SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
4 février 2010 4 februari 2010
________________
Question écrite n° 4-6817 Schriftelijke vraag nr. 4-6817

de Ann Somers (Open Vld)

van Ann Somers (Open Vld)

au secrétaire d'État aux Affaires sociales, chargé des Personnes handicapées, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'intégration sociale

aan de staatssecretaris voor Sociale Zaken, belast met Personen met een handicap, toegevoegd aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
Transgenres - Difficultés à trouver du travail - Soutien social - Accompagnement spécifique Transgenders - Moeilijkheden om werk te vinden - Sociale steun - Specifieke begeleiding 
________________
minorité sexuelle
accès à l'emploi
CPAS
revenu minimal d'existence
seksuele minderheid
toegang tot het arbeidsproces
OCMW
minimumbestaansinkomen
________ ________
4/2/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 11/3/2010)
12/4/2010Antwoord
4/2/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 11/3/2010)
12/4/2010Antwoord
________ ________
Aussi posée à : question écrite 4-6816 Aussi posée à : question écrite 4-6816
________ ________
Question n° 4-6817 du 4 février 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-6817 d.d. 4 februari 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il appert que les transgenres éprouvent de grosses difficultés sur le marché du travail. Non seulement en sont-ils durablement écartés à cause du processus de transformation, mais ils sont aussi confrontés à des préjugés et à des problèmes pratiques. Un de ceux-ci est apparemment qu'ils ne peuvent faire adapter leurs diplômes à leur nouvelle identité, ce qui les catalogue immédiatement comme transsexuels auprès d'un futur employeur. Le fait de ne pas trouver de travail augmente le risque de pauvreté et entrave l'intégration sociale de ces personnes, qui ont déjà davantage de pensées suicidaires.

1. Combien de transgenres vivent-ils actuellement dans la précarité ou dans la pauvreté ?

2. Combien d'entre eux peuvent-ils faire appel à un revenu d'intégration ?

3. Combien d'entre eux bénéficient-ils d'un programme d'activation du centre public d'action sociale (CPAS)  ?

4. a) La problématique de la difficulté à trouver un emploi a-t-elle déjà été étudiée ?

4. b) Dans l'affirmative, quelles étaient les conclusions ?

4. b) Dans la négative, va-t-on procéder à cette étude ?

5. a) Les transgenres défavorisés peuvent-ils obtenir du CPAS un accompagnement social spécifique ?

5. b) Dans la négative, prendra-t-on les mesures qui s'imposent ?

 

Het blijkt dat transgenders een groot probleem hebben op de arbeidsmarkt. Niet alleen zijn ze omwille van de lange duur van het transformatieproces een hele tijd uit de running, maar worden ze nadien ook geconfronteerd met een reeks vooroordelen en praktische problemen. Een praktisch probleem schijnt bijvoorbeeld te zijn dat ze hun diploma's niet kunnen laten aanpassen aan hun nieuwe identiteit, waardoor ze bij hun toekomstige werkgever meteen al gecatalogeerd staan als transseksuelen. Het niet vinden van werk lijdt echter tot een verhoogd risico op armoede en staat de maatschappelijke integratie van deze mensen, die sowieso al aan meer zelfdodinggedachten hebben, in de weg.

1. Hoeveel transgenders leven momenteel in bestaansonzekerheid of armoede?

2. Hoeveel van hen kunnen een beroep doen op een leefloon?

3. Hoeveel van hen zitten in een activeringsprogramma van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW)?

4. a) Werd de kwestie over het moeilijk vinden van werk reeds onderzocht?

4. b) Zo ja, welke waren de bevindingen?

4. c) Zo neen, zal dat alsnog gebeuren?

5. a) Kunnen transgenders die in een kansarme situatie verkeren een beroep doen op gespecialiseerde sociale begeleiding binnen het OCMW?

5. b) Zo neen, zullen de nodige maatregelen genomen worden?

 
Réponse reçue le 12 avril 2010 : Antwoord ontvangen op 12 april 2010 :

En réponse à sa question, j'ai l'honneur de faire savoir à l'honorable membre que mon collège, monsieur Philippe Courard, secrétaire d'État à l'Intégration sociale et Lutte contre la Pauvreté, est compétent pour les questions posées.

In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geachte lid mee te delen dat mijn collega, de heer Philippe Courard, staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, bevoegd is voor de gestelde vragen.