SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
12 janvier 2009 12 januari 2009
________________
Question écrite n° 4-2538 Schriftelijke vraag nr. 4-2538

de Alain Destexhe (MR)

van Alain Destexhe (MR)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Nationalité belge - Conditions - Personnes nées à l’étranger de parents belges (Affaire Leys) Belgische nationaliteit - Voorwaarden - Kinderen in het buitenland geboren uit Belgische ouders (Zaak Leys) 
________________
nationalité
Belgique
Belges à l'étranger
double nationalité
ambassade
Australie
nationaliteit
België
Belgen in het buitenland
dubbele nationaliteit
ambassade
Australië
________ ________
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
27/2/2009Antwoord
12/1/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
27/2/2009Antwoord
________ ________
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-1167 Herindiening van : schriftelijke vraag 4-1167
________ ________
Question n° 4-2538 du 12 janvier 2009 : (Question posée en français) Vraag nr. 4-2538 d.d. 12 januari 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

L’affaire Leys a suscité une vive émotion parmi des enfants de Belges résidant à l’étranger et pour qui le fait de jouir de la nationalité d’un État membre de l’Union européenne constitue parfois un élément essentiel de sécurité lorsque les environnements sont difficiles.

Quelles conditions les personnes nées à l’étranger de parents belges doivent-elles remplir pour pouvoir continuer à bénéficier de la nationalité belge ?

 

De zaak Leys heeft hevige beroering veroorzaakt bij kinderen van Belgen die in het buitenland verblijven en voor wie het bezitten van de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie soms een essentieel veiligheidselement betekent in moeilijke omstandigheden.

Welke voorwaarden moeten degenen die in het buitenland uit Belgische ouders geboren zijn vervullen om de Belgische nationaliteit te blijven behouden?

 
Réponse reçue le 27 février 2009 : Antwoord ontvangen op 27 februari 2009 :

Depuis l'entrée en vigueur du Code de la nationalité belge (CNB) le 1er janvier 1985, les Belges nés à l'étranger, à l'exception des anciennes colonies belges, doivent faire une déclaration de conservation de la nationalité belge s'ils ont eu leur résidence principale et continue à l'étranger de dix-huit à vingt-huit ans et pour autant qu'ils n'étaient pas au service du gouvernement belge ou actifs dans une société ou une association belge (article 22, § 1er, 5°, du CNB).

Les descendants de Belges qui résident à l'étranger depuis une longue période ininterrompue et qui n'entretiennent plus aucun lien effectif avec la Belgique doivent donc déclarer formellement vouloir conserver la qualité de Belge avant leur 28e anniversaire. Cette déclaration représente pour ces personnes le seul moyen d'exprimer leur attachement à notre pays. Si elles ne font pas cette déclaration, la loi part du principe que cela n'a plus aucun sens qu'elles conservent la nationalité belge. Auparavant, elles devaient renouveler cette déclaration tous les dix ans mais la loi du 27 décembre 2006 a supprimé cette obligation.

Toutefois, cette déclaration doit uniquement être faite si les personnes concernées possèdent encore au moins une autre nationalité le jour de leur 28e anniversaire et que donc la perte de la nationalité belge résultant de l'absence de déclaration ne les rend pas apatrides, situation inadmissible en vertu des conventions internationales. Si les personnes concernées possèdent uniquement la nationalité belge, elles ne doivent remplir aucune formalité.

Comme chaque État décide souverainement quelles personnes sont considérées comme ses ressortissants et selon quels critères, il est possible que le fait de posséder une nationalité étrangère puisse donner lieu à des conflits entre différentes législations et à des interprétations divergentes. Il appartient aux autorités diplomatiques et consulaires belges d'indiquer aux personnes entrant en ligne de compte pour faire la déclaration de conservation précitée l'applicabilité d'une législation étrangère relative à la nationalité et de leur demander éventuellement les pièces justificatives nécessaires si elles estiment que cette législation ne s'applique pas à elles.

Sedert de invoering van het Wetboek van de Belgische nationaliteit (WBN) op 1 januari 1985, dienen Belgen die in het buitenland geboren zijn, met uitzondering van de voormalige Belgische koloniën, een verklaring tot behoud van de Belgische nationaliteit af te leggen indien zij tussen de leeftijd van achttien tot achtentwintig jaar zonder onderbreking hun hoofdverblijfplaats in het buitenland hebben gehad, en voor zover zij niet in dienst waren van de Belgische regering of werkzaam waren bij een Belgische firma of vereniging (artikel 22, § 1, 5°, WBN).

Afstammelingen van Belgen die lange tijd onafgebroken in het buitenland verblijven en met België geen enkele effectieve band meer hebben, moeten dus voor het bereiken van hun 28ste jaar uitdrukkelijk de wens te kennen geven de staat van Belg te willen behouden. Het afleggen van deze verklaring is voor deze personen het enige middel om hun gehechtheid aan ons land tot uitdrukking te brengen. Indien zij dat niet doen, gaat de wet ervan uit dat het behoud van de Belgische nationaliteit voor hen geen enkele zin meer heeft. Vroeger moesten zij deze verklaring om de tien jaar opnieuw afleggen maar de wet van 27 december 2006 heeft deze verplichting opgeheven.

Deze verklaring dient echter alleen te worden afgelegd indien de betrokkenen nog minstens één andere nationaliteit hebben op de dag van hun 28ste verjaardag en zij dus door het verlies van de Belgische nationaliteit, dat volgt uit het ontbreken van deze verklaring, niet staatloos worden, wat krachtens internationale overeenkomsten ontoelaatbaar is. Als de betrokkenen enkel de Belgische nationaliteit bezitten, dienen zij geen enkele formaliteit te vervullen.

Aangezien elke Staat soeverein beslist welke personen en volgens welke criteria als zijn onderdanen worden aanzien, is het mogelijk dat het bezit van een vreemde nationaliteit aanleiding kan geven tot conflicten tussen verschillende wetgevingen en tot uiteenlopende interpretaties. Het komt aan de Belgische diplomatieke en consulaire overheden toe om degenen die in aanmerking komen om bovenvermelde behoudsverklaring af te leggen, te wijzen op het bestaan van een toepasselijke buitenlandse nationaliteitswetgeving en om hen eventueel de nodige bewijsstukken te vragen indien zij menen dat die wetgeving niet op hen van toepassing is.