BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2009-2010
________
11 december 2009
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-6295

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________
vzw Smals - Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid (OISZ) - Toegang tot de kostprijsboekhouding
________
begrotingscontrole
sociale zekerheid
informatica
organisatie zonder winstoogmerk
Rekenhof (België)
verificatie van de rekeningen
________
11/12/2009Verzending vraag
6/5/2010Einde zittingsperiode
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-6295 d.d. 11 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In zijn rapport over de samenwerking met de vereniging zonder winstoogmerk (vzw) Smals, het eigen informaticabedrijf van de Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid (OISZ), beveelt het Rekenhof aan dat de gefactureerde kosten geïdentificeerd en geverifieerd zouden worden door een rechtstreekse toegang tot het systeem van kostprijsboekhouding van de vzw Smals. De dienst boekhouding van elke OISZ zou moeten beschikken over de nodige informatie om de definitieve afrekening van geleverde diensten te kunnen afstemmen op de reeds betaalde voorschotten. Bovendien moeten volgens het hof de nodige richtlijnen opgesteld worden zodat de verantwoordingsstukken over de gedane uitgaven (bijvoorbeeld aangepaste contracten) voor de interne en externe controleorganen vlot toegankelijk zijn. Het College van openbare instellingen van sociale zekerheid stelt echter een andere oplossing voor. Het College acht het raadzamer dat Smals ad hoc de nodige bijkomende inlichtingen verstrekt indien vragen blijven bestaan in hoofde van de leden of hun externe of interne controleorganen. Een rechtstreekse toegang tot de boekhouding van de vzw Smals door elke OISZ is volgens het College niet van aard om het gebrek aan kennis van codes en systemen bij de ambtenaren van de OISZ's te compenseren.

1. Wat is het standpunt van de minister in deze controverse?

2. Wordt de suggestie van het College door alle OISZ's gevolgd? Zo neen, welke instellingen hanteren dan een andere methode?