SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
27 janvier 2011 27 januari 2011
________________
Question écrite n° 5-1015 Schriftelijke vraag nr. 5-1015

de Lieve Maes (N-VA)

van Lieve Maes (N-VA)

à la ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Services d'incendie - Corps - Composition - Postes vacants Brandweerdiensten - Korpsen - Samenstelling - Vacante functies 
________________
lutte anti-incendie
brandbestrijding
________ ________
27/1/2011Verzending vraag
26/5/2011Antwoord
27/1/2011Verzending vraag
26/5/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-1015 du 27 janvier 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-1015 d.d. 27 januari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Les services régionaux d'incendie sont répartis en différentes catégories : la catégorie X, la catégorie Y, la catégorie Z et la catégorie C.

La catégorie Y englobe les corps de pompiers composés d'un noyau de pompiers professionnels auxquels sont adjoints des volontaires.

La catégorie Z englobe les corps de pompiers composés essentiellement de pompiers volontaires auxquels sont adjoints un ou plusieurs professionnels.

Selon d'anciennes statistiques que j'ai pu consulter, il existe au total 26 corps de la catégorie Y (16 en Flandre et 10 en Wallonie) et 120 corps de la catégorie Z (67 en Flandre et 53 en Wallonie).

Je sais grâce à mes contacts avec plusieurs communes qu'un assez grand nombre de postes de volontaires restent à pourvoir.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes.

1) Les chiffres susmentionnés sont-ils toujours corrects ?

2) Est-il possible d'obtenir une répartition des pompiers entre professionnels et volontaires pour chacun des corps de pompiers, avec chaque fois une indication de la catégorie ?

3) Quel est le nombre de fonctions vacantes par corps, réparties selon la catégorie ?

4) Existe-t-il dans certains corps un problème connu d'occupation ?

 

De gegroepeerde brandweerdiensten zijn ingedeeld in verschillende categorieën: centrum X, centrum Y, centrum Z en centrum C.

De categorie Y is gedefinieerd als korpsen die zijn samengesteld uit een beroepskern waaraan vrijwillige brandweermannen zijn toegevoegd.

De categorie Z is gedefinieerd als korpsen die voornamelijk bestaan uit vrijwilligerspersoneel aangevuld met een of meer beroepsbrandweermannen.

Volgens oude statistieken die ik onder ogen kreeg, zijn er in totaal zesentwintig korpsen van categorie Y (zestien in Vlaanderen en tien in Wallonië) en honderdtwintig korpsen van categorie Z (zevenenzestig in Vlaanderen en drieënvijftig in Wallonië).

Uit contacten met een aantal gemeenten blijkt dat nogal wat vrijwilligersplaatsen niet ingevuld zijn.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Zijn de voormelde aantallen nog steeds correct?

2) Is het mogelijk om per korps een uitsplitsing te krijgen tussen beroepsbrandweermannen en vrijwilligers, telkens met vermelding van de categorie?

3) Hoeveel openstaande functies zijn er per korps; opgedeeld per categorie?

4) Zijn er korpsen met een gekend probleem van bezetting?

 
Réponse reçue le 26 mai 2011 : Antwoord ontvangen op 26 mei 2011 :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question :

1. Les chiffres concernant le nombre de corps Y et Z sont corrects.

2. Les corps X occupent 2 036 professionnels.

Les corps Y occupent 1 730 professionnels et 1 184 volontaires.

Les corps Z occupent 679 professionnels et 6 817 volontaires.

3. Il est très complexe de répondre de manière chiffrée à cette question. Des normes minimales sont fixées par le Service public fédéral (SPF) Intérieur mais le cadre opérationnel est fixé par les communes en fonction des risques à couvrir. En tenant compte des normes minimales, on peut constater un manque de pompiers volontaires dans les corps Z et de pompiers professionnels dans les corps Y. Les corps X et C remplissent de façon générale le cadre minimal.

4. Il est aujourd’hui important de permettre aux services d’incendie de recruter un nombre suffisant d’homme du feu. C’est la raison pour laquelle mes services préparent un marché public pour l’élaboration d’outils de promotion du métier de pompier. Ces outils seront mis à la disposition des communes pour soutenir leur campagne de recrutement.

Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden op haar vraag:

1. De cijfers inzake het aantal Y- en Z-korpsen zijn correct.

2. De X-korpsen stellen 2 036 beroepsmensen te werk.

De Y-korpsen stellen 1 730 beroepsmensen en 1 184 vrijwilligers te werk.

De Z-korpsen stellen 679 beroepsmensen en 6 817 vrijwilligers te werk.

3. Het is zeer ingewikkeld om met cijfers te antwoorden op deze vraag. Er worden minimale normen vastgelegd door de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken, maar het operationeel kader wordt vastgelegd door de gemeenten in functie van de te dekken risico’s. Rekening houdend met de minimale normen, kan men een tekort vaststellen aan vrijwillige brandweerlieden in de Z-korpsen en aan beroepsbrandweerlieden in de Y-korpsen. De X- en C-korpsen voldoen doorgaans aan het minimumkader.

4. Het is nu belangrijk om de brandweerdiensten toe te laten om een voldoende aantal brandweerlieden aan te werven. Daarom bereiden mijn diensten een overheidsopdracht voor de uitwerking van promotiemiddelen voor het beroep van brandweerman voor. Deze middelen zullen ter beschikking worden gesteld van de gemeenten om hun rekruteringscampagne te ondersteunen.