SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
22 novembre 2013 22 november 2013
________________
Question écrite n° 5-10439 Schriftelijke vraag nr. 5-10439

de Cindy Franssen (CD&V)

van Cindy Franssen (CD&V)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
la pension alimentaire relative aux droits de pension suite à un divorce de alimentatie met betrekking tot pensioenrechten na scheiding 
________________
régime de retraite
obligation alimentaire
pensioenregeling
alimentatieplicht
________ ________
22/11/2013Verzending vraag
17/12/2013Antwoord
22/11/2013Verzending vraag
17/12/2013Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3960 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3960
________ ________
Question n° 5-10439 du 22 novembre 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10439 d.d. 22 november 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Vous avez fait savoir dans un récent article de presse que les droits à la pension que deux partenaires se sont constitués peuvent désormais influencer la fixation de la pension alimentaire entre ces mêmes partenaires en cas de divorce. À cet effet, un des partenaires doit prouver qu'il ou elle s'est constitué des droits à la pension considérablement inférieurs, et ce pour des raisons familiales. Les époux, ou à défaut d'accord le juge, peuvent prendre une décision dans ce domaine. En d'autres termes, il est rendu possible que le partenaire compense, par le biais d'une pension alimentaire, les droits à la pension moins élevés de son ex-partenaire à la suite d'un divorce.

Nous constatons néanmoins que le nombre de dossiers traités par le Service des créances alimentaires (SECAL) augmente chaque année et s'est élevé à 25 000 fin 2010. Ces chiffres ne donnent pas encore un aperçu complet des problèmes concernant le défaut de paiement des pensions alimentaires étant donné que tous ceux qui y ont droit ne font pas appel au SECAL. Les pensions alimentaires pour les enfants sont plus facilement payées que celles pour les ex-partenaires, lesquels, parfois, n'osent pas introduire eux-mêmes une réclamation. Si les partenaires ne paient pas les pensions alimentaires dans des circonstances normales, nous pouvons aussi nous demander si le système proposé sera efficace et si la situation des partenaires dont les droits à la pension sont moindres, généralement des femmes, s'améliorera à long terme.

Mes questions sont les suivantes.

1) Comment maintenir l'application de ce droit à la pension par le biais d'un système de pension alimentaire ? Il apparaît dans la pratique que le paiement par des ex-partenaires est souvent problématique. Comment ce système sera-t-il contrôlé ?

2) Comment peut-on contrôler si les partenaires qui peuvent recourir à ce système y font effectivement appel ? Est-il possible d'octroyer ce droit de manière automatique ?

3) Dans quelle mesure serait-il possible de recevoir directement cette réclamation de l'ONP, du SdPSP ou d'autres institutions de pension ? Existe-t-il encore des alternatives afin de veiller à ce que les personnes les plus vulnérables ne soient pas oubliées lors de l'exécution de cette mesure ?

4) Les pensions alimentaires à la suite d'un divorce ont entre-temps été limitées dans le temps. La pension complémentaire de l'employeur peut en outre être versée sous forme de rente au lieu d'un capital. Dans quelle mesure pouvons-nous garantir que ces éléments ne joueront aucun rôle dans le contournement des règles adaptées ?

 

In een recent persbericht liet u weten dat de pensioenrechten die twee partners opgebouwd hebben voortaan een rol kunnen spelen bij het bepalen van het onderhoudsgeld tussen diezelfde partners in geval van scheiding. Hiervoor moet één van de partners aantonen dat hij of zij aanzienlijk minder pensioenrechten opgebouwd heeft en dat er hiervoor een familiale beweegreden was. De echtgenoten onderling, of bij gebreke aan akkoord de rechter, kunnen hierover een beslissing nemen. Het wordt met andere woorden mogelijk gemaakt dat de ene partner via alimentatie de minder opgebouwde pensioenrechten van de andere vergoedt na scheiding.

We stellen echter tegelijk vast dat het aantal dossiers dat behandeld wordt door de Dienst voor Alimentatievorderingen (DAVO) elk jaar stijgt, tot bijna 25.000 eind 2010. Deze cijfers geven dan nog niet eens een volledig overzicht van de problemen met betrekking tot wanbetaling van alimentatie, aangezien niet iedereen die er recht op heeft een beroep doet op DAVO. Alimentatie voor kinderen wordt bovendien nog makkelijker betaald dan die voor de ex-partner, die dit zelf soms niet durft opeisen. Indien partners al in directe omstandigheden de alimentatie niet betalen, kunnen we ons dus ook afvragen of het voorgestelde systeem effectief zal zijn en of de situatie voor partners met minder opgebouwde pensioenrechten, meestal vrouwen, op lange termijn zal verbeteren.

Ik had van de minister het volgende willen vragen:

1) Hoe zal de uitvoering van dit pensioenrecht gegarandeerd kunnen blijven in een systeem van alimentatie? In de praktijk blijkt de uitbetaling door de ex-partner nu reeds vaak problematisch. Op welke wijze zal er controle uitgevoerd worden op dit systeem?

2) Op welke wijze kan er gecontroleerd worden of de partners die van dit systeem gebruik kunnen maken, ook effectief hierop beroep doen? Is er de mogelijkheid om dit recht automatisch toe te kennen?

3) In welke mate zou het mogelijk zijn deze vordering rechtstreeks te ontvangen van de RVP, PDOS of andere pensioeninstellingen? Welke alternatieven bestaan er nog om ervoor te zorgen dat de meest kwetsbare mensen bij de uitvoering van deze maatregel niet uit de boot vallen?

4) De onderhoudsuitkering na echtscheiding werd ondertussen beperkt in de tijd. Het aanvullend pensioen van de werkgever kan bovendien in rente in plaats van kapitaal uitgekeerd worden. In welke mate kunnen we garanderen dat deze elementen geen rol zullen spelen in het omzeilen van de aangepaste regels?

 
Réponse reçue le 17 décembre 2013 : Antwoord ontvangen op 17 december 2013 :

1) Le projet de loi n° 2998 qui a été déposé prévoit (en plus de la pension alimentaire qui reste inchangée) un système d'indemnité compensatoire pour l'époux divorcé qui, pendant le mariage, a été moins en mesure que son conjoint de se constituer des droits de pension de retraite propres. D'après ce projet de loi, cette indemnité serait de préférence perçue sous la forme d'un capital.

2) Ce projet de loi fait encore toutefois pleinement l'objet d'un débat parlementaire, également en ce qui concerne cette indemnité compensatoire.

3) Vos constatations et remarques seront bien entendu prises en considération en vue d'un éventuel amendement du projet de loi déposé.

1) In het neergelegd wetsontwerp nr. 2998 wordt voorzien in een systeem van compenserende uitkering voor de mindere pensioenopbouw (naast de alimentaire uitkering die ongewijzigd blijft bestaan). Dit zou, volgens dit wetsontwerp, bij voorkeur als een kapitaal worden uitgekeerd.

2) Over dit wetsontwerp wordt het parlementair debat echter nog volop gevoerd, ook in verband met deze compenserende uitkering.

3) De vaststellingen en opmerkingen van de vraagsteller worden uiteraard meegenomen in de overwegingen over een eventuele amendering van het neergelegd wetsontwerp.