SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-4083 Schriftelijke vraag nr. 5-4083

de Inge Faes (N-VA)

van Inge Faes (N-VA)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Prisons - Corruption d'un gardien - Nombre de cas - Contrôle et sanctions Gevangenissen - Omkopen van een cipier - Aantal voorvallen - Controle en sancties 
________________
établissement pénitentiaire
personnel pénitentiaire
statistique officielle
corruption
strafgevangenis
gevangenispersoneel
officiële statistiek
corruptie
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
18/6/2013Antwoord
28/12/2011Verzending vraag
18/6/2013Antwoord
________ ________
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-1704 Herindiening van : schriftelijke vraag 5-1704
________ ________
Question n° 5-4083 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-4083 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Au cours du procès d'assises sur le meurtre pour faciliter le vol sur l'agent de police Kitty Van Nieuwenhuysen, un suspect a avoué qu'un codétenu a corrompu un gardien de la prison de Forest pour le libérer. Ce suspect a été interpelé le 20 janvier 2008 pour le meurtre de Kitty Van Nieuwenhuysen. Son arrestation a été confirmée de manière régulière par la chambre du conseil et la chambre des mises en accusation.

Fin novembre 2008, la chambre du conseil a à nouveau prolongé sa détention. Iasir, écroué à la prison de Forest, a alors indiqué qu'il désirait faire appel. Cette requête n'a jamais été transmise au greffe et le suspect risquait donc d'être libéré le 13 décembre 2008. Le ministre de la Justice de l'époque, Johan Vandeurzen, a empêché sa libération et l'intéressé a été arrêté pour l'agression d'un agent de change à Roux début novembre 2007.

Par la suite, un gardien a avoué avoir été corrompu pour causer une faute de procédure. Le suspect a, jusqu'à présent, nié toute implication dans cette corruption, mais a récemment reconnu être au courant. « Un codétenu voulait me rendre service après lui avoir dit que j'avais été arrêté à tort pour le meurtre de cette policière », le suspect a-t-il expliqué.

Le fait qu'un suspect dans une affaire telle que celle de Kitty Van Nieuwenhuysen risquait d'être relâché en raison de vices de procédure est déjà révoltant en soi. La complicité d'un gardien aggrave d'autant plus la situation. Pour pouvoir examiner cette affaire, je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1. Tant sur le plan juridique que disciplinaire, quelles procédures sont-elles possibles et utilisées dans ce cas ? Le gardien en question travaille-t-il encore dans une prison ?

2. Un organe de contrôle interne contrôle-t-il le personnel pénitentiaire ? Ce contrôle est-il organisé au niveau national ou par établissement ?

3. Dispose-t-on de statistiques en matière de corruption de gardiens ? Dans l'affirmative, le ministre peut-il me les fournir ? Je souhaiterais obtenir ces données par prison depuis 2005.

 

Een verdachte in het assisenproces over de roofmoord op agente Kitty Van Nieuwenhuysen, heeft bekend dat een medegedetineerde een cipier van de gevangenis in Vorst omkocht om hem vrij te krijgen. Deze verdachte werd op 20 januari 2008 aangehouden voor de roofmoord op agente Kitty Van Nieuwenhuysen en zag zijn aanhouding regelmatig bevestigd door de raadkamer en de kamer van inbeschuldigingstelling (KI).

Eind november 2008 verlengde de raadkamer zijn aanhouding opnieuw, waarop Iasir in de gevangenis van Vorst aangaf in beroep te willen gaan. Dat beroep werd nooit doorgegeven aan de griffie, waardoor de verdachte op 13 december 2008 dreigde vrij te komen. Toenmalig minister van Justitie Johan Vandeurzen hield zijn vrijlating tegen en enkele dagen later werd de man aangehouden voor de overval op een wisselagent in Roux, begin november 2007.

Later bekende een cipier dat hij omgekocht was om de procedurefout te veroorzaken. De betrokkene ontkende tot nu toe elke betrokkenheid bij die omkoping maar gaf recentelijk toe dat hij ervan wist. "Een medegedetineerde wilde mij een dienst bewijzen nadat ik hem gezegd had dat ik ten onrechte in de cel zat voor de dood van die agente.", aldus de verdachte.

Het feit dat een verdachte in een zaak als die van Kitty Van Nieuwenhuysen op procedurefouten dreigde vrij te komen is in se al hemeltergend. Dat een cipier hieraan meewerkte maakt het alleen maar erger. Om deze zaak te kunnen onderzoeken had ik graag een antwoord gehad op volgende vragen:

1. Welke procedures, zowel juridisch als volgens het tuchtreglement voor cipiers, zijn er mogelijk in dit geval en welke worden er in dit geval gebruikt? Werkt de cipier in kwestie nog in een gevangenis?

2. Is er een intern controleorgaan dat het personeel van het gevangeniswezen controleert? Is dat nationaal of per gevangenis georganiseerd?

