SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
11 décembre 2009 11 december 2009
________________
Question écrite n° 4-6299 Schriftelijke vraag nr. 4-6299

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

van Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique

aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid
________________
Musées Royaux des Beaux-Arts de Belgique (MRBAB) - Inventaires - Base légale - Mesures Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB) - Inventarissen - Wettelijke basis - Maatregelen 
________________
musée
location
répertoire
museum
verhuur
zaakregister
________ ________
11/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/1/2010)
22/12/2009Antwoord
11/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/1/2010)
22/12/2009Antwoord
________ ________
Question n° 4-6299 du 11 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-6299 d.d. 11 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'arrêté royal du 8 mars 1951 relatif aux inventaires, aux dépôts et aux prêts d'oeuvres d'art, qui s'appliquait exclusivement aux Musées Royaux des Beaux-Arts (MRBA), fixait certaines règles en la matière. Cependant, cet arrêté, n'ayant plus été actualisé depuis 1957, était devenu inapplicable et a été abrogé au cours de l'audit par un arrêté royal du 24 juillet 2008. Hormis les dispositions de l'arrêté royal originel modifié en 2002, plus aucune règle ne détermine la tenue des inventaires des MRBA. L'arrêté royal abrogé du 8 mars 1951 prévoyait aussi l'obligation de communiquer l'inventaire au ministre compétent, mais cette obligation n'était plus respectée. Le processus d'inventaire appliqué aux MRBA est clair et uniforme dans le temps. Il fonctionne donc de manière satisfaisante en pratique, mais ne repose plus sur aucune base légale ou réglementaire. Si des problèmes survenaient à l'avenir, on ne pourrait plus s'appuyer sur un cadre juridique.

Quelles mesures la ministre a-t-elle prises afin de combler la lacune découlant de l'abrogation de l'arrêté royal du 8 mars 1951?

 

Het koninklijk besluit van 8 maart 1951 betreffende de inventarissen, de bewaargevingen en het bruiklenen van kunstwerken, dat uitsluitend op de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten (KMSK) van toepassing was, legde in deze materie eveneens een aantal regels vast. Omdat het besluit sinds 1957 echter niet meer was geactualiseerd, was het praktisch niet meer toepasbaar en werd het in de loop van de audit opgeheven door het koninklijk besluit van 24 juli 2008. Afgezien van de bepalingen van het oorspronkelijke koninklijk besluit dat in 2002 werd gewijzigd, bestaat er geen enkele regel meer die het bijhouden van de inventarissen van de KMSK regelt. Het opgeheven koninklijk besluit van 8 maart 1951 voorzag ook in de verplichting om de inventaris aan de bevoegde minister mee te delen, maar die verplichting werd niet meer toegepast. Het inventarisatieproces dat bij de KMSK wordt toegepast, is duidelijk en eenvormig in de tijd. In de praktijk werkt het dus naar behoren, maar het heeft geen reglementaire of wettelijke basis meer. Als zich in de toekomst problemen voordoen, kan men dus niet terugvallen op een juridisch kader.

Welke maatregelen heeft de minister reeds genomen om de lacune op te vullen die voortvloeit uit de opheffing van het koninklijk besluit van 8 maart 1951?

 
Réponse reçue le 22 décembre 2009 : Antwoord ontvangen op 22 december 2009 :

L’affirmation selon laquelle il n’y a pas de base réglementaire ou légale disponible depuis 2008 ne correspond pas à la réalité. Il existe bien une base légale relative aux inventaires aux Musées royaux des Beaux-Arts de Belgique (MRBAB).

L’arrêté royal du 24 juillet 2008 modifiant l’arrêté royal du 7 janvier 1835 portant constitution en établissement scientifique des MRBAB abroge simplement à l’article 2 les dispositions de l’arrêté royal du 8 mars 1951 et de l’arrêté ministériel du 9 mars 1951.

L’article 4 de l’arrêté royal du 2 août 2002 apportant diverses modifications aux dispositions organiques relatives à certains établissements scientifiques de l’État fixe les missions des MRBAB, entre autres : "la tenue d’un inventaire général dans lequel chaque objet est inscrit avec la mention de la date de son acquisition, de sa provenance et de son prix d’achat. Le numéro d’inventaire est définitif".

Cet arrêté royal est toujours d’application.

De bevestiging dat er geen reglementaire of wettelijke basis voorhanden is sinds 2008, stemt niet overeen met de bestaande wetgeving. Er bestaat wel degelijk een wettelijke basis betreffende de inventarissen bij de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB).

Het koninklijk besluit van 24 juli 2008 tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 januari 1835 houdende oprichting als wetenschappelijke instelling van de KMSKB heft in artikel 2 enkel de bepalingen van het koninklijk besluit van 8 maart 1951 en het ministerieel besluit van 9 maart 1951 op.

Artikel 4 van het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 houdende diverse wijzigingen in de organieke bepalingen tot sommige wetenschappelijke instellingen van de Staat stelt de opdrachten van de KMSKB onder meer : "het bijhouden van een algemene inventaris waarin elk kunstvoorwerp beschreven staat, met vermelding van de datum van verwerving, de herkomst en de aankoopprijs. Het inventarisnummer is definitief."

Dit koninklijk besluit is nog steeds in voege.