SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
3 juillet 2009 3 juli 2009
________________
Question écrite n° 4-3742 Schriftelijke vraag nr. 4-3742

de Nele Jansegers (Vlaams Belang)

van Nele Jansegers (Vlaams Belang)

au secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au Premier ministre

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste minister
________________
Port d'un foulard - Services - Cellules stratégiques Dragen van een hoofdoek - Diensten - Beleidscellen 
________________
ministère
fonction publique
fonctionnaire
personnel contractuel
islam
vêtement
devoirs du fonctionnaire
circulaire
relation Église-État
religion
symbole religieux
ministerie
overheidsapparaat
ambtenaar
personeel op contractbasis
islam
kledingstuk
plichten van de ambtenaar
rondschrijven
verhouding kerk-staat
godsdienst
religieus symbool
________ ________
3/7/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 7/8/2009)
14/7/2009Antwoord
3/7/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 7/8/2009)
14/7/2009Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3727
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3728
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3729
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3730
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3731
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3732
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3733
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3734
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3735
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3736
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3737
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3738
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3739
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3740
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3741
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3743
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3744
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3745
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3746
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3747
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3748
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3727
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3728
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3729
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3730
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3731
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3732
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3733
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3734
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3735
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3736
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3737
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3738
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3739
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3740
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3741
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3743
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3744
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3745
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3746
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3747
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3748
________ ________
Question n° 4-3742 du 3 juillet 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-3742 d.d. 3 juli 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

À la suite de l'annonce selon laquelle une note circulerait au sein du Service public fédéral (SPF) Justice recommandant l'autorisation du port du foulard, un certain nombre de questions ont été posées sur ce sujet au cours de la séance plénière du 25 juin 2009. Le ministre a cependant répondu de manière très vague ; il a de plus déclaré qu'il n'existait aucune directive générale à ce sujet et que ce problème devait être examiné par chaque service public séparément.

1. Que pensez-vous du fait que des fonctionnaires portent un foulard durant leurs heures de services (que ces fonctionnaires soient ou non en contact avec le public et quel que soit leur statut) ?

2. Pouvez-vous me dire, pour chaque service qui relève de votre compétence et pour votre cellule stratégique, s'il existe une réglementation concernant le port du foulard durant les heures de service et dans l'affirmative, quel en est le contenu ?

3. S'il n'existe encore aucune réglementation ou si celle-ci n'est pas claire, envisagez-vous de prendre des mesures pour fournir aux services qui relèvent de votre compétence les précisions nécessaires et dans l'affirmative, dans quel sens ? Dans la négative, pour quelle raison ?

 

Naar aanleiding van het bericht dat er bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Justitie een nota zou circuleren met de aanbeveling om het dragen van een hoofddoek toe te laten, werden er in plenaire vergadering van 25 juni 2009 een aantal vragen gesteld over dit onderwerp. Het antwoord van de minister was echter vaagheid troef; hij stelde bovendien dat er daarover geen algemene richtlijnen bestaan en dat dit vraagstuk overheidsdienst per overheidsdienst bekeken moet worden.

1. Wat is uw standpunt over het al dan niet dragen door ambtenaren van een hoofddoek tijdens hun diensturen (en dit ongeacht of deze ambtenaren nu al dan niet in contact komen met het publiek of ongeacht het statuut dat zij hebben)?

2. Kan u mij meedelen, en dit voor elke dienst die onder uw toezicht staat en voor uw beleidscel, of er regelgeving bestaat die betrekking heeft op het al dan niet dragen van het hoofddoek tijdens de uitoefening van de dienst en zo ja, hoe deze regelgeving luidt?

3. Indien hierover nog geen regelgeving of geen duidelijkheid in de regelgeving bestaat, overweegt u dan maatregelen te nemen om hierover vooralsnog de nodige duidelijkheid te verschaffen voor de diensten die onder uw bevoegdheid vallen en zo ja, in welke zin? Indien u dit niet overweegt, waarom niet?

 
Réponse reçue le 14 juillet 2009 : Antwoord ontvangen op 14 juli 2009 :

Je me réfère à la réponse du ministre de la Fonction publique à qui la question a également été posée.

Ik verwijs naar het antwoord van de minister van Ambtenarenzaken, aan wie de vraag eveneens werd gesteld.