SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
16 décembre 2010 16 december 2010
________________
Question écrite n° 5-572 Schriftelijke vraag nr. 5-572

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Prisons - Détenus - Mise au travail - Réinsertion dans la société Gevangenissen - Gedetineerden - Tewerkstelling - Re-integratie in de maatschappij 
________________
établissement pénitentiaire
détenu
réinsertion sociale
travail du détenu
strafgevangenis
gedetineerde
reclassering
gedetineerdenwerk
________ ________
16/12/2010Verzending vraag
1/2/2011Herkwalificatie
16/12/2010Verzending vraag
1/2/2011Herkwalificatie
________ ________
Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-410 Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-410
________ ________
Question n° 5-572 du 16 décembre 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-572 d.d. 16 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Tout comme une très large majorité de chercheurs, je reste intimement persuadé qu'avec l'approche actuelle, les détenus libérés ne sont pas des personnes amendées lorsqu'ils quittent la prison. C'est plutôt le contraire. Une politique carcérale éthique mais aussi adéquate doit viser à préparer le détenu à une réinsertion réussie dans la société. La durée de l'incarcération en offre de multiples occasions, parmi lesquelles les programmes de mise au travail qui sont bien connus et prometteurs.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes.

1) Combien de détenus travaillent-ils actuellement en prison ? Quel était leur nombre dans les années 2007, 2008 et 2009 ? Quelle est la proportion de détenus qui travaillent dans la population carcérale totale ?

2) Quel type de travail propose-t-on à ces détenus ? Existe-t-il également des formes de travail spécialisé ? Le ministre peut-il me fournir une liste précise des différentes activités et métiers qu'exercent les détenus actuellement ?

3) Quelle est l'attitude des détenus vis-à-vis du travail ? Peut-on contraindre des détenus à travailler ? Le travail est-il un droit pour les détenus ? Chaque détenu peut-il recevoir du travail s'il le souhaite (sauf à titre de sanction disciplinaire) ?

4) De quels autres droits du travail les détenus bénéficient-ils ? Reçoivent-ils un contrat ? Qu'en est-il, par exemple, du droit de licenciement ? Ces détenus ont-ils le droit de grève ?

5) Quel sont les salaires brut et net moyens octroyés et selon quelles directives sont-ils payés ? Observe-t-on des différences selon le métier, la prison ou la formation du détenu ?

6) Quel est le nombre minimal/maximal d'heures de travail par semaine ? Le détenu peut-il (en partie) fixer lui-même ce nombre ?

7) Les détenus peuvent-ils également être employés par des entrepreneurs privés ? De quels employeurs s'agit-il ? Comment le recours à cette main-d'œuvre est-il conciliable avec, par exemple, les règles sur la concurrence déloyale ?

8) Des détenus travaillent-ils également en dehors des murs de la prison ? De combien de personnes s'agit-il et quelles conditions doivent-elles remplir pour être autorisées à effectuer ce travail ? De quel type de travail s'agit-il ?

9) Quelle est l'ampleur du budget total affecté à la mise au travail de détenus ? Existe-t-il un effet retour (partiel) ?

10) Les projets de mise au travail sont-ils évalués quant à leur effet sur la réinsertion des détenus dans la société ? Le département de la Justice a-t-il déjà étudié cet impact ? Si oui, quels sont les résultats de cette analyse ? Si non, existe-t-il des projets à ce sujet ?

 

Samen met zowat alle onderzoekers blijf ik er rotsvast van overtuigd dat gedetineerden bij de huidige aanpak bij hun vrijlating de gevangenissen niet als betere mensen verlaten. Het tegendeel blijkt eerder waar te zijn. Een ethisch, maar ook adequaat detentiebeleid moet erop gericht zijn de gevangenen voor te bereiden op een succesvolle herintrede in de samenleving. De gevangenistijd biedt daarvoor vele kansen, waarbij onder andere de tewerkstellingsprogramma's bekend en hoopvol zijn.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoeveel gedetineerden werken momenteel in de gevangenissen? Hoeveel waren er dat in de jaren 2007, 2008 en 2009? Hoe groot is het aandeel van werkende gedetineerden op de gehele gevangenispopulatie?

2) Welk soort werk wordt deze gedetineerden aangeboden? Bestaan er ook vormen van gespecialiseerde arbeid? Kan de minister mij een overzichtelijke lijst bezorgen van de verschillende activiteiten en ambachten die gedetineerden momenteel uitoefenen?

3) Hoe verhouden gedetineerden zich tot arbeid? Kan men gedetineerden verplichten tot werk? Is werk voor gedetineerden een recht? Kan elke gedetineerde werk krijgen indien hij dat wenst (tenzij bij wijze van tuchtsanctie)?

4) Welke andere arbeidsrechten genieten de gedetineerden? Krijgen zij een contract? Wat bijvoorbeeld met het ontslagrecht? Hebben deze gevangenen het recht om te staken?

5) Welke bruto- en nettolonen worden gemiddeld betaald en volgens welke richtlijnen? Zijn hier verschillen merkbaar naargelang de ambacht, de gevangenis of de opleiding van de gevangene?

6) Wat is het minimum / maximum aantal werkuren per week? Kan de gedetineerde dit zelf (mee)bepalen?

7) Kunnen gevangenen ook worden tewerkgesteld door private ondernemers? Over welke werkgevers gaat het hier? Hoe valt dit te rijmen met bijvoorbeeld de regels inzake concurrentievervalsing?

8) Werken er ook gevangenen buiten de gevangenismuren? Over hoeveel personen gaat het hier en wat zijn de voorwaarden om dit werk te mogen doen? Over welk soort werk gaat het hier?

9) Hoe groot is het totale budget voor de tewerkstelling van gedetineerden? Is er een (gedeeltelijk) terugverdieneffect?

10) Worden de tewerkstellingsprojecten geëvalueerd op hun effect met betrekking tot de re-integratie van de gedetineerden in de maatschappij? Heeft het departement Justitie dit al onderzocht? Zo ja, met welke resultaten? Zo neen, zijn er daar plannen voor?