van sectoren van de sociale zekerheid zijn erbij betrokken: werkloosheid, ziekte- en invaliditeitsverzekering, kinderbijslag, jaarlijkse vakantie, enz.

Alleen al bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening bedraagt de schade meer dan 10 000 000,00 euro.

Het is aan de betrokken instellingen van de sociale zekerheid om voor de correctionele rechtbank de vergoeding van de uiteenlopende geleden schade te eisen.

Bepaalde instellingen hebben reeds het noodzakelijke gedaan om zich burgerlijke partij te stellen voor de onderzoeksrechter.

Naast de strafprocedure hebben de betrokken instellingen van de sociale zekerheid administratieve beslissingen genomen teneinde de niet-verschuldigde bedragen te recupereren bij personen die uitkeringen hebben ontvangen.

Het is thans onmogelijk om te schatten welke bedragen in fine zullen kunnen worden gerecupereerd.

Voor zover bekend, hebben de RVA inspectiediensten en de werkloosheidsbureaus onmiddellijk het nodige gedaan tot invordering van de ten onrechte uitbetaalde uitkeringen.

In zover tegen deze administratieve beslissingen geen beroep werd aangetekend door de betrokkene, zijn deze beslissingen tot terugvordering definitief en uitvoerbaar geworden.

De opdracht tot verhoor van de werknemers werd onderverdeeld over de 4 verschillende inspectiediensten, RVA, Sociale Inspectie, Toezicht Sociale Wetten en RSZ telkens aan de hand van de vragenlijst van het openbare ministerie.