SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-5781 Schriftelijke vraag nr. 4-5781

de Ann Somers (Open Vld)

van Ann Somers (Open Vld)

à la ministre de la Fonction publique et des Entreprises publiques

aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
________________
Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) - Suicides - Demandes de dommages et intérêts - Retards - Accompagnement psychologique des conducteurs de train Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) - Zelfdodingen - Schadeclaims - Vertragingen - Psychologische begeleiding treinbestuurders 
________________
Société nationale des chemins de fer belges
suicide
dommages et intérêts
durée du transport
personnel navigant
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
zelfmoord
schadevergoeding
vervoersduur
varend en vliegend personeel
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
3/5/2010Antwoord
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
3/5/2010Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-3930 Réintroduction de : question écrite 4-3930
________ ________
Question n° 4-5781 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5781 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Chaque année, hélas, un certain nombre de personnes se suicident ou tentent de se suicider en se jetant sous le train. Indépendamment de la souffrance morale des intéressés ou de leurs proches, ces accidents perturbent considérablement le trafic ferroviaire. De plus, les familles se voient réclamer des dommages et intérêts par la SNCB. Et bien qu'ils n'aient rien à se reprocher, les conducteurs de train rencontrent souvent des difficultés psychologiques par la suite.

J'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes, avec ventilation des données par année et par région, pour la période allant de 2005 au premier semestre 2009 :

1) Combien de tentatives de suicide ont-elles été commises ?

2) Combien d'entre elles ont-elles connu une issue fatale ?

3) Combien de demandes de dommages et intérêts la SNCB a-t-elle introduites contre les personnes ayant tenté de se suicider ou, dans le cas d'une issue fatale, contre leurs proches ?

4) À quel montant correspond une telle demande de dommages et intérêts ?

5) Quel est le montant total perçu par la SNCB à titre de dommages et intérêts ?

6) Quel est le retard moyen subi par un train à la suite d'une tentative de suicide ?

7) Combien de conducteurs de train ont-ils bénéficié d'une aide psychologique après avoir été confrontés à une tentative de suicide ?

 

Jaarlijks gebeuren er helaas een aantal zelfdodingen of pogingen tot zelfdoding door mensen die zich voor de trein gooien. Naast het emotionele leed van de betrokkenen of hun nabestaanden, zorgen deze ongevallen voor heel wat hinder op het spoor. De families van degenen die zich voor de trein hebben geworpen worden bovendien geconfronteerd met schadeclaims vanwege de NMBS. En ofschoon hen geen schuld treft, kampen ook de treinbestuurders nadien vaak met psychologische problemen.

Voor de periode 2005- eerste semester 2009 kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen, telkens ingedeeld per jaar en per gewest:

1) Hoeveel pogingen tot zelfdoding werden er jaarlijks ondernomen?

2) Hoeveel van deze pogingen tot zelfdoding hadden een dodelijke afloop?

3) Hoeveel schadeclaims heeft de NMBS opgelegd aan degenen die een poging tot zelfdoding hadden ondernomen of - in geval de poging tot zelfdoding een dodelijke afloop had - aan hun nabestaanden?

4) Hoeveel bedraagt dergelijke schadeclaim?

5) Hoeveel ontving de NMBS in totaal aan schadeclaims?

6) Hoeveel bedraagt de gemiddelde vertraging die een trein oploopt na een poging tot zelfdoding?

7) Hoeveel treinbestuurders kregen psychologische begeleiding nadat ze geconfronteerd werden met een poging tot zelfdoding?

 
Réponse reçue le 3 mai 2010 : Antwoord ontvangen op 3 mei 2010 :

1. et 2. Ces questions relèvent de la compétence de la Police Fédérale sous la tutelle du ministre de l’intérieur.

Le Groupe Société nationale des Chemins de fer belges (SNCB) dispose toutefois des données suivantes :

Nombre de suicides sur les voies en

Région de Bruxelles

Région flamande

Région wallonne

Total

2005

4

70

22

96

2006

8

65

24

97

2007

3

69

22

94

2008

4

60

27

91

2009 (premier semestre)

2

43

19

64

En ce qui concerne le nombre de tentatives de suicide, les données sont disponibles depuis 2008 :

Nombre de tentatives de suicide sur les voies en

Région de Bruxelles

Région flamande

Région wallonne

Total

2008

1

42

27

70

2009 (premier semestre)

1

25

8

34

3. et 4. La perte financière (en euros) de la SNCB (dommages au matériel roulant, retards encourus, etc.) est la suivante :

- 1er janvier 2005 au 31 décembre 2005 : 334 731 ;

- 1er janvier 2006 au 31 décembre 2006 : 330 113,41 ;

- 1er janvier 2007 au 31 décembre 2007 : 294. 99,99 ;

- 1er janvier 2008 au 31 décembre 2008 : 329. 10,93

5. La politique actuelle de la SNCB privilégie de s’adresser en priorité à l’assurance familiale. À défaut d’assurance familiale, la SNCB s’adresse au notaire chargé de régler la succession. Si la succession ne peut supporter les coûts, la SNCB a décidé de ne pas poursuivre la récupération des dommages encourus auprès des membres de la famille de la personne qui s’est suicidée.

