SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
15 juillet 2011 15 juli 2011
________________
Question écrite n° 5-2758 Schriftelijke vraag nr. 5-2758

de Nele Lijnen (Open Vld)

van Nele Lijnen (Open Vld)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Violences liées à l'honneur - Diversité sexuelle - Étude néerlandaise - Implications politiques Eergerelateerd geweld - Seksuele diversiteit - Nederlandse studie - Beleidsimplicaties 
________________
intégration des questions d'égalité entre les hommes et les femmes
violence domestique
discrimination fondée sur l'orientation sexuelle
minorité sexuelle
mariage forcé
condition féminine
coutumes et traditions
égalité homme-femme
crime contre les personnes
gendermainstreaming
huiselijk geweld
discriminatie op grond van seksuele geaardheid
seksuele minderheid
gearrangeerd huwelijk
positie van de vrouw
gebruiken en tradities
gelijke behandeling van man en vrouw
misdaad tegen de personen
________ ________
15/7/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
15/7/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2757
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2759
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-5118
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2757
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2759
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-5118
________ ________
Question n° 5-2758 du 15 juillet 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-2758 d.d. 15 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Une récente enquête néerlandaise montre que l'on accorde encore trop peu d'attention à la diversité sexuelle dans l'approche des violences liées à l'honneur. C'est ce qui figure sur le feuillet d'information « Violences liées à l'honneur et diversité » de l'organisation néerlandaise MOVISIE. Pour pouvoir prévenir les violences liées à l'honneur en raison de l'orientation sexuelle, il faut être attentif simultanément à la diversité sexuelle et à la violence familiale.

Les femmes lesbiennes, les hommes homosexuels, les bisexuels, les transsexuels issus du monde culturel traditionnel subissent d'importantes pressions. Dans une culture qui prône la famille et l'honneur, reconnaître une préférence sexuelle différente est considéré comme une violation de l'honneur.

Pour protéger cet honneur, on peut utiliser la violence. Beaucoup de lesbigays mènent une double vie et cachent leur préférence sexuelle. Quand on découvre qu'une personne issue du monde traditionnel entretient une relation homosexuelle ou lesbienne, cela peut mener à la violence. Il s'agit de pression psychique, de répudiation ou de sévices mais également de rituel d'exorcisme, d'enfermement ou de mariage forcé. Parfois, il peut même s'agir d'une menace de mort.

Je souhaiterais par conséquent poser les questions suivantes :

1) Notre pays accorde-t-il suffisamment d'attention à la diversité sexuelle dans l'approche des violences liées à l'honneur et de la violence familiale ? Dans l'affirmative, comment en tient-on compte dans les directives destinées au ministère public et aux agents de police de terrain ?

2) Comment tenez-vous compte de la diversité sexuelle dans l'approche des violences liées à l'honneur et de la violence familiale ?

3) Est-il exact que l'on n'accorde pas encore suffisamment d'attention à la diversité sexuelle dans l'approche des violences liées à l'honneur ? Dans l'affirmative, où cela apparaît-il et estimez-vous que des améliorations sont nécessaires ?

4) Comment réagissez-vous au constat qu'un quart des jeunes qui recherchent de l'aide auprès des organisations lesbigays néerlandaises sont confrontés à des violences liées à l'honneur ? Disposez-vous de chiffres et/ou d'indications pour notre pays et, dans la négative, envisagez-vous de faire examiner cette question ?

5) Estimez-vous que la diversité sexuelle doit être prise en compte dans l'approche de la violence familiale et/ou des violences liées à l'honneur ? Dans l'affirmative, peut-on considérer que les acteurs de terrain qui en sont responsables vont y accorder suffisamment d'attention ? Dans la négative, pourquoi ?

6) La réception et le dépôt de plaintes des homosexuels, lesbiennes, bisexuels et transsexuels victimes de violences liées à l'honneur doivent-ils être organisés de manière structurelle ? Si oui, comment comptez-vous procéder ? Si non, pourquoi ?

 

Volgens recent Nederlands onderzoek is er in de aanpak van eergerelateerd geweld nog onvoldoende aandacht voor seksuele diversiteit. Dat staat in de nieuw uitgebrachte factsheet "Eergerelateerd geweld en diversiteit" van de Nederlandse organisatie MOVISIE. Om eergerelateerd geweld vanwege geaardheid te kunnen voorkomen, moet er bij de aanpak van huiselijk geweld aandacht zijn voor seksuele diversiteit.

Lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, transgenders uit traditionele culturele kringen staan onder grote druk. In een cultuur waar de familie-eer hoog in het vaandel staat, wordt het openlijk uitkomen voor een andere seksuele voorkeur gezien als een schending van de eer.

Om die eer te beschermen kan geweld worden toegepast. Veel holebi's leiden een dubbelleven en verbergen hun seksuele voorkeur. Wanneer echter uitlekt dat iemand uit traditionele kringen een homo- of lesbische relatie heeft, kan dat leiden tot geweld. Het gaat om psychische druk, verstoting of mishandeling, maar ook om een genezingsritueel, opsluiting of een gedwongen huwelijk. Soms wordt zelfs gedreigd met moord.

Graag had ik de minister dan ook volgende vragen voorgelegd.

1) Is er in ons land voldoende aandacht voor seksuele diversiteit binnen de aanpak van eergerelateerd geweld en huiselijk geweld? Zo ja, hoe wordt hiermee rekening gehouden in de richtlijnen voor het openbaar ministerie en voor de politieagenten op het terrein?

2) Hoe houdt u binnen uw bevoegdheid rekening met seksuele diversiteit bij de aanpak van eergerelateerd geweld en huiselijk geweld?

3) Klopt het dat de aandacht voor seksuele diversiteit in de aanpak van eergerelateerd geweld nog onvoldoende is? Zo ja, waar blijkt dat uit en waar ziet u ruimte voor verbetering?

4) Hoe reageert u op de vaststelling dat een kwart van de jongeren die hulp zoeken bij de Nederlandse holebi-organisaties te maken heeft met eergerelateerd geweld? Beschikt u over cijfers en/of indicaties voor ons land en zo neen, bent u bereid dit te laten onderzoeken?

5) Bent u van mening dat seksuele diversiteit als aandachtspunt opgenomen moet worden binnen de aanpak van huiselijk geweld en/of eergerelateerd geweld? Zo ja, kan ervan worden uitgegaan dat de actoren op het terrein die hiervoor verantwoordelijk zijn hier voldoende aandacht aan gaan besteden? Zo nee, waarom niet?

6) Moet de opvang en de indiening van klachten van homo's, lesbo's, bi's en transgenders die slachtoffer zijn van eergerelateerd geweld structureel worden georganiseerd? Zo ja, hoe gaat u dit doen? Zo nee, waarom niet?