SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
9 mars 2010 9 maart 2010
________________
Question écrite n° 4-7152 Schriftelijke vraag nr. 4-7152

de Ann Somers (Open Vld)

van Ann Somers (Open Vld)

au secrétaire d'État au Budget, à la Politique de migration et d'asile, à la Politique des familles et aux Institutions culturelles fédérales

aan de staatssecretaris voor Begroting, Migratie- en asielbeleid, Gezinsbeleid en Federale Culturele Instellingen
________________
Entreprises et services publics - Personnel - Vieillissement - Mesures Overheidsdiensten en -bedrijven - Personeel - Vergrijzing - Maatregelen 
________________
ministère
fonction publique
travailleur âgé
recrutement
emploi des langues
répartition par âge
statistique officielle
ministerie
overheidsapparaat
oudere werknemer
aanwerving
taalgebruik
leeftijdsverdeling
officiële statistiek
________ ________
9/3/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/4/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode
9/3/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/4/2010)
6/5/2010Einde zittingsperiode
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7134
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7135
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7136
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7137
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7138
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7139
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7140
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7141
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7142
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7143
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7144
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7145
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7146
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7147
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7148
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7149
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7150
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7151
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7153
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7154
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7134
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7135
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7136
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7137
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7138
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7139
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7140
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7141
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7142
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7143
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7144
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7145
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7146
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7147
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7148
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7149
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7150
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7151
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7153
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7154
________ ________
Question n° 4-7152 du 9 mars 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-7152 d.d. 9 maart 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il ressort d'un article paru dans le journal De Standaard du 13 août 2009 (Helft ambtenaren op Arbeid is ouder dan 50) que l'ensemble des fonctionnaires du Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale vieillit tellement vite que la part de travailleurs de plus de 50 ans a pris des proportions inquiétantes. C'est ce qu'affirme en tout cas le fonctionnaire dirigeant Pierre-Paul Maeter. Les chiffres concrets fournis par la ministre de l'Emploi et de l'Égalité des chances en réponse à ma question écrite n° 4-5476 indiquent en effet une progression du processus de vieillissement. Il semble que les autres services publics sont ou seront aussi confrontés à cette situation.

Je souhaite une réponse aux question suivantes relatives au personnel travaillant dans les administrations ou entreprises publiques relevant de vos compétences.

1) Quel est le nombre de fonctionnaires, ventilé selon le groupe linguistique, le niveau, le sexe et le statut (statutaire ou contractuel), qui y travaillent :

a) entre 20 et 30 ans;

b) entre 30 et 40 ans;

c) entre 40 et 50 ans;

d) entre 50 et 60 ans;

e) plus de 60 ans ?

2) a) De 2006 à ce jour, combien de fonctionnaires néerlandophones et francophones ont-ils quitté chaque année le service ?

2) b) Combien de ces départs concernaient-ils des fonctionnaires statutaires? Je souhaite les chiffres par groupe linguistique ?

3) a) De 2006 à ce jour, combien de fonctionnaires néerlandophones et francophones ont-ils été engagés chaque année ?

3) b) Combien de ces engagements concernaient-ils des fonctionnaires statutaires? Je souhaite les chiffres par groupe linguistique.

4) Combien de fonctionnaires néerlandophones et francophones de plus de 50 ans travaillent-ils

a) à temps plein;

b) à mi-temps;

c) à quatre cinquièmes temps;

d) sous un autre régime à temps partiel ?

5) Quels sont les services qui risquent d'être victimes à terme de ce vieillissement important ?

6) Le ministre estime-t-il que des réformes internes sont nécessaires dans l'administration pour garantir à terme le fonctionnement des services ?

 

Uit een artikel in De Standaard van 13 augustus 2009 (" Helft ambtenaren op Arbeid is ouder dan 50 ") is gebleken dat het ambtenarenkorps bij de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg zo snel vergrijst dat het aandeel werknemers ouder dan vijftig " onrustwekkende proporties " heeft aangenomen. Dat beweerde althans topambtenaar Pierre-Paul Maeter. Concrete cijfers van de minister van Werk en Gelijke Kansen in antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 4-5476 tonen inderdaad een voortschrijdend verouderingsproces aan. Naar verluidt is het een gegeven dat zich ook in andere overheidsdiensten manifesteert of zal manifesteren.

Bijgevolg stelde ik graag de volgende vragen met betrekking tot het personeel werkzaam in de overheidsadministraties of overheidsbedrijven die onder uw bevoegdheid vallen:

1) Hoeveel ambtenaren, opgedeeld volgens taalgroep, niveau, geslacht en statuut (statutair of contractueel), zijn er werkzaam:

a) tussen 20 en 30 jaar;

b) tussen 30 en 40 jaar;

c) tussen 40 en 50 jaar;

d) tussen 50 en 60 jaar;

e) ouder dan 60 jaar?

2) a) Hoeveel Nederlandstalige en Franstalige ambtenaren zijn er in de periode van 2006 tot heden jaarlijks afgevloeid?

2) b) Hoeveel van deze afvloeiingen waren statutaire ambtenaren? Graag kreeg ik de cijfers per taalgroep.

3) a) Hoeveel Nederlandstalige en Franstalige ambtenaren zijn er in de periode 2006 tot heden jaarlijks aangeworven?

3) b) Hoeveel van deze aanwervingen waren statutaire ambtenaren? Graag kreeg ik de cijfers per taalgroep.

4) Hoeveel van de Nederlandstalige en Franstalige ambtenaren ouder dan vijftig werkt:

a) voltijds;

b) halftijds;

c) vier vijfde;

d) in een ander deeltijds regime?

5) Welke diensten dreigen op termijn het slachtoffer te worden van de verregaande vergrijzing?

6) Acht de minister interne hervormingen in de administratie nodig om de werking van de diensten op termijn te garanderen?