SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-4001 Schriftelijke vraag nr. 5-4001

de Guido De Padt (Open Vld)

van Guido De Padt (Open Vld)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Ecoutes téléphoniques - Coût - Concertation avec les opérateurs télécoms sur la gratuité des écoutes - Situation Telefoontaps - Kosten - Overleg met de telefoonoperatoren voor kosteloze taps - Stand van zaken 
________________
protection des communications
fournisseur d'accès
frais de justice
telefoon- en briefgeheim
provider
gerechtskosten
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
25/6/2013Antwoord
28/12/2011Verzending vraag
25/6/2013Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 5-2486 Réintroduction de : question écrite 5-2486
________ ________
Question n° 5-4001 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-4001 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Les écoutes téléphoniques ne sont pas gratuites en Belgique, elles ont un coût élevé. En 2005, l'autorité a payé 1,2 millions d'euros pour des écoutes téléphoniques et 13,3 millions pour des localisations d'appels. Trois ans plus tard, on en est à 4 millions d'euros pour les écoutes et 17 millions pour les localisations d'appels.

Afin de pouvoir disposer de moyens supplémentaires, il a déjà été suggéré d'obliger les opérateurs télécoms à appliquer la gratuité de ces services. Vu la répercussion du coût sur les frais de justice, c'est finalement devenu un point de débat.

En réponse à la question parlementaire n° 15576 (Chambre des Représentants, CRIV 52 COM 685, p. 50), le ministre a indiqué qu'il en discuterait avec les opérateurs. Il s'agissait en effet de sommes colossales. L'autorité est, d'une certaine manière, devenue une bonne source de revenus pour les opérateurs.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) Le ministre peut-il indiquer combien l'autorité a payé en 2009, 2010 et durant le premier semestre 2011 pour l'écoute et la localisation d'appels téléphoniques ?

2) Est-il toujours opposé à la suggestion de faire exécuter ces missions d'enquête gratuitement par les opérateurs télécoms ?

3) En a-t-il déjà parlé avec les opérateurs ? Quel fut le résultat de cette concertation ?

4) Le ministre juge-t-il des mesures nécessaires ? À quelles mesures pense-t-il en l'occurrence ?

 

Telefoontaps zijn in België niet gratis en kosten geld. Voor 2005 betaalde de overheid 1,2 miljoen euro voor het afluisteren van telefoons en 13,3 miljoen om er te lokaliseren. Drie jaar later ging het om 4 miljoen euro voor afluisteren en 17 miljoen voor het lokaliseren.

Teneinde wat budget te krijgen, werd al gesuggereerd de telefoonoperatoren op te leggen om dergelijke handelingen kosteloos te laten uitvoeren. Dat werd uiteindelijk een punt van debat gezien de impact van de kostprijs op de gerechtskosten.

De geachte minister liet in 2009 in antwoord op de parlementaire vraag nummer 15576 (Kamer van volksvertegenwoordigers, CRIV 52 COM 685, blz. 50) optekenen dat hij daarover van gedachten zou wisselen met de operatoren. Het ging namelijk om enorme bedragen. De overheid is in zekere zin een goede bron van inkomsten geworden voor de operatoren.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Kan de geachte minister meedelen hoeveel de overheid in 2009, 2010 en de eerste helft van 2011 betaalde voor het afluisteren en lokaliseren van telefoons?

2) Staat hij nog steeds negatief tegenover de suggestie de telefoonoperatoren deze onderzoekstaken kosteloos te laten uitvoeren?

3) Heeft hij reeds van gedachten gewisseld met de operatoren over deze aangelegenheid? Wat was het resultaat van dit overleg?

4) Acht hij het noodzakelijk maatregelen te treffen? Welke maatregelen heeft hij desgevallend in gedachten?

 
Réponse reçue le 25 juin 2013 : Antwoord ontvangen op 25 juni 2013 :

Je renvoie à la réponse que j'ai donnée à la question orale n° 15341 de Michel Doomst (Compte rendu intégral, Chambre, Commission de la Justice, CRIV 53 COM 658, p. 20-22) concernant le même sujet.

Ik verwijs naar mijn antwoord op de mondelinge vraag nr. 15341 van Michel Doomst (Integraal Verslag, Kamer, Commissie voor Justitie, CRIV 53 COM 658, blz. 20-22) aangaande hetzelfde onderwerp.