À ce jour, le montant des dommages (en euros) qui ont été récupérés est le suivant :

- 2005: 253 324 ;

- 2006: 219 699,08 ;

- 2007: 226 887,07 ;

- 2008: 321 195,82.

6. Le retard occasionné à la circulation des trains par un suicide ou une tentative de suicide est très variable et dépend notamment du moment dans la journée, de la densité du trafic ferroviaire sur la ligne, de l'emplacement de la dépouille mortelle, ainsi que de la vitesse d'intervention du parquet, du médecin légiste et de l'entrepreneur des pompes funèbres.

En déduire un retard moyen conduirait à donner une image tronquée. Une donnée plus probante est le nombre d'heures de retard constatés pour les trains voyageurs suite à des suicides sur le chemin de fer : environ 900 heures.

7. Depuis 2003, il est systématiquement fait appel à un collègue API (Assistant Post Incident) pour venir en aide au conducteur de train aussitôt après un suicide et le soutenir sur le plan psychosocial. Si un accompagnement complémentaire se révèle nécessaire par la suite, un ou plusieurs entretien(s) est/sont organisé(s) avec le Conseiller en prévention Aspects psychosociaux.

année

Accueil par API

Entretien Conseiller en prévention

2005

126

29

2006

180

52

2007

241

90

2008

255

131

2009 (premier semestre)

140

131



1. en 2. Deze vragen behoren tot de bevoegdheid van de Federale Politie onder de bevoegdheid van de minister van Binnenlandse Zaken. De Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)-Groep beschikt echter wel over de volgende gegevens:

Aantal zelfdodingen op de sporen in

Brussels Gewest/

Vlaams Gewest/

Waals Gewest

Totaal

2005

4

70

22

96

2006

8

65

24

97

2007

3

69

22

94

2008

4

60

27

91

2009 (eerste semester)

2

43

19

64

Wat het aantal pogingen tot zelfdoding betreft zijn de gegevens beschikbaar vanaf 2008:

Aantal zelmoordpoging-en op de sporen in

Brussels Gewest

Vlaams Gewest

Waals Gewest

Totaal

2008

1

42

27

70

2009 (eerste semeste)

1

25

8

34

3. en 4. Het financiële verlies (in euro) van de NMBS (schade aan rollend materieel, opgelopen vertragingen, enz.) bedraagt:

- 1 januari 2005 tot 31 december 2005 : 334 731

- 1 januari 2006 tot 31 december 2006 : 330 113,41

- 1 januari 2007 tot 31 december 2007 : 294 799,99

- 1 januari 2008 tot 31 december 2008 : 329 010,93

5. Het huidige beleid van NMBS kiest ervoor om zich in de eerste plaats tot de familiale verzekeraar te richten. Indien deze onbestaande is, richt de NMBS zich tot de notaris die de nalatenschap regelt. De NMBS heeft besloten de schade echter niet terug te vorderen van de familieleden van de zelfdoder indien de nalatenschap deze kosten niet kan dragen.

Het schadebedrag (in euro) dat tot vandaag werd teruggevorderd bedraagt voor :

- 2005: 253 387 ;

- 2006: 219 699,08 ;

- 2007: 226 887,07 ;

- 2008: 321 195,82.

6. De vertraging die veroorzaakt wordt aan het treinverkeer door een (poging) tot zelfdoding varieert sterk en is onder andere afhankelijk van het ogenblik, de densiteit van het treinverkeer op de lijn, de plaats waar de stoffelijke resten zich bevinden en ook de snelheid van tussenkomst van parket, wetsdokter en begrafenisondernemer.

Een gemiddelde vertraging hieruit afleiden zou wellicht leiden tot een vertekend beeld. Een meer sprekend cijfer is het aantal uur vertraging aan reizigerstreinen dat in 2008 werd vastgesteld ten gevolge van zelfdodingen op het spoor: ongeveer 900 uur.

7. Sinds 2003 wordt er systematisch een collega API (Assistent Post Incident) opgeroepen om onmiddellijk na een zelfdoding de treinbestuurder bij te staan en op te vangen op psychosociaal vlak. Indien nadien een verdere begeleiding nodig is, worden één of meerdere gesprekken gepland met de Preventieadviseur Psychosociale aspecten.

Jaar

Opvang door API

Gesprek Preventieadviseur

2005

126

29

2006

180

52

2007

241

90

2008

255

131

2009 (eerste semester)

140

131