SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-5042 Schriftelijke vraag nr. 5-5042

de Bart Tommelein (Open Vld)

van Bart Tommelein (Open Vld)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Loi du 19 décembre 2002 portant extension des possibilités de saisie et de confiscation en matière pénale - Données chiffrées Wet van 19 december 2002 tot uitbreiding van de mogelijkheden tot inbeslagneming en verbeurdverklaring in strafzaken - Cijfergegevens 
________________
confiscation de biens
action en matière pénale
saisie de biens
droit pénal
verbeurdverklaring van goederen
strafrechtelijke procedure
beslag op bezittingen
strafrecht
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
3/1/2013Dossier gesloten
28/12/2011Verzending vraag
3/1/2013Dossier gesloten
________ ________
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-646 Herindiening van : schriftelijke vraag 5-646
________ ________
Question n° 5-5042 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-5042 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Avec la loi du 19 décembre 2002 portant extension des possibilités de saisie et de confiscation en matière pénale, le législateur a introduit la confiscation élargie. Elle porte non seulement sur les avantages patrimoniaux directement liés au crime, mais aussi sur les avantages patrimoniaux présumés provenant d'autres délits que ceux qui ont été déclarés prouvés et pour lesquels on a été condamné.

Cette confiscation porte donc sur d'autres avantages patrimoniaux pour lesquels il existe des indices que ceux-ci proviennent du même délit ou de faits identiques commis dans les cinq ans précédant l'inculpation jusqu'à la date du prononcé.

Cette confiscation élargie des avantages patrimoniaux peut uniquement être prononcée à l'égard des personnes reconnues coupables des délits suivants :

- corruption publique/privée (trafic de drogue, traite des êtres humains, administration d'hormones à des animaux (article 43quater, § 1er (a) du Code pénal) ;

- une série d'infractions commises dans le cadre d'une organisation criminelle (corruption de la jeunesse, prostitution, vol qualifié, meurtre ayant le vol pour mobile, trafic d'armes...) (article 43quater, § 1er (b) du Code pénal) ;

- infractions commises dans le cadre d'une fraude fiscale grave et organisée (carrousels à la TVA, ...) (article 43quater, § 1er (c) du Code pénal).

La charge de la preuve en cas de confiscation élargie est répartie dans notre pays entre le parquet et le condamné.

Le parquet doit uniquement apporter la preuve d'indices concrets et sérieux établissant que les avantages patrimoniaux ont une origine criminelle. Si le condamné veut, une fois les indices prouvés, échapper à cette sanction, il doit crédibiliser le fait que l'accroissement de son patrimoine ne trouve pas son origine dans des faits pour lesquels il a été condamné ou dans des faits identiques. Le condamné doit donc prouver l'origine légale de ses biens (prouver le contraire).

Aux Pays-Bas, certains veulent durcir la réglementation en renversant intégralement la charge de la preuve pour tous les délits. En outre, la charge de la preuve incomberait intégralement à chaque condamné qui devrait légitimer l'ensemble de son patrimoine.

J'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes.

1) Le ministre peut-il me communiquer le montant total des confiscations définitives sous le régime normal ou classique, et ce respectivement pour les années 2008, 2009 et 2010 ? Peut-il commenter ces montants ?

2) Le ministre peut-il me communiquer le montant total des confiscations définitives sous le régime de la confiscation des avantages patrimoniaux ou de la privation d'un avantage, et ce respectivement pour les années 2008, 2009 et 20100 ? Peut-il commenter ces montants ?

3) Le ministre peut-il me communiquer le montant total des confiscations définitives sous le régime de la confiscation élargie des avantages (loi précitée du 19 décembre 2002, art. 43quater du Code pénal), et ce respectivement pour les années 2008, 2009 et 2010 ? Peut-il commenter ces montants ?

4) Le ministre peut -il me communiquer le montant total de toutes les saisies (confiscation classique, privation d'un avantage et confiscation élargie), et ce respectivement pour les années 2008, 2007 et 2010 ? Peut-il commenter ces montants ?

