SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
11 mars 2009 11 maart 2009
________________
Question écrite n° 4-3150 Schriftelijke vraag nr. 4-3150

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

van Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Code de la nationalité belge - Retrait de la nationalité belge - Chiffres Wetboek van de Belgische nationaliteit - Ontneming van de Belgische nationaliteit - Aantallen 
________________
nationalité
naturalisation
ressortissant étranger
fraude
statistique officielle
enquête judiciaire
injonction
nationaliteit
naturalisatie
buitenlandse staatsburger
fraude
officiële statistiek
gerechtelijk onderzoek
rechterlijk bevel
________ ________
11/3/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 9/4/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
11/3/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 9/4/2009)
25/11/2009Dossier gesloten
________ ________
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5629 Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5629
________ ________
Question n° 4-3150 du 11 mars 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-3150 d.d. 11 maart 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'article 23 du Code de la nationalité belge dispose en son paragraphe 1er que :”Les Belges qui ne tiennent pas leur nationalité d'un auteur belge au jour de leur naissance et les Belges qui ne se sont pas vu attribuer leur nationalité en vertu de l'article 11 peuvent être déchus de la nationalité belge :

1° s'ils ont acquis la nationalité belge sur la base de faits qu'ils ont présentés de manière altérée ou qu'ils ont dissimulés, ou sur la base de fausses déclarations ou de documents faux ou falsifiés qui ont été déterminants dans la décision d'octroi de la nationalité;

2° s'ils manquent gravement à leurs devoirs de citoyen belge.”

1. Combien de personnes ont-elles été déchues de la nationalité belge sur la base du point 1 ? J'aimerais obtenir un aperçu sur une base annuelle pour les dix dernières années avec mention de la nationalité d'origine des intéressés.

2.a. Dans combien de cas le ministère public a-t-il ouvert à ce jour une enquête judiciaire dans le cadre du point 2° ? J'aimerais obtenir un aperçu par année, avec mention des faits qui ont donné lieu à l'ouverture de cette enquête.

b. Quel a été le résultat de chacune de ces enquêtes ?

c. De quelle manière chacun des intéressés avait-il acquis la nationalité et quel était leur nationalité d'origine ?

3. En pareilles circonstances, le ministre a-t-il jamais eu recours à son droit d'injonction positive pour mener une telle enquête ? Si oui, dans quels cas ?

 

Artikel 23, Wetboek van de Belgische nationaliteit, stelt in § 1 : "De Belgen die hun nationaliteit niet hebben verkregen van een ouder die Belg was op de dag van hun geboorte en de Belgen wier nationaliteit niet werd toegekend op grond van artikel 11, kunnen van de Belgische nationaliteit vervallen worden verklaard :

1° indien zij de Belgische nationaliteit hebben verkregen op grond van feiten die zij op een verdraaide manier hebben voorgesteld of die ze hebben achtergehouden, of op grond van valse verklaringen of valse of vervalste documenten die van doorslaggevend belang zijn geweest bij de beslissing tot toekenning van de nationaliteit;

2° indien zij ernstig tekortkomen aan hun verplichtingen als Belgische burger".

1. Hoeveel personen werden van de Belgische nationaliteit vervallen verklaard op grond van punt 1°? Graag een overzicht op jaarbasis voor de voorbije tien jaar met vermelding van de oorspronkelijke nationaliteit van de betrokkenen.

2. a. In hoeveel gevallen heeft het openbaar ministerie in het kader van punt 2° tot op heden een gerechtelijk onderzoek gestart ? Graag een jaarlijks overzicht, met vermelding van de feiten die aanleiding gaven tot de opening van dit onderzoek ?

b. Wat was het resultaat van elk van deze onderzoeken ?

c. Op welke wijze had elk van de betrokkenen de nationaliteit verworven en welk was hun oorspronkelijke nationaliteit ?

3. Heeft de geachte minister in dergelijke aangelegenheden ooit gebruik gemaakt van zijn positief injunctierecht om een dergelijk onderzoek te bewerkstelligen ? Zo ja, in welke gevallen ?