SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
9 juillet 2009 9 juli 2009
________________
Question écrite n° 4-3806 Schriftelijke vraag nr. 4-3806

de Ann Somers (Open Vld)

van Ann Somers (Open Vld)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Stations de radio - Plaisanteries par téléphone avec des "Bekende Vlamingen" (Flamands connus) - Obligations légales et conséquences Radiozenders - Telefoongrappen met " Bekende Vlamingen " - Wettelijke verplichtingen en gevolgen 
________________
radiodiffusion
droit de l'information
protection de la vie privée
réglementation des télécommunications
radiouitzending
rechtsregels voor informatie
eerbiediging van het privé-leven
telecommunicatieregelgeving
________ ________
9/7/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/8/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
9/7/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/8/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
________ ________
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5647 Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5647
________ ________
Question n° 4-3806 du 9 juillet 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-3806 d.d. 9 juli 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Certaines stations de radio font des plaisanteries par téléphone avec des « Bekende Vlamingen » (BV). La plaisanterie consiste à téléphoner à un BV et à lui faire entendre l’enregistrement de la voix d'une autre personne afin de donner l’impression que l’intéressé insulte le BV contacté par téléphone. La bordée d’insultes provient de l'enregistrement, tiré de son contexte, de l’intéressé lors d'une autre interview à la télévision ou à la radio. La réaction du BV est alors enregistrée et ensuite diffusée à la radio. Mais le BV concerné n’est pas informé du fait que a) il s’agit d’une plaisanterie par téléphone b) l’entretien est ensuite diffusé à la radio. La bordée d’insultes est peut-être aussi utilisée sans que l’intéressé n'en soit informé.

1. Une station de radio peut-elle diffuser, en vue d’une plaisanterie par téléphone, des déclarations injurieuses d’une personne qui s’est un jour exprimée à la télévision ou à la radio sans demander l’autorisation de cette personne ?

2. Une station de radio peut-elle tirer de son contexte des déclarations injurieuses enregistrées et les faire entendre ensuite au téléphone par un BV qui ne se doute de rien ?

3. Une station de radio est-elle obligée de contacter ensuite le « Bekende Vlaming » concerné et :

a) d’expliquer à l’intéressé qu’il s’agissait d’une plaisanterie par téléphone ?

b) de demander explicitement à l’intéressé s’il autorise la diffusion de cet entretien ?

4. Les intéressés – et nous visons par là tant ceux dont les enregistrements ont été utilisés que ceux à qui on a téléphoné – peuvent-ils entreprendre quelque chose pour mettre fin à de telles pratiques ?

5. La station de radio concernée ou le présentateur risquent-ils d’être sanctionnés ? Dans l’affirmative, quelle est la sanction ?

 

Sommige radiozenders halen telefoongrappen uit met " Bekende Vlamingen " (BV). De grap bestaat erin om een BV op te bellen en een bandje met de stem van iemand anders te laten afspelen waarop de indruk wordt gewekt dat de betrokkene de opgebelde BV de huid vol scheld. De scheldtirade betreft een uit zijn verband gerukte opname van een ander televisie- of radio-interview van de betrokkene. De reactie van de BV wordt dan opgenomen en nadien uitgezonden op de radio. Evenwel wordt de betrokken BV niet ingelicht van het feit dat a) het om een telefoongrap gaat, en b) het gesprek nadien wordt uitgezonden op de radio. Wellicht wordt de " scheldtirade " ook gebruikt zonder dat de betrokkene daarvan op de hoogte is gesteld.

1. Mag een radiozender zomaar beledigende uitlatingen van iemand die ooit op televisie of eerder op de radio werden uitgezonden zonder diens toestemming gebruiken om een telefoongrap uit te halen?

2. Is het toegestaan dat een radiozender opgenomen beledigende uitlatingen van iemand zomaar uit hun verband rukt en die dan bij wijze van telefoongrap laat horen aan een niets vermoedende BV?

3. Is een radiozender verplicht om nadien de betrokken " Bekende Vlaming " te contacteren en:

a) aan de betrokkene duidelijk te maken dat het om een telefoongrap ging?

b) aan de betrokkene expliciet de toestemming te vragen of dit gesprek mag worden uitgezonden?

4. Kunnen de betrokkenen - en daarmee bedoelen we zowel degenen wiens opnames werden gebruikt en degene die werd opgebeld - iets ondernemen om aan dergelijke zaken paal en perk te stellen?

5. Kan de betrokken radiozender of dj een sanctie riskeren? Zo ja, welke?