SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
4 mars 2011 4 maart 2011
________________
Question écrite n° 5-1653 Schriftelijke vraag nr. 5-1653

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

à la vice-première ministre et ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances, chargée de la Politique de migration et d'asile

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid
________________
Union européenne - Stratégie Europe 2020 pour plus d'emploi - Suivi Europese Unie (EU) - EU2020-strategie voor meer werkgelegenheid - Opvolging 
________________
Union européenne
politique de développement
création d'emploi
programme de l'UE
politique de l'emploi de l'UE
Europese Unie
ontwikkelingsbeleid
schepping van werkgelegenheid
EU-programma
EU-werkgelegenheidsbeleid
________ ________
4/3/2011Verzending vraag
10/3/2011Dossier gesloten
4/3/2011Verzending vraag
10/3/2011Dossier gesloten
________ ________
Aussi posée à : question écrite 5-1652
Aussi posée à : question écrite 5-1654
Aussi posée à : question écrite 5-1652
Aussi posée à : question écrite 5-1654
________ ________
Question n° 5-1653 du 4 mars 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-1653 d.d. 4 maart 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La stratégie Europe 2020 est la stratégie à long terme de l'Union européenne pour une économie forte et durable, génératrice d'emplois. Cette stratégie doit faire en sorte que l'économie européenne se développe en une économie de marché très compétitive, sociale et durable et soit le prolongement de la stratégie de Lisbonne.

La stratégie Europe 2020 doit à la fois offrir une issue satisfaisante à la crise et mettre en œuvre des réformes structurelles ambitieuses. La stratégie a été définie par les chefs de gouvernement des pays de l'UE lors du Conseil européen du 17 juin 2010.

Tout comme la stratégie de Lisbonne, la stratégie Europe 2020 est prévue pour dix ans. Contrairement à la stratégie de Lisbonne, la stratégie Europe 2020 fixe un nombre limité d'objectifs majeurs et interdépendants. Les chefs de gouvernement des États membres de l'UE se sont accordés, lors du Sommet européen des 25 et 26 mars 2010, sur l'objectif consistant à créer plus d'emploi.

En 2020, 75 % des Européens âgés de 20 à 64 ans devront fournir un travail rémunéré. Il faut mettre davantage de jeunes, de travailleurs âgés, de personnes peu qualifiées et d'immigrants légaux au travail.

Je souhaite une réponse aux questions suivantes.

1. Qu'a déjà fait le gouvernement pour atteindre cet objectif ?

2. Quels accords concrets le ministre a-t-il conclus à ce sujet avec ses homologues de l'UE ? Reconnaît-il comme moi que cet objectif ne pourra être atteint spontanément et qu'il requiert un effort soutenu ?

3. À combien s'élèvent les moyens requis ? Des quotas ont-ils été fixés pour chacun des différents États membres de manière à ce que l'objectif soit atteint globalement ?

4. De quelle manière les régions et les communautés sont-elles associées à la réalisation de ces objectifs ?

 

De EU 2020-strategie is de langetermijnstrategie van de Europese Unie voor een sterke en duurzame economie met veel werkgelegenheid. Deze strategie moet ervoor zorgen dat de Europese economie zich ontwikkelt tot een zeer concurrerende, sociale en groene markteconomie en bouwt voort op de Lissabonstrategie.

De EU 2020-strategie moet zowel een goede uitweg uit de crisis bieden, als ambitieuze structurele hervormingen in gang zetten. Tijdens de Europese Raad van 17 juni 2010 is de strategie vastgesteld door de regeringsleiders van de EU-landen.

Net als bij de Lissabonstrategie is de looptijd van EU 2020 tien jaar. In tegenstelling tot de Lissabonstrategie heeft de EU 2020-strategie een beperkt aantal kerndoelen, die onderling met elkaar verbonden zijn. De regeringsleiders van de EU-Lidstaten zijn het tijdens de Europese top van 25 en 26 maart 2010 eens geworden over de doelstelling om meer werkgelegenheid te creëren.

In 2020 moet 75% van de Europeanen van 20 tot en met 64 jaar betaald werk verrichten. Meer jongeren, ouderen, laaggeschoolden en legale immigranten moeten aan het werk.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Wat heeft de regering reeds gedaan om deze doelstelling te bereiken?

2) Welke concrete afspraken werden hierover gemaakt met de collega's ministers van de EU? Bent u het met me eens dat deze doelstelling niet vanzelf gerealiseerd zal worden en dat er een volgehouden inspanning voor nodig is?

3) Hoeveel middelen zijn hiervoor vereist? Zijn er quota voor de verschillende EU-landen om deze doelstelling gezamenlijk te bereiken?

4) Hoe worden de gewesten en gemeenschappen bij de realisatie van deze doelstellingen betrokken ?