3. Zijn er cijfers beschikbaar van meldingen van corrupte cipiers? Zo ja, kan u die mij bezorgen? Graag kreeg ik deze gegevens per gevangenis en sinds 2005.

 
Réponse reçue le 18 juin 2013 : Antwoord ontvangen op 18 juni 2013 :

1. Les peines disciplinaires suivantes sont possibles :

Pour les agents statutaires (article 77 de l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l'État) :

  • le rappel à l'ordre ;

  • le blâme ;

  • la retenue de traitement ;

  • le déplacement disciplinaire ;

  • la suspension disciplinaire ;

  • la régression barémique ;

  • la rétrogradation ;

  • la démission d'office ;

  • la révocation.

Le personnel contractuel est soumis à la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail.

En ce qui concerne les mesures d’ordre, les mesures suivantes sont possibles :

  1. La mesure d'organisation du travail. Il peut s’agir par exemple du transfert d'un agent qui se justifie par l'organisation et l'intérêt du service.

    Les principes généraux du droit administratif sont d'application, plus particulièrement l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l'Etat et l'arrêté ministériel du 12 juillet 1971 portant instructions générales pour les établissements pénitentiaires.

  2. L'éloignement de ses fonctions avec interdiction d'accès à l’établissement.

    Arrêté royal du 14 mai 1971 portant instructions spéciales applicables aux agents des services extérieurs de l’Administration des Etablissements pénitentiaires.

  3. La suspension dans l’intérêt du service.

Arrêté royal du 1er juin 1964 relatif à la suspension des agents de l'État dans l'intérêt du service.

L'assistant de surveillance pénitentiaire en question a été suspendu dans l'intérêt du service à partir du 10 décembre 2009 (arrêté ministériel du 7 janvier 2010). Il a volontairement démissionné dans la soirée du 25 octobre 2011.

2. Il n’existe pas d'organe de contrôle spécifique chargé du contrôle du personnel de l'administration pénitentiaire.

3. Vous trouverez ces chiffres en annexe.

Nederlandstalig penitentiair personeel, gesanctioneerd ingevolge corruptie

jaartal

aantal personen

Inrichting

2005

0

/

2006

0

/

2007

0

/

2008

1

Leuven Hulp

2009

1

Merksplas

2010

2

Hoogstraten & Oudenaarde

2011

1

Dendermonde

2012

0

/

Totaal

5


Personnel pénitentiaire francophone, sanctionné suite à des faits de corruption

Année

Nombre

Etablissement

2005

2

Dinant et Tournai

2006

1

Namur

2007

0


2008

1

Arlon

2009

0


2010

0


2011

0


2012

0


Total

4




De volgende tuchtstraffen zijn mogelijk:

Voor de statutaire ambtenaren (art. 77 van het Koninklijk Besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel):

  • terechtwijzing;

  • blaam;

  • inhouding van wedde;

  • verplaatsing bij tuchtmaatregel

  • tuchtschorsing;

  • lagere inschaling;

  • terugzetting in graad;

  • ontslag van ambtswege;

  • afzetting.

De contractuele personeelsleden zijn onderworpen aan de Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Wat betreft ordemaatregelen, zijn de volgende mogelijk:

  1. Maatregel tot organisatie van het werk. Het kan bijvoorbeeld gaan om een overplaatsing van een ambtenaar die wordt verantwoord door de organisatie en het belang van de dienst.

    De algemene principes van het administratief recht zijn van toepassing, in het bijzonder het K.B. van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel, en het ministerieel besluit van 12 juli 1971 houdende algemene instructie voor de strafinrichtingen.

  2. Verwijdering uit zijn ambt met ontzegging van de toegang tot de inrichting.

    Koninklijk besluit van 14 mei 1971 houdende bijzondere instructie van toepassing op de personeelsleden van de buitendiensten van het Bestuur Strafinrichtingen.

  3. Schorsing in het belang van de dienst.

Koninklijk besluit van 1 juni 1964 betreffende de schorsing van Rijksambtenaren in het belang van de dienst.

De penitentiair bewakingsassistent in kwestie werd geschorst in het belang van de dienst met ingang van 10 december 2009 (MB 7/1/2010). Hij nam vrijwillig ontslag op 25 oktober 2011 's avonds.

2. Er bestaat geen specifiek controleorgaan belast me te de controle van het personeel van het gevangeniswezen.

3. U vindt deze cijfers in bijlage.

Nederlandstalig penitentiair personeel, gesanctioneerd ingevolge corruptie

jaartal

aantal personen

Inrichting

2005

0

/

2006

0

/

2007

0

/

2008

1

Leuven Hulp

2009

1

Merksplas

2010

2

Hoogstraten & Oudenaarde

2011

1

Dendermonde

2012

0

/

Totaal

5


Personnel pénitentiaire francophone, sanctionné suite à des faits de corruption

Année

Nombre

Etablissement

2005

2

Dinant et Tournai

2006

1

Namur

2007

0


2008

1

Arlon

2009

0


2010

0


2011

0


2012

0


Total

4