SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
10 février 2012 10 februari 2012
________________
Question écrite n° 5-5598 Schriftelijke vraag nr. 5-5598

de Richard Miller (MR)

van Richard Miller (MR)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
La situation des détenus psychiatriques De situatie van geestesgestoorde gedetineerden 
________________
maladie mentale
détenu
défense sociale
internement psychiatrique
droits du malade
Cour européenne des droits de l'homme
établissement psychiatrique
geestesziekte
gedetineerde
sociaal verweer
opname in psychiatrische kliniek
rechten van de zieke
Europees Hof voor de rechten van de mens
psychiatrische inrichting
________ ________
10/2/2012Verzending vraag
29/3/2012Antwoord
10/2/2012Verzending vraag
29/3/2012Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-1774 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-1774
________ ________
Question n° 5-5598 du 10 février 2012 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-5598 d.d. 10 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

Le 6 décembre 2011, la Cour européenne des droits de l'homme a estimé que la Belgique est responsable du suicide de M. Tom De Clippel intervenu en août 2001 à la prison de Gand. Ce jeune-homme , âgé alors de vingt-huit ans, souffrait d'une maladie mentale. Malgré cela il avait été détenu dans une prison ordinaire, alors qu'il aurait dû recevoir un traitement psychiatrique. Selon M. le conseiller à la Cour d'appel de Gand, et qui préside la Commission gantoise de défense sociale, l'arrêt de la Cour européenne confirme la situation observée depuis plusieurs années, sur le terrain, à savoir que les détenus psychiatriques aboutissent fréquemment dans les prisons ordinaires.

Selon l'avocat des parents, cette première condamnation de la Belgique constitue un précédent pour les quelque quatre mille détenus psychiatriques que compte la Belgique, dont un millier séjournent en prison sans recevoir, un traitement approprié.

Quelle est votre analyse de cette situation ? L'État belge fera-t-il appel de la décision de la Cour européenne ? Confirmez-vous les éléments d'information publiés dans le Courrier International du 15 décembre 2011, dans un article rendant compte à la fois du suicide intervenu, et de la décision y relative de la Cour européenne ? Comment mieux assurer les droits de ces détenus psychiatriques ? Qu'est-ce qui est prévu en termes d'augmentation du nombre de places ad hoc ?

 

Op 6 december 2011 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens geoordeeld dat België verantwoordelijk is voor de zelfmoord van de heer Tom De Clippel in de gevangenis van Gent in augustus 2001. Die jonge man, achtentwintig jaar oud, vertoonde mentale stoornissen. Hij werd in een gewone gevangenis opgesloten, hoewel hij een psychiatrische behandeling nodig had. Volgens de raadsheer in het hof van Beroep van Gent, voorzitter van de Commissie voor sociaal verweer van Gent, bevestigt het arrest van het Europees Hof een situatie die al verschillende jaren waargenomen is op het terrein, namelijk dat gedetineerden met mentale stoornissen vaak in gewone gevangenissen terechtkomen.

Volgens de advocaat van de ouders, vormt deze eerste veroordeling van België een precedent voor de ongeveer vierduizend geestesgestoorde gedetineerden in België, van wie er ongeveer duizend zonder enige aangepaste behandeling in de gevangenis verblijven.

Wat is uw analyse van deze situatie? Zal de Belgische Staat beroep aantekenen tegen de beslissing van het Europees Hof? Bevestigt u de informatie in de Courrier International van 15 december 2011, in een artikel over de zelfmoord en de beslissing erover van het Europees Hof? Hoe kunnen de rechten van deze patiëntengroep beter worden gewaarborgd? Welke maatregelen zijn genomen om het aantal ad-hocplaatsen te verhogen?

 
Réponse reçue le 29 mars 2012 : Antwoord ontvangen op 29 maart 2012 :

Dans son arrêt de chambre, rendu le 6 décembre 2011 dans l’affaire De Donder et De Clippel c. Belgique, la Cour européenne des droits de l’homme a conclu qu’il y a eu violation de l’article 2 de la Convention concernant la mort de Tom De Clippel, mais qu'il n'y a pas eu de violation concernant l'effectivité de l'enquête. La Cour a également conclu à la violation de l’article 5 paragraphe 1 (droit à la liberté et à la sûreté) de la Convention.

Comme indiqué, la Belgique dispose de trois mois pour décider si une demande d'examen par la Grande Chambre est souhaitable ou non. Il ne s'agit pas d'un appel au sens strict, la procédure devant la Grande Chambre étant seulement possible concernant d’éventuelles difficultés qu’un arrêt pose sur des points de droit.

J'ai décidé qu'il n'est pas opportun de demander un renvoi devant la Grande Chambre. Ceci signifie qu'il faut procéder à l'exécution de l'arrêt, conformément aux procédures habituelles et sous le contrôle du Comité des ministres du Conseil de l'Europe.

Je rappellerai enfin que le Masterplan approuvé par le gouvernement précédent vise entre autres à augmenter la capacité d’hébergement pour les internés. Il prévoit ainsi la construction de 2 centres de psychiatrie légale (CPL), l’un à Gand et l’autre à Anvers, offrant respectivement 272 et 180 places. Les travaux de construction du CPL de Gand ont démarré en octobre 2011 et la fin des travaux est prévue pour 2013. Quant au CPL d’Anvers, il fait actuellement l’objet d’une demande de permis de bâtir et la fin des travaux est prévue pour 2014.

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft in zijn kamerarrest, gewezen op 6 december 2011 in de zaak De Donder en De Clippel v. België, besloten tot een schending van artikel 2 van het Verdrag met betrekking tot de dood van Tom De Clippel, maar niet tot een schending met betrekking tot de doeltreffendheid van het onderzoek. Het Hof besloot ook tot een schending van artikel 5, paragraaf 1, van het Verdrag (recht op vrijheid en veiligheid).

Zoals aangegeven dient België binnen de drie maanden te beslissen of een verzoek tot behandeling door de Grote Kamer wenselijk is of niet. Het gaat niet om een beroep in de strikte zin, aangezien de procedure voor de Grote Kamer enkel mogelijk is voor eventuele problemen die een arrest oplevert met betrekking tot rechtspunten.

Ik heb besloten dat het niet opportuun is een verwijzing naar de Grote Kamer te vragen. Dit betekent dat er, conform de gebruikelijke procedures en onder toezicht van het Comité van ministers van de Raad van Europa, zal worden overgegaan tot de tenuitvoerlegging van het arrest.

Tot slot wil ik er nog op wijzen dat het Masterplan dat is goedgekeurd door de vorige regering onder andere een verhoging van de opvangcapaciteit van de geïnterneerden nastreeft. Het voorziet in de bouw van 2 forensisch psychiatrische centra (FPC), een in Gent en een in Antwerpen, die respectievelijk 272 en 180 plaatsen bieden. De bouwwerken van het FPC in Gent zijn in oktober 2011 gestart en het einde van de werken is gepland voor 2013. De bouwvergunning voor het FPC in Antwerpen wordt thans aangevraagd en het einde van de werken is voorzien voor 2014.