BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2009-2010
________
25 maart 2010
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-7273

de Bart Tommelein (Open Vld)

aan de minister van Klimaat en Energie
________
Energie-intensieve industrie - Buurlanden - Voorkeurprijzen voor energie - Concurrentievervalsing
________
elektrische energie
energieprijs
industrieel verbruik
industriële onderneming
concurrentiebeperking
________
25/3/2010Verzending vraag
6/5/2010Einde zittingsperiode
________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-7274
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-7273 d.d. 25 maart 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In Frankrijk werd onlangs een Tarif réglementé transitoire d'ajustement du marché de l'électricité voor energie-intensieve bedrijven ingevoerd. De Duitse overheid voerde een compensatie in voor de elektriciteitsprijzen voor de nationale non-ferro metaalindustrie. Dat ruikt naar concurrentievervalsing en kan onze industrie zwaar benadelen en dus banen kosten. Mijns inziens is hier sprake van een mogelijke schending van de concurrentierichtlijn van de Europese Unie (EU). Ook in de Nederlandse tweede kamer zijn verschillende parlementsleden hierover bijzonder verontrust.

Graag had ik van een antwoord gekregen op de volgende vragen:

1) Wat is de opzet van het Franse Tarif réglementé transitoire d'ajustement du marché de l'électricité? Onder welke voorwaarden kunnen bedrijven gebruik maken van dit tarief en klopt de informatie als zou het Tarif réglementé transitoire d'ajustement du marché de l'électricité, dat aanvankelijk zou aflopen in juni 2010, mogelijk langer beschikbaar blijven voor energie-intensieve ondernemingen?

2) Is het waar dat de Duitse overheid in 2009 financiële compensatie heeft betaald aan de nationale non-ferro metaalindustrie, ter compensatie van de hoge elektriciteitsprijzen?

3) Kunnen alle bedrijven, dus ook bedrijven buiten genoemde EU-lidstaten, gebruik maken van deze Franse, respectievelijk Duitse regeling? Zo neen, is hier naar de mening van de geachte minister geen sprake van een mogelijke schending van de EU-concurrentierichtlijn? Is hij bereid aan te dringen op een onderzoek door de bevoegde Europese commissaris naar de mogelijke schending van het level-playing-field-beginsel?

4) Naar verluidt heeft ook de Noorse regering 3,3 miljard dollar uitgetrokken voor een langetermijnprogramma van goedkope energiecontracten voor de energie-intensieve industrie. Klopt deze informatie en zo ja, is hier wederom geen sprake van concurrentievervalsing? Staat dit programma ook open voor bedrijven die niet in Noorwegen gevestigd zijn?

5) Ziet hij in het licht van al deze protectionistische maatregelen mogelijkheden om de kwetsbaarheid van de in ons land gevestigde energie-intensieve industrie voor protectionistische energiesubsidies in het buitenland te verminderen? Zo ja, kan hij dit uitvoerig toelichten?

6) Wat vindt hij van de suggestie om steun te geven in het kader van de intensivering van programma's gericht op het verhogen van de energie-efficiëntie? Bestaan zulke programma's? Zo neen, waarom niet? Zo ja, kan hij de uitgetrokken budgetten en het aantal betrokken projecten uitvoerig toelichten en dit volgens grootteorde?

7) Kan hij uitvoerig overlopen of hij klacht zal indienen voor mogelijke concurrentievervalsing? Zo ja, bij welke instanties (Europese Commissie, Wereldhandelsorganisatie, de betrokken landen)? Kan hij dit uitvoerig toelichten en aangeven of dit gebeurt in nauw overleg met de belangrijkste spelers en/of de federaties van de betrokken industrie?