BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2014-2015
________
24 oktober 2014
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-175

de Bert Anciaux (sp.a)

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel
________
Myalgische encefalomyelitis - Chronischevermoeidheidssyndroom - Verzekeringsmaatschappijen - Psychische aandoening - Neurologische aandoening
________
chronische ziekte
ziekte van het zenuwstelsel
ziekteverzekering
________
24/10/2014Verzending vraag
26/11/2014Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-175 d.d. 24 oktober 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Volgens de minister van Volksgezondheid behoort deze vraag tot de bevoegdheid van de minister van Economie (zie antwoord op de schriftelijke vraag 5-7212).

Organisaties van patiënten met myalgische encefalomyelitis (ME) en/of het chronischevermoeidheidssyndroom (CVS) stellen regelmatig aan de kaak dat verzekeringsmaatschappijen, tegen alle internationale beslissingen en classificaties in, steeds opnieuw deze aandoeningen onderbrengen bij de psychische ziekten. De reden daarvoor klinkt lapidair simpel: het kost hen dan veel minder. Het zijn de verzekeringsartsen die deze beslissingen nemen.

Hierover de volgende vragen.

1) Bevestigt de geachte minister dat de artsen in dienst van verzekeringsmaatschappijen systematische patiënten met de diagnose ME/CVS onderbrengen bij de categorie psychische aandoeningen?

2) Bevestigt hij dat deze classificatie strijdig is met de internationaal geldende afspraken (onder andere de World Health Organisation of WHO)?

3) Op welke wijze kan de geachte minister deze praktijk van verzekeringsmaatschappijen en hun artsen bestraffen en/of hen aanzetten tot correcte diagnoses?

4) Heeft hij hieromtrent al contact gehad met de verenigingen van patiënten met ME/CVS? Zo ja, met welk resultaat? Zo niet, vindt hij dit contact niet urgent en zal hij hieromtrent initiatief nemen?

5) Heeft hij hieromtrent al contact gehad met de verzekeringsmaatschappijen? Zo ja, met welk resultaat? Zo niet, vindt hij dit contact niet urgent en zal hij hieromtrent initiatief nemen?

6) Is het waar dat verzekeringsmaatschappijen weigeren om ME en CVS als neurologische aandoening te erkennen en ze rangschikken bij psychische ziekten?

Antwoord ontvangen op 26 november 2014 :

1. Ik heb als minister van Economie geen enkel zicht op de activiteiten van de raadgevende artsen. Ik wens het geachte lid er wel op te wijzen dat de raadgevende artsen voor de uitoefening van hun functie, net als elke andere arts, onder het toezicht van de orde van geneesheren vallen.

2. Als minister van Economie heb ik geen bevoegdheid om me uit te spreken over de juistheid van de classificatie van bepaalde ziektes.

3. Het is niet mijn bevoegdheid om bestraffend op te treden tegen de raadgevende artsen. Enerzijds vallen deze wat betreft de deontologische aspecten van hun werk onder de orde van de geneesheren.

Anderzijds kan een persoon die ingevolge een verkeerde diagnose ten onrechte van zijn verzekering zou worden uitgesloten, steeds naar de ombudsman voor de verzekeringen of naar rechtbank stappen. In haar jaarrapport raadt de ombudsman de verzekeringnemers overigens aan om zich vooraf goed te informeren over de draagwijdte van de dekking en in voorkomend geval aan de raadgevende arts een bijkomende medische motivering te laten geworden.

4. 5. en 6. Het staat de verzekeringsmaatschappijen vrij om het toepassingsgebied te bepalen van hun verzekeringsovereenkomsten. In de mate waarin ze hierbij het bestaande wettelijk kader respecteren (onder meer rekening houdend met de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie) kunnen ze al dan niet bepaalde aandoeningen verzekeren of uitsluiten.

Ingevolge de artikelen 42 en volgende van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen, dient de verzekeraar in zijn aanbod wel duidelijk aan te geven welke segmenteringscriteria gebruikt worden. Deze informatie dient eveneens op de website van de verzekeraar te worden gepubliceerd, met een begrijpelijke toelichting waarom deze criteria worden gebruikt.