SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2007-2008 Zitting 2007-2008
________________
3 octobre 2008 3 oktober 2008
________________
Question écrite n° 4-1769 Schriftelijke vraag nr. 4-1769

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

van Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

à la ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et des Grandes villes

aan de minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden
________________
Pensions - Officiers de police - Retards dans le traitement des dossiers - Communication aux ayants droit à la pension Pensioenen - Politie-officieren - Vertragingen bij de afhandeling van de dossiers - Communicatie aan de pensioengerechtigden 
________________
police
régime de retraite
Cour des comptes (Belgique)
communication des données
statut du fonctionnaire
Service des pensions du secteur public
politie
pensioenregeling
Rekenhof (België)
doorgeven van informatie
statuut van de ambtenaar
Pensioendienst voor de overheidssector
________ ________
3/10/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 6/11/2008)
5/1/2009Dossier gesloten
3/10/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 6/11/2008)
5/1/2009Dossier gesloten
________ ________
Heringediend als : schriftelijke vraag 4-2618 Heringediend als : schriftelijke vraag 4-2618
________ ________
Question n° 4-1769 du 3 octobre 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-1769 d.d. 3 oktober 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Afin d’examiner dans quelle mesure le Service des pensions du secteur public (SdPSP) maîtrise le nouveau régime des pensions de la police intégrée, la Cour des comptes a examiné les dossiers de pension qui ont été soumis à son visa préalable en 2006. Il s’agit de 165 dossiers francophones de pension de retraite de la police intégrée qui pour une partie au moins comportaient des services réalisés dans la nouvelle police intégrée. Ce sont principalement des dossiers d’officiers pour lesquels le passage de l’ancienne à la nouvelle échelle obéissait à des règles complexes. En outre, les treize dossiers de pension de survie en question ont été contrôlés.

Selon l’article 10 de la loi du 11 avril 1995 instituant la charte de l’assuré social, l’institution de sécurité sociale doit notifier au demandeur la décision relative à la pension dans les quatre mois de la réception du dossier. Ce délai est suspendu lorsque les données du dossier sont insuffisantes et que des renseignements complémentaires doivent être demandés. En outre, le SdPSP doit informer le demandeur lorsque le délai ne peut pas être respecté.

La Cour des comptes a constaté que, pour 30 % des dossiers de pension examinés, la notification ne s’est pas déroulée dans les délais légaux. Dans plus de la moitié des cas, ce retard ne s’explique pas par une demande de renseignements complémentaires (parce que le dossier envoyé par l’employeur ou le pensionné était incomplet). En outre, dans les dossiers examinés, il n’y avait aucune trace de l'information circonstanciée à l'intention du demandeur lorsqu’il s’avérait impossible de prendre une décision sur la demande de pension dans les quatre mois. La loi dispose pourtant que, dans ce cas, le demandeur doit être informé.

La réponse de la ministre des Pensions date du 8 août 2007. La ministre recommande essentiellement l’application stricte des dispositions et prescriptions légales mais elle ne mentionne aucune mesure concrète visant à remédier aux manquements signalés.

1. Quelles mesures la ministre a-t-elle déjà prises pour supprimer les retards dans le traitement des dossiers de pension ?

2. Pourquoi les ayants droit à la pension ne sont-ils pas informés d’éventuels retards dans le traitement de leur dossier ? La loi l’exige pourtant.

3. Les retards sont de facto compensés par le système des avances. Combien de temps en moyenne des avances doivent-elles accordées par dossier de pension ?

4. Les mêmes problèmes se présentent-ils pour les dossiers néerlandophones de pension ?

 

Om na te gaan in hoeverre de Pensioendienst voor de Overheidssector (PDOS) het nieuwe pensioenstelsel voor de geïntegreerde politiediensten beheerst, heeft het Rekenhof de pensioendossiers onderzocht die in 2006 aan zijn voorafgaand visum werden voorgelegd. Het gaat om honderd vijfenzestig Franstalige rustpensioendossiers van de geïntegreerde politie die minstens voor een deel diensten omvatten vervuld in de nieuwe geïntegreerde politiediensten. Het gaat voornamelijk om dossiers van officieren, aangezien bij hen de overgang van de oude naar de nieuwe schaal volgens complexe regels verliep. Daarnaast werden de dertien betrokken dossiers van overlevingspensioenen gecontroleerd.

Volgens artikel 10 van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het Handvest van de Sociaal Verzekerde moet de socialezekerheidsinstelling de beslissing over het pensioen binnen vier maanden na de ontvangst van het dossier meedelen aan de aanvrager. Die termijn wordt opgeschort indien de gegevens uit het dossier ontoereikend zijn en bijkomende inlichtingen moeten worden gevraagd. Bovendien moet de PDOS de aanvrager op de hoogte brengen als de termijn niet kan worden nageleefd.

Het Rekenhof heeft vastgesteld dat bij 30 % van de onderzochte pensioendossiers de kennisgeving niet gebeurde binnen de wettelijke termijnen. In meer dan de helft van die gevallen is die vertraging niet te verklaren door een vraag om bijkomende inlichtingen (omdat het dossier dat de werkgever of de gepensioneerde doorstuurde, onvolledig was). Bovendien was in de onderzochte dossiers geen spoor terug te vinden van de omstandige inlichtingen voor de aanvrager ingeval het onmogelijk blijkt om binnen vier maanden te beslissen over de pensioenaanvraag. De wet bepaalt nochtans dat de aanvrager in dat geval geïnformeerd moet worden.

Het antwoord van de minister van Pensioenen dateert van 8 augustus 2007. Het bevat in essentie alleen de aanbeveling dat de wettelijke bepalingen en voorschriften strikt toegepast moeten worden, maar het vermeldt geen concrete maatregelen om de gesignaleerde tekortkomingen weg te werken.

1. Welke maatregelen heeft de geachte minister reeds genomen om de vertragingen in het verwerken van pensioendossiers weg te werken ?

2. Waarom worden de pensioengerechtigden niet ingelicht over eventuele vertragingen bij de afhandeling van hun dossier ? De wet vereist dat nochtans.

3. De vertragingen worden de facto opgevangen door het systeem van voorschotten. Hoe lang moet er gemiddeld per pensioendossier met voorschotten gewerkt worden ?

4. Doen zich bij de Nederlandstalige pensioendossiers dezelfde problemen voor ?