5) Le ministre peut-il préciser comment il évalue la loi du 19 décembre 2002, art. 43quater du Code pénal, tant en ce qui concerne l'effet concret sur les organisations criminelles visées que l'efficacité de la confiscation élargie à l'égard des criminels ?

 

Sinds de wet van 19 december 2002 tot uitbreiding van de mogelijkheden tot inbeslagneming en verbeurdverklaring in strafzaken, de zogenaamde 'kaalplukwet', heeft de wetgever een verruimde verbeurdverklaring ingevoerd. Deze slaat niet alleen op de vermogensvoordelen in rechtstreeks verband met het misdrijf, maar ook op vermoedelijke vermogensvoordelen verworven uit andere misdrijven dan deze die bewezen verklaard werden en waarvoor men werd veroordeeld.

Deze verbeurdverklaring slaat dus op andere vermogensvoordelen waarbij aanwijzingen bestaan dat deze voortspruiten uit hetzelfde misdrijf, hetzij uit identieke feiten gepleegd in de periode van vijf jaar voorafgaand aan de inverdenkingstelling tot aan de datum van de uitspraak.

Deze verruimde confiscatie van vermogensvoordelen kan enkel uitgesproken worden ten aanzien van personen die schuldig bevonden werden aan:

- publieke/private omkoping (drughandel, mensenhandel, toedienen van hormonen aan dieren (art. 43quater, § 1 (a) Strafwetboek));

- een aantal strafbare feiten gepleegd in het kader van een criminele organisatie (jeugdbederf, prostitutie, zware diefstal, roofmoord, wapenhandel…) (art. 43quater, § 1 (b) Strafwetboek);

- strafbare feiten gepleegd in het kader van ernstige en georganiseerde fiscale fraude (btw-carrousels,…) (art. 43quater, § 1 (c) Strafwetboek).

De bewijslast bij de verruimde verbeurdverklaring, zijnde de zogenaamde "kaalplukwet" is in ons land verdeeld tussen het parket en de veroordeelde.

Het parket moet enkel het bewijs leveren van concrete en ernstige aanwijzingen die aantonen dat de vermogensvoordelen een criminele oorsprong hebben. Wil de veroordeelde na dit geleverde bewijs van aanwijzingen de dans ontsnappen dan moet hij geloofwaardig maken dat de aangroei van zijn vermogen niet afkomstig is van feiten waarvoor hij werd veroordeeld noch afkomstig van identieke feiten. De veroordeelde moet dus de legale oorsprong van zijn goederen aantonen (het tegendeel bewijzen).

In Nederland gaan er stemmen op om tot een nog strengere regeling te komen waarbij voor alle misdrijven de bewijslast volledig wordt omgekeerd. Bovendien zou de bewijslast volledig rusten bij elke veroordeelde die zijn integraal vermogen dient te legitimeren.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Kan de minister aangeven hoeveel het totaalbedrag is van de zaken die definitief verbeurd werden verklaard onder de gewone of klassieke verbeurdverklaring en dit respectievelijk voor 2008, 2009 en 2010? Kan hij deze bedragen duiden?

2) Kan hij aangeven hoeveel het totaalbedrag is van de zaken die definitief verbeurd werden verklaard onder de verbeurdverklaring van de vermogensvoordelen of voordeelsontneming en dit respectievelijk voor 2008, 2009 en 2010? Kan hij deze bedragen duiden?

3) Kan hij aangeven hoeveel het totaalbedrag is van de zaken die definitief verbeurd werden verklaard onder de verruimde voordeelsontneming (bovenvermelde wet van 19 december 2002, art. 43quater, Strafwetboek) en dit respectievelijk voor 2008, 2009 en 2010? Kan hij deze bedragen duiden?

4) Kan hij aangeven hoeveel het totaalbedrag is van alle inbeslagnames (gewone, voordeelsontneming en 'kaalplukwet') voor respectievelijk 2008, 2009 en 2010? Kan hij deze cijfers bespreken?

5) Kan hij aangeven hoe hij de wet van 19 december 2002, art. 43quater, Strafwetboek, evalueert en dit zowel wat betreft het effect op het terrein bij de desbetreffende criminele organisaties als wat betreft de efficiëntie en effectiviteit om criminelen "kaal te plukken"?