SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
18 septembre 2009 18 september 2009
________________
Question écrite n° 4-4433 Schriftelijke vraag nr. 4-4433

de Alain Destexhe (MR)

van Alain Destexhe (MR)

au ministre de la Défense

aan de minister van Landsverdediging
________________
Défense - Flotte d'avions de transport tactiques - État - C130 - Allongement de la durée de vie - Projet de remplacement - A400M - Délais de livraison Defensie - Vliegtuigen voor tactisch transport - Toestand - C130's - Verlenging van de levensduur - Vervanging - A400M's - Leveringstermijn 
________________
dépense de défense
armée de l'air
aviation militaire
defensieuitgaven
luchtmacht
militaire luchtvloot
________ ________
18/9/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 22/10/2009)
26/10/2009Antwoord
18/9/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 22/10/2009)
26/10/2009Antwoord
________ ________
Question n° 4-4433 du 18 septembre 2009 : (Question posée en français) Vraag nr. 4-4433 d.d. 18 september 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

Les flottes d'avions de transport tactiques de notre armée et de celles de nos voisins semblent à bout de souffle. L'expression de nouveaux besoins à ce sujet remonte à plusieurs années déjà et l'alternative réside dans l'A400M, un avion de transport européen réalisé par l'European Aeronautic Defence and Space Company (EADS). Cet appareil devrait être livré à sept pays européens (Belgique, Luxembourg, France, Allemagne, Grande-Bretagne, Espagne, Turquie).

Le problème réside dans les délais importants qu'ont pris sa construction. Le 9 janvier 2009, EADS a annoncé un retard d'au moins trois ans pour la première livraison, qui aurait donc lieu fin 2012 (au lieu de fin 2009). L'abandon total du projet ne serait par ailleurs pas écarté. Dans l'affirmative, quelles seraient les conséquences pour les entreprises belges qui participent à sa construction ?

Pourriez-vous faire le point sur l'état de la flotte d'avions de transports tactiques de notre armée ? Jusque quand pourra-t-on raisonnablement utiliser nos C130 et quel est le coût de l'allongement de leur durée de vie ? Que faire si le projet d'EADS n'aboutit pas ou n'aboutit pas dans les temps ? Où les A400M seront-ils basés une fois qu'ils seront livrés à la Belgique : à Melsbroeck ou à Beauvechain ?

 

De vliegtuigen voor tactisch transport van ons leger en van de legers van de ons omringende landen zijn dringend aan vervanging toe. Er wordt al jaren gewezen op de nieuwe behoeften en de A400M biedt op dat vlak een alternatief. Het is een Europees transportvliegtuig dat is gebouwd door de European Aeronautic Defence and Space Company (EADS). Dat toestel zou aan zeven Europese landen moeten worden geleverd (België, Luxemburg, Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Spanje, Turkije).

De bouw van die vliegtuigen neemt veel tijd in beslag. Op 9 januari 2009 kondigde EADS een vertraging aan van minstens drie jaar voor de eerste levering, die dus eind 2012 zou plaatsvinden (in plaats van eind 2009). Het was bovendien niet uitgesloten dat het project uiteindelijk niet zou worden gerealiseerd. Wat zouden in dat geval de gevolgen zijn voor de Belgische bedrijven die meewerken aan de constructie?

Wat is de toestand van de vliegtuigen voor tactisch transport van ons leger? Tot wanneer kunnen onze C130's redelijkerwijze worden gebruikt en wat is de kostprijs voor de verlenging van hun levensduur? Wat zullen we doen als het EADS-project niet of niet op tijd wordt uitgevoerd? Waar zullen de A400M's worden gestationeerd wanneer ze aan België worden geleverd: in Melsbroek of in Bevekom?

 
Réponse reçue le 26 octobre 2009 : Antwoord ontvangen op 26 oktober 2009 :
  1. Depuis la réunion des ministres de la Défense le 24 juillet 2009 au Castellet, et jusqu’à la fin de cette année, les Nations participant au projet A400M, réunis au sein d’OCCAR (Organisation Conjointe de Coopération en matière d'ARmement), discutent avec le partenaire industriel Airbus Military Sociedad Limitada (AMSL) sur la continuation du programme. Ces discussions doivent mener à une solution qui réduit l’impact budgétaire, opérationnel ainsi qu’industriel au strict minimum.

  2. Pour le moment la Défense dispose de onze avions C-130. Vu le fait que les C-130 belges ont été modernisés de façon continue pour satisfaire aux besoins opérationnels et que, aussi bien au 15 W Tpt Aé que dans l’industrie, les avions ont été stricte-ment entretenus selon les programmes de maintenance prescrits par le constructeur, les avions pourront être maintenus opéra-tionnels jusqu’à leur remplacement par les appareils A400M. Ceci peut être réalisé moyennant un coût de maintenance stable, même en tenant compte du retard annoncé actuellement par l’industrie.

  3. L’abandon du projet n’est pas l’option retenue pour le moment. Au cas où le projet serait retardé, la Belgique examinera si sa flotte actuelle de C-130 peut être gardée en utilisation plus longtemps.

  4. Le lieu où les appareils seront stationnés, doit encore être décidé dans un stade ultérieur.

  1. Sinds de vergadering van de ministers van Defensie op 24 juli 2009 in Le Castellet, en nog tot het eind van dit jaar, overleggen de Naties die deelnemen aan het project A400M, verenigd in OCCAR (Organisation Conjointe de Coopération en matière d'ARmement), met de industriële partner Airbus Military Sociedad Limitada (AMSL) over de verderzetting van het programma. Deze discussies moeten leiden tot een oplossing die de budgettaire, operationele alsook de industriële impact tot een strikt minimum herleidt.

  2. Momenteel beschikt Defensie over elf toestellen C-130. Gezien de Belgische C-130 toestellen continu gemoderniseerd werden om aan de operationele vereisten te blijven voldoen en zowel in de 15 W Lu Tpt als in de industrie strikt onderhouden worden volgens de door de constructeur opgelegde onderhoudsprogramma’s, zullen de toestellen operationeel gehouden worden tot hun vervanging door de A400M toestellen. Dit kan tegen een stabiele onderhoudskost, zelfs met de actueel door de industrie aangekondigde vertraging.

  3. Het niet realiseren van het project is momenteel niet de gekozen optie. Indien het project vertraging zou oplopen zal België, onderzoeken of de huidige C-130 vloot langer in gebruik kan blijven.

  4. De plaats waar de toestellen zullen gestationeerd zijn moet nog in een later stadium beslist